Verslag  pelgrimstocht naar Santiago de Compostela

 

© pelgrimtevoet.nl

Lieve mensen, 

Z
aterdag 26 juni 2004 / 07.00 uur: het startsein voor een lange wandelreis. Van thuis uit bij het kapelletje aangekomen zeggen we tegen elkaar: wat veel mensen. Na een klein woordje en gebedje van pastoor Otto komt het afscheid: een ontroerd en emotioneel uitzwaaien. Mensen: bedankt dat jullie er waren en dat jullie zo meegeleefd hebben. 

Groeten van Alice, Rianne en Mariëlle


Etappe 0

Generale repetitie. Zondag 20 juni. Ik vertrek van thuis uit (Meerssen) met volle bepakking richting Maastricht-Station. Voor het eerst heb ik alles bij me inclusief eten en drinken. 15 kilo draag ik mee. Is toch voelbaar meer dat de pakweg 11 kilo waarmee ik de laatste maanden elke zondag heb getraind. Via de Beatrixhaven langs de voormalige tegelfabriek van Sphinx. Herinneringen komen boven. Hier verdiende ik mijn eerste centen in de vakantie om ze te spenderen in het buitenland. Inmiddels al rond de dertig jaar geleden. Station Maastricht, koffie en eten.

Dan het Krijtlandpad oppikken naar Gulpen. Ik passeer het St. Maartenscollege. Weer gaan mijn gedachten terug: 1969-1975, middelbare school. Toen al groot, nu bij-, aan- en opgebouwd. Nog meer leerlingen dus. De kaart hoef ik niet meer te raadplegen. Dit stuk Krijtland ken ik. Augustus 2002, onze eerst meerdaagse oefentocht. Bloedheet was het toen en te zwaar bepakt, maar wel wijzer geworden met meerdaags lopen. Bij Valkenburg loop ik een stuk samen met een oudere mevrouw. Ze houdt van banjeren door de modder. Geschikt weer voor haar, want het heeft net geregend. Ze is gericht op details in de natuur, vertelt van spitsmuisjes en reeën die ze op 3 meter afstand ontmoette. Haar tempo is onthaaster dan dat van mij. Ik ga door in mijn eigen versnelling. Vlak voor Gulpen een ouder echtpaar. Ze zien dat ik klaar ben om “ver” te gaan. Beginnen erover. Hebben zelf Vezelay-Santiago gedaan en Rome. Geven me mee om tijd te nemen voor ontmoetingen onderweg. Weten precies waar het over gaat. “Veel geluk” zeggen ze in koor als ik weer “ weg loop”. In Gulpen wacht de rest van mijn gezin en Tonie, ook met vrouw en kind. Hij heeft de “Nacht van Gulpen” als generale gedaan. Ik feliciteer hem en beloon hem met een Jacobsschelp. Voor op zijn rugzak als we echt op pad zijn ………

De dag ervoor / 25 juni

De collega’s verrassen me vóór vertrek. Met een leuk samenzijn en passende cadeau’s inclusief een cheque voor ons goede doel. Bedankt! ’s Avonds de ouders op bezoek, nog één keer alles in en uit de rugzak, maar nu alles gesorteerd. Pa geeft me een bijzonder aandenken mee, gekregen ooit van zijn vader toen hij naar Indië vertrok. Mooi!


26 juni

5.50 uur opstaan. Op de badkamer beleef ik mijn eerste emotionele moment. Over één uur ben ik echt weg… Ik besef hoe belangrijk mijn vrouw en dochters voor mij zijn. Els en Wim komen aan huis als ik mijn eigen boterhammen nog smeer (voor 2 dagen voor alle zekerheid) Dan op pad naar de St. Jozef kapel. Belangstelling te over: familie, vrienden, collega’s. Het duurt me te lang en vraag pastoor Otto om te beginnen. Tonie komt er net aangelopen vanuit Houthem. Samen het moment van bescherming ervaren en de zegen van pastoor. Ik wil er geen receptie van maken. Dus alleen persoonlijk afscheid van gezin, broer en zussen. Applaus bij vertrek. Dit hou ik vast voor als het straks minder goed gaat. Mijn ouders (van 74 en 76 jaar) lopen mee tot Maastricht en ook pastoor. Op de Markt in Maastricht is er koffie. Pa trakteert. Ontmoetingen: spontaan krijgen we van de buurman van het terras een flinke grote worst toegestopt voor onderweg. Voorlopig dus geen vlees kopen. Dan door naar de St. Servaas. In de kapel maken we het tweede deel van de viering mee. Na afloop schrijf ik in het intentieboek: bescherming voor de achterblijvers (mijn gezin) vraag ik. Voor de ingang van de St. Servaas zoeken we met pastoor tussen de apostelen naar St. Jacob. We herkennen hem aan de schelp op de borst. Afscheid van ma en pa: een stevige omhelzing. Heerlijk om zo’n band met je ouders te hebben. Ik ben rijk. We zijn vlakbij het Toon Hermans Huis, dus even langs voor een foto. Ik vraag een voorbijganger, we raken aan de praat met de heer Ruijters, hij heeft te maken met de Heiligdomsvaart. Wil over 2 jaar ook naar Compostella. Dhr. Soudant komt erbij en vertelt over zijn wandelervaringen. Vindt dat we veel km’s per dag maken. Van Ruijters krijgen we een medaille (Pelgrim voor het leven) vóórdat deze zijn uitgereikt/verkocht in het kader van de Heiligdomsvaart. Een apart aandenken voor ons. Door naar Eijsden waar Wiel Bonten met zijn partner ons opwacht. Wiel heeft vorig jaar gelopen. Trakteert ons op een terras en geeft nog wat laatste tips mee. Handig. Eerste overnachting in Visé. Dat gaat goed mis. Berg opgeklauterd, volgens boekje overnachting mogelijk in sporthal. Dicht en telefoon loopt dood. VVV vergeefs gezocht. Boekje raadplegen. In Luik kun je niet terecht met tent. Gebeld met jeugdherberg. Er is plaats. Stukje met de trein. Met vieren op een kamer, samen met een Amerikaan en Algerijn. ’s Avonds t.v. Nederland naar halve finale via strafschoppen.

27 juni

Vertrekt eerst door Luik-stad. Langs de Maas. Plotseling vraagt een hardloper wat we doen. Naar Santiago. Hij vliegt ons om de nek en geeft ieder een (zweet)kus. Even later krijgen we een jong poesje aangeboden door 2 kinderen. Dat gaat natuurlijk niet. Verder langs de Maas. Het is vandaag industrieel, maar ook dat hoort erbij. ’s Middags krijgen we spontaan hulp aangeboden van een man die vorig jaar liep. Hij wijst ons het gangpad langs de Maas. In Tihange bij Huy  (bijna 40 km) onder de rookpluimen van de kerncentrale is een camping. Niemand te bekennen. We slaan de tent op. 2 Nederlanders arriveren gelijktijdig. Zetten camper op. Helpen ons met cup-a-soup (3,5 uur te laat!) en koffie ’s ochtends.

28 juni

’s Morgen richting Namur. Ik heb een moeilijke dag, allebei trouwens. In Andenne ploffen we neer in een café. Als Tonie een tukje doet, ga ik naar het VVV voor overnachtingsmogelijkheden. Ik heb 2 zinnen gezegd en de jongedame gaat meteen bellen. 1e x bot, 2e x bot, 3e x raak. Maar wel nog 6 km lopen. We doen het en ontmoeten een ex-pelgrim. Hij vangt ons op, fantastisch. We kunnen kiezen waar we in huis willen slapen, onze was wordt gedaan, krijgen een viergangendiner, maar vooral veel hartelijkheid, en dat voor maar € 10 de man! Philip heeft in de negentiger jaren van Le Puy nar Santiago gelopen. Hij zou zo morgen de rugzak weer aantrekken en met ons meelopen. Op mijn vraag wat er bij hem veranderde, antwoordt hij spontaan: heel veel, verandering van werk, zijn leven meer in dienst stellen van anderen.

29 juni

’s Ochtends een uitgebreid ontbijt geserveerd. Helaas niet aan mij besteed. De combinatie gistermiddag van 3 bier en ’s avonds 2 wijn bij het eten is mij ’s nachts slecht bekomen. Ik eet voorzichtig weer wat en ben de rest van de dag goed. ’s Middags in Namur naar de VVV: waar we kunnen slapen. Er zijn 3 campings mogelijk, allemaal nog minstens 1,5 uur lopen. We kiezen voor Malonne, een leuke kleine camping. 1 groot veld voor ons alleen, achter ons ezels. Ik slaap heel goed die nacht (komt dat door het abdijbier ’s avonds in café Le Pelerin?).

30 juni

De GR zoeken, gaat goed. Pauze in café. Bardoul (“Eros” op T-shirt) bedient ons en andere klanten die er zin in hebben om half twaalf op woensdag. Lopen na 1 uur 10 weer terug bij hetzelfde café. Oei, iets gemist. We veranderen van tactiek, geen GR meer, maar verharde weg naar de Maas en erlangs (we noemen het onze verlengde Via Mosana). In Yvoir ziet een man dat Tonie’s rugzak te zwaar is. Hij erkent het. Gaat bij eventueel bezoek spullen lozen (paraplu, sandalen, gastankje). Na een stevige maaltijd 19.20 uur op weg voor ruim 1,5 uur vlakbij Dinant. Bij het zoeken naar een camping wordt Tonie op privé-terrein gebeten door een hond. Voor tetanus gaan, morgen. We nemen dan de 1e rustdag. Camping aan de Maas. Gratis voor pelgrims! Ik ga vroeg naar bed, kom echter moeilijk in slaap (door de cola die ik normaal nooit drink). Tonie gaat nog op pad: kijken waar de dokter is, en nog eentje vatten.

1 juli

’s Morgens gaan we apart: Tonie voor het medische gebeuren, ik doe de inkopen (we hebben nog niks meer voor het ontbijt). We nemen ons voor op deze rustdag ’s ochtends te internetten en ’s middags het museum van Leffe (brune is mijn favoriete bier!) te bezoeken. Beide voornemens vallen in het water: geen internetmogelijkheid te vinden, in heel Dinant niet. ’s Middags aan de koffie nog even een herhaling van de doelpunten Portugal-Nederland. WE zijn eruit. Het Leffemuseum is potdicht. Intussen hebben we wel een kerk in Dinant bezocht, een van de eerste religieuze rustpunten. Mijn tweede emotionele moment heb ik ’s middags in de tent gehad: opeens stel ik me voor dat ik in Santiago arriveer en op mijn knieën neerval. Ik heb het gehaald. Wel wat vroeg na nog geen week. De Leffeabdij is dicht, maar ’s avonds om 18.30 uur is er vespers. Doen we, dan gaan we daarna wel warm eten. Zo loopt het echter weer niet. Om 19.00 uur vraag ik de pater die afsluit of er een mogelijkheid is voor pelgrims te overnachten. Kom maar mee, is de boodschap. Via de kerk komen we in de abdij. Meteen aan tafel waar al 2 niet-paters aan het eten zijn. We wisselen wat info uit, maar wat hun rol in de abdij is wordt me niet duidelijk. Daarna wijst een pater ons de kamers. Maar we hebben niks bij ons: alles ligt in de tent op de camping! Loslaten, denk ik, en zeg tegen Tonie: we hebben toch alles om te slapen. Elk een eigen kamer, een aparte gezamenlijke badkamer (ik lig er al snel in). Hier in deze abdij lijkt gastvrijheid zo vanzelfsprekend…. Ik laat het over me heen komen. Probeer het te beleven als aansterken voor mindere tijden.

2 juli

De broeders van de Norbertijnen zijn blijkbaar niet zo streng. Als ik vraag naar de gebruiken die we willen respecteren, geven ze aan dat om 08.00 uur ontbijt is. We willen liever vroeger, en dat kan. We hebben nog een tent elders op de camping staan, die nog moet worden afgebroken etc. OM 07.15 uur komen we beneden. Meteen wordt de tafel gedekt en kunnen we ontbijten. Om half acht doen we nog mee aan het ochtendgebed in de kerk. Heerlijk zo,n meditatief rustmoment. Voordat we echt op pad zijn is het bijna 10.00 uur. Naar Dinant. De afgelopen zes dagen kon het weer wel op onze bestelling zijn geweest. Zon, afgewisseld met wolken(net genoeg om niet te verbranden, zo kan ik goed inlopen voor de hittes die ongetwijfeld nog gaan komen) en een temperatuur iets boven de 20 graden. Hoe anders zijn de weergoden ons vandaag gezind. Nog voor Dinant moet de poncho uitgepakt worden en dat gaat vandaag nog een paar keer gebeuren. De omgeving is weer prachtig. Langs de Maas met veel afwisselend groen. We lopen een stuk met een Rotterdammer (Kees) samen. Hij doet Santiago in een aantal jaren; vorig jaar van Rotterdam naar Dinant en dit jaar de tweede etappe. Hij zoekt nog naar een beschrijving van Vezelay naar Le Puy. Die heb ik uitgehaald in een boekhandel in Amsterdam. Als hij schrijft in ons gastenboek op internet krijgt hij straks het ISDN nummer. Voor hem is het iets voor op zijn vroegst volgend jaar. Na een stuk GR dat stevig bergop en weer af gaat besluiten we om niet meer al dat soort bochten en omwegen te doen. De Maas blijft onze parallelstroom tot Hastières en we plakken er nog 2 stukken aan: Hermeton sur Meuse en Heer (niet bij Maastricht dus). Het vinden van de camping valt tegen. We lopen richting caravans, maar dat blijken uitsluitend vaste standplaatsen te zijn. Terug dus. Dan laat de bewegwijzering van de camping ons in de steek. Aanbellen en vragen. We zijn al te ver. Weer terug. Afgepeigerd melden we ons bij de campingbaas, die koel op zijn horloge kijkt: 20.45 uur. We zouden toch rond half acht komen ?? Allebei de paspoorten laten zien (voor het eerst). Oh ja, bij de abdij van Leffe had ik de pelgrimspas niet bij me. Wel mijn paspoort. Die dus laten stempelen: op dat moment mijn pelgrimspas. Ik vraag mij af of dit me later nog in de problemen kan brengen. Voor nu ben ik blij en trots met dit “aandenken” aan mijn eerste overnachting ooit in een abdij. Misschien vaker doen. Het geeft energie, die ingetogen hartelijkheid met dat religieuse samen.
Terug naar de camping: er is verder niks te doen, dus naar bed.


3 juli

We slapen uit tot 07.45. De dames en kinderen komen vandaag. Er wordt druk ge-SMS-ed om elkaar te vinden. Ze zijn eerder in Givet dan wij, maar om 12.00 uur vliegen we elkaar om de hals. Een aantal uren lekker kletsen, kuieren, en voor Tonie enkele kilo’s bagage lozen. Ik heb (nog) niets “over”. Mijn 15 kilo blijft in tact. Om 16.30 uur worden we door de dames aan de GR gedropt en lopen tot Olloy sur Viroin. Camping Communal om 21.00 uur. Tot 19.00 uur was “inchecken” mogelijk, maar telefonisch contact vooraf leerde dat we een plekje konden uitzoeken en ’s morgens vroeg betalen. Later zoeken we de ontmoetingsruimte van de camping op. Is echter al gesloten. Het is ons tot nu toe nog niet gelukt een camping met kantine o.i.d. te vinden. Dus naar bed dan maar. Het is de eerste nacht dat ik het koud heb, terwijl de slaapzak tot nul graden bestendig zou moeten zijn. Nou gevroren heeft het in elk geval niet. 


4 juli

Het is alweer 10.00 uur voordat we “en route” zijn. De campingbeheerder wijst ons de kortste weg naar de GR vanaf de camping. Tonie zijn (boven)benen zijn slecht, dus de vraag is hoever we komen. We nemen 11 km Ravel  (verhard fiets-wandelpad) geheel door het bos. Het schiet wel lekker op t.o.v. de GR. Tonie lijkt het gehad te hebben, maar na een pauze van 5 kwartier en een aardig gesprek met Vlamingen die heel veel teken(insect) hebben (verwijderd), gaan we toch verder. Een kleine 15 km bos voor de boeg en het gaat bij vertrek regenen (voor een aantal uren). We stappen 2 uren door en dan wordt het bospad moeilijker begaanbaar en gaat het tempo rap omlaag. Eenmaal uit het bos de kortste weg(verhard) naar Rocroi. We lopen Frankrijk binnen en in dit land zullen we als alles goed gaat, een week of 8 nog doorbrengen. Een camping vinden we heel snel (soms zit het mee). Heel klein, maar we staan er voor ruim 5 euro en zijn in een mum van tijd in het dorp om warm te eten. Daarna zien we de europese finale Portugal-Griekenland. Althans tot de rust, want dan heb ik het gehad. Terug naar de camping, een heerlijke warme douche en nachtrust. Eerder hadden we enkele aardige gesprekken met duitse echtparen. Een ervan vindt 35 km per dag teveel. Voorlopig halen we die afstand echter nog regelmatig en blijven we dus nog lekker eigenwijs. Het andere echtpaar is hier voor de Tour de France. Thuis zou ik die ook trouw op TV volgen, maar nu is er de tijd niet voor.


5 juli

Eerst het dorp in, telefoonkaarten kopen, want GSM is veel te duur zowel bellen als gebeld worden (pre-pay). Alternatief is SMS. Daar raak ik inmiddels bedreven in. Tonie en ik hebben tactische bespreking vandaag. De GR geeft voorlopig weinig campingmogelijkheden. Duur slapen willen we niet en wildkamperen alleen in nood. En we hebben nog geen gids of kaart kunnen bemachtigen (VVV Rocroi pas om 10.00 uur open) met alle campings in de regio. De GR geeft alleen aan wat kort bij de route ligt. We besluiten om deels GR en deels verharde wegen te lopen. GR geeft tussen Rocroi en Signy-L’abbaye ongeveer 50 km aan. Wij doen het met ongeveer 15 km minder, dankzij stukken D- en N-wegen. En ze zijn niet minder mooi. We zien schitterende landschappen (de ruilverkaveling heeft hier niet toegeslagen), koeien, runderen, een hazelworm. Die kan ik nog hebben, voor slangen ben ik als de dood. Onze keuze pakt goed uit. We schieten goed op, de omgeving is prachtig en we eindigen bij een camping. Een zwaar bewolkte ochtend wordt gevolgd door een zonnige middag. Wat voel ik me goed. Alice (mijn vrouw) aan de telefoon tijdens de laatste 5 km en ook mijn ouders voor het eerst sinds vertrek. Ik spreek ze tijdens een moeilijk begaanbaar parcours(karresporen, nat en droog en vooral ongelijk) maar voel dat het allemaal kan. Blijft dit zo goed gaan ? Het is mijn tiende dag en in plaats van bekaf de laatste km’s te doen, meen ik er nog tien aan te kunnen plakken. Camping municipal vinden we na  vragen. Klein en keurig netjes en voor 4,5 euro voor ons beiden. Achterzijde is sportveld met natte ruimten en voorkant de camping. Een Engelsman biedt spontaan zijn tafel en 2 stoelen aan. We kunnen voor het eerst lekker zitten op een camping. Leuk gebaar, simpel maar voor ons waardevol. ’s Avonds 4-gangenmenu voor een heel schappelijke 13 euro in een sfeervol restaurant. De dag is weer voorbij en we constateren dat er geen tijd “overblijft” om iets ter plekke te bekijken.


6 juli

Half 7 opstaan. Half twaalf vertrek. Eerst douchen. Ik heb al eens in kleinere cabines gestaan. Het is nodig om te fourageren. Het engels echtpaar beveelt de grootste supermarkt aan, maar die is nog dicht. Inkopen in de kleinere doen. Ernaast nuttig ik een grand café aux lait en lees (voor het eerst, elfde dag!) de krant. Sport en het weer, that’s it. We lopen nog wat langs de martkkramen. Terug op de camping krijg ik van de engelsen (dit echtpaar is volgens mij al behoorlijk in de zeventig) een gids met 3.000 franse campings. Helaas, op onze tocht van vandaag is nergens een camping in de buurt te bekennen. Dan maar naar de VVV (10.00 uur open). Info wordt meegegeven, maar blijkt onbruikbaar. We lopen uit de regio, waar we overnachtingsmogelijkheden van meekrijgen. De laatste (prettige) “vertraging” is een oudere mevrouw, die ons herkent als Santiago-gangers. Of we mee willen komen voor een “tampon”. Nee, niet het vrouwelijke attribuut maar het Franse woord voor stempel. Natuurlijk, we lopen er graag een stukje voor terug. Pauze al na 5 km. Het is warm, dat zijn we nog niet gewend. We pikken de GR op, groen, mooi. Wasigny. Vlak ervoor een overdekte half open ruimte in de schaduw (Franse JOP?). Lunch nuttigen. Boter nemen we niet meer mee, wordt te snel vloeibaar met dit weer. 15.00 uur en 11 km gemaakt. We zijn laatbloeiers vandaag, want vanaf dan komen we op gang. Weliswaar voel ik me ongemakkelijk (later zal blijken waarom) maar we lopen door. In Justine-Hertigny rusten we uit. Hier is niks te krijgen en te doen en bellen voor overnachting verderop levert niks op (geen bereik per GSM). Campings zijn er niet in een straal van 25 km, dus dat zal wel duur worden vandaag. Volgende dorp. Telefoonnummer van Gite schakelt door naar fax. Doorlopen. Het is 19.15 uur. Een man langs de route roept iets. Ik maak duidelijk hoe en wat. We moeten vragen naar de ex-burgemeester dhr. Dion; zijn grote boerderij blijkt echter verlaten.Een uur daarvoor heeft mijn oudste dochter Rianne gebeld. Ze blijft zitten dit jaar. Het was al enkele keren kantje boord en nu eronder. Vier vijven en het max. is twee. Ze huilt en eensklaps weet ik waarom ik me de hele middag ongemakkelijk heb gevoeld. Het is ook in één keer van me af. Ik beur haar op. Ze kan niet meer dan haar best doen.Zet hem op meid, laat je niet hangen! Ik SMS twee uur later dat ze van deze domper volgend jaar een kans moet maken om het beter te doen. Het is zo, en ik verbaas me dat ik er zo snel mee klaar ben. Terug naar het zoeken naar onderdak. Een paar keer vragen leidt naar het café in het dorp. Plaatsnemen met een drankje. Ja, we eten ook hier. De barkeeper zegt toe te bellen voor een sleutel van de judozaal. Het gaat grotendeels langs ons heen, maar het hele buffet komt in actie en telefoonboeken worden geraadpleegd. Intussen wordt een voorgerecht een tafel verder geserveerd. Het is voor ons ( we hebben nog geen keuze kenbaar gemaakt) en is heerlijk. Een hoofdgerecht volgt. Intussen loopt er een mevrouw binnen met sleutels. Van de judozaal. De weg wordt gewezen. We gaan verder met kaasplank. Dan ijs, dan koffie. In gesprek met de barkeeper blijkt dat hij jarenlang gewerkt heeft in de auberge waar we gisteren aten. Het gemak en de vanzelfsprekendheid waarmee we vandaag geholpen zijn, maken indruk op me. Ik neem me voor zoiets in mijn eigen omgeving te regelen. Hoe en wat zie ik later wel. In de judozaal. We slapen in de kleedruimte op de grond. Eerst wordt nog alles gewassen. Tonie neemt dat wat al te letterlijk………..


7 juli                                               

´s Ochtends is nog geen kledingstuk droog, dus hij heeft geen broek om aan te trekken! De buiten gespannen waslijn blijkt werklui ´s ochtends te hinderen. Dus verhangen en uiteindelijk de meeste was nat inpakken. Zijn we ook nog wat zwaarder. Om 7.00 uur grand café aux lait in het café van gisteravond. Inkopen doen. Aan de praat met een vlaams koppel dat naar Parijs loopt. Bij vertrek is het toch alweer 10.00 uur. Vandaag lopen we alleen GR, maar een halve etappe.We volgen de hele dag de Aisne. Water en groen. Mooie barokke kerk onderweg.Om half drie vinden we een bar voor koffie. Komen in gesprek met patrones. We kunnen achterom op het gras de tent opzetten, straks hier warm eten en ook nog douchen. O.K. Vandaag halve kracht Als ik zeg dat ik nog inkopen moet doen biedt mevrouw aan mee te rijden naar de supermarkt. Van het één komt het ander.In de supermarkt tref ik Kees, die ook de GR loopt. Hij heeft er 30 opzitten en snakt naar een overnachting. Ik kijk naar patrones, leg kort uit wie Kees is. Natuurlijk is er ook voor hem plaats “achterom”. We leren Kees beter kennen. Docent verpleegkunde. Leuke historie in de zorg met burn-outs en eigen keuzes daarna. We spreken af vroeg op te staan om samen naar Reims te trekken.


8 juli

6.00 uur op. Vóór half acht op pad. Vandaag wordt productie geleverd. Half twaalf staat de teller op 18 km. 14.00 uur in Reims (26 km). Naar het centrum valt nog tegen. Gezegd werd 2 km, maar dat zijn er eerder 5 en dat valt tegen. Om 9.00 uur maakt Kees buiten voor ons allen capuccino. “Het leven is mooi”, typeert dit moment. In de middagpauze wordt mijn rugzak eens grondig bijgesteld. Minder druk op de schouders. Het lijkt te verlichten, maar ik wacht met een echt oordeel tot over enkele dagen. Je moet toch “spelen” met die riemen en variëren met de instellingen is mijn ervaring totnutoe. Van asfalt gaan mijn voeten branden, dus ik gebruik zowat elke meter gras om vooral mijn rechtervoet te ontlasten. ´s Avonds spuit ik er toch iets op, vooral preventief. Eindelijk om 16.00 uur bij de kathedraal, nee eerst naar het VVV. Overnachtingstips? Jeugdherberg. Als ik het klooster laat zien wat ik vooraf heb uitgezocht, weten ze niet of pelgrims welkom zijn. Bellen levert ook al niets op. Er naartoe gaan is te ver met risico dat de zusters Clarinessen ons geen onderdak geven. Kees gaat doorlopen en trakteert ons op een afscheidspils. Hij is nog geen half uur weg of het stortregent. En hij gaat nog buiten voor zichzelf koken en wild kamperen. Wij zijn beter af met een echt dak boven ons hoofd. Met een Zwitser en een Australiër op één kamer (kippenhok) verlang ik alweer naar het vrijere kamperen in de openlucht. Het VVV heeft ons nog een camping kunnen leveren tussen Reims en Chalon. Daarvoor laten we morgen de GR grotendeels schieten.


9 juli

Ontbijt in de herberg. Er verblijven groepen, vooral jongeren. We trekken de stad in, op zoek naar internet (cyber-café). Gevonden, maar dicht. Ik opper dat hij misschien om tien uur opengaat. Tegenover een kerk. Die maar eens bekijken. Echter alleen open van 14.00-17.00 uur. We draaien ons om en de rolluiken van het cyber-café gaan omhoog. Bingo! De 80 foto´s van Tonie op een cd gebrand en zelf twee uurtjes in Word gewerkt aan reisverslagen. Wel even wennen aan het franse toetsenbord (vooral de “A” en “M” is telkens zoeken). Voor mijn collega´s die 25 en 26 september Reims bezoeken: de kathedraal is vooral van buiten indrukwekkend met honderden beelden. St. Jacob hadden we er snel uitgehaald. Ook langs de Kamer van Koophandel gelopen. Aan het gebouw te zien zitten ze er warmpjes bij! Reims kent vele mooie plekken, jullie gaan je daar vast vermaken. Veel plezier alvast eind september. Ik hoop dan net terug te zijn in Meerssen. Vandaag lopen we middag-sjiech. Vertrek 14.15 uur. Eerste paar uur langs het water Reims uit. Eerstvolgend dorp is de bar dicht wegens vakantie. Doorlopen naar volgende dorp, waar we iets drinken. Op pad naar de camping om 19.00 uur. Ik kwam tot dan voor geen meter vooruit en de rugzak hinderde me ontzettend. Na de pauze ben ik herboren (dat kan toch niet van die drie Pelforth brune zijn?). We vliegen naar de camping die een paar kilometer buiten het dorp ligt, maar dat maakt me vandaag niks uit! Aankomst camping municipal om 20.15 uur. Warme maaltijd in dit gehucht niet mogelijk, maar er wordt geholpen. Een eerder verwezen restaurant zou dicht zijn geweest en had ons 2 x 3 km te voet opgeleverd zonder eten. Er wordt gebeld op een andere plek. Open en eten voor ons besteld. De patron van de camping rijdt ons er wel even naar toe! In het bar-restaurantje is de tafel al gedekt voor ons. Of we tevreden zijn met frites-steak. Natuurlijk, we eten alles wat ze nog voorzetten om 21.15 uur! Tien uur terug richting camping. We hebben de rugzakken nog niet-uitgepakt bij de receptie achtergelaten. Tent opzetten, “bed” gereedmaken en goeienacht!


10 juli

De camping heeft ruime en nette douches en toilet. Ik ben bijna niet weg te slaan onder die heerlijke douche. Half tien weg, eerste twee uur D-weg. Half twaalf 10 kilometer gehad. We lopen door de champagnestreek. Vrij vlak, vele graanvelden, bomen aan de horizon, wat telefoonpalen. Af en toe fabrieken met grote aantallen silo´s. Zouden ze hier van al dat graan alcoholische dranken maken?
Als we de grote weg (N44) kruisen SMS ik Thera (mijn jongste zus) en Gé, die ons vandaag komen opzoeken. Een dik uur later ontmoeten we elkaar in “ la Veuve”, vlak boven Chalon (- en Marne of – en Champagne). Vanaf dat moment worden we in de watten gelegd.Stoelen uit de auto, zitten. Gebakje erbij en drankje. Ze hebben een verrassing in petto. We gaan terug (?) naar Reims. Formule 1 hotel geboekt. Spullen brengen, lekkere douche! De stad in, lekker eten! Dan naar de cathedrale in het schemerdonker. Foto´s maken. Wat is dit een meesterwerk; twee torens, beelden, beelden.


11 juli.

´s Ochtends droppen ze ons weer langs de GR, maar pas nadat we op de bonnefooi ergens onderweg in een klein dorpje een ontbijt nuttigen. Een KOM koffie is voor sommigen wennen, en eten zonder bord ook. Maar met ons “eigen” beleg erbij en de super-croissants van het restaurant is het heerlijk. Het restant van het baguette gaat mee voor de lunch en we krijgen nog het een en ander aan etenswaar toegestopt “van thuis”. Ondanks dat we allebei niet zo makkelijk lopen, schieten we op. We nemen weinig pauze en constateren om 17.00 uur dat we eens vroeg op de camping zijn. 29 GR kilometers in 7 uurtjes hebben we gemaakt! Onderweg heb ik moeten ingrijpen aan mijn rechtervoet. Ik probeerde vandaag een extra zooltje om het branden tegen te gaan. Halverwege overal pijn (voet, onderbeen).Na het uitdoen van het attribuut loop ik stukken beter. Voornemen na vandaag: op tijd arriveren bij de camping is prettig. Dus eerder vertrekken. We liggen er voor het eerst in als het nog licht is ( 9.15 uur). Stevige nachtrust dus.


12 juli.

Half negen in de startblokken. We lopen eerst door Vitry. Er staat een kathedraaltje, dat van buiten lijkt op die van Reims en het is open. Helemaal rondgelopen van binnen en rustmomenten. Als we willen vertrekken start er muziek. Panfluit. Zeer passend in deze omgeving. Bij vertrek bleek dat een bekende op dezelfde camping sliep: ja….. Kees weer! We vertrekken echter apart. In de middag voegt Kees zich bij ons en de rest lopen we samen.
Moment van de dag: ik loop voorop op een landweg en gedurende honderden meters fladderen er voortdurend vlinders omhoog en om me heen. Wat heeft de natuur ons toch veel te bieden! De laatste kilometers gaan op het tandvlees, maar dan wordt dat ook een keer extra gebruikt. Verschillende keren gevraagd naar de camping, want die ligt buiten onze route. We blijken er eerder op de route heel dichtbij te zijn geweest…..Het ziet er niet zo goed uit. Autochtonen geven aan dat er geen bar, café of restaurant is, dus voor het eerst lijken we onze noodmaaltijd in poedervorm te moeten aanspreken. Ook een winkel (voor morgenvroeg e.d) zou niet in de buurt zijn. Hoe anders kan het lopen: 500 meter voor de camping is een restaurant. Dat hebben we niet nodig, want op de camping blijkt alles wat we nodig hebben: een paar m2 gras, douche en toilet, bistro, wasautomaat en zelfs een winkeltje met morgenvroeg baguette en croissants. Wat kan het leven er in één keer toch weer heel anders uitzien (laatste kilometers lopen versus geïnstalleerd op de camping met eten, drinken en een praatje)!


13 juli

We kiezen vandaag voor D-wegen (verhard). Je kunt een vast tempo aanhouden en Dienville (met camping) is dan bereikbaar op één dag. ´s Morgens krijgen we koffie van de camping als we ons zelfgemaakte ontbijt  in de ontmoetingsruimte (luxe!) nuttigen.We maken asfaltkilometers. Onderweg midden op het water: moment van de dag. Een aalscholver rustig turend over het water. Aan de oever enkele reigers. We komen niks tegen waar koffie te krijgen is onderweg. Bewonderen wel nog een aardig kerkje waar fors aan verbouwd wordt, maar open is. Kwart voor drie pauze en het gaat net regenen. Tonie klaagt over achillespees.
Nog 10 kilometer tot Brienne-le-chateau. Proberen door te lopen of iets anders. We spreken af ieder een kant op om te zien of er een onderkomen in de buurt is. Tonie vindt iemand bereid die ons wegbrengt (zie verder verslag Tonie). We hebben dus nu een probleem. De theorie vooraf thuis warm en droog was: Paul loopt niet alleen door in Frankrijk, Tonie wel. Maar de situatie nu is: 4 tot 5 dagen rust. Ik heb inmiddels besloten vooral mijn intuïtie bij deze tocht te volgen. En die zegt: ik ben nu een pelgrim, en die trekt voort. Tonie voelt het ook. We spreken af morgen samen door te brengen, de dag erna ga ik alleen verder. Slechts één van ons kan de tent hebben. Vinden we geen alternatief voor Tonie morgen, dan blijft hij in de tent en ga ik op de bonnefooi. Een (gedwongen) tijdelijke splitsing op onze tocht. Hoe pakt dat verder uit? Vertrouwen hebben in de onzekere toekomst, dat is mijn les tot nu toe. En die sterkt me op dit moment. De man die ons gisteren vervoerd heeft, verdient een medaille, Hij brengt ons naar de dokter, introduceert, wacht buiten, zoekt een apotheek, wacht, rijdt door naar een overnachting. Bestaat niet meer. Overleg. We kiezen voor camping. Te ver. Terug. (Deze meneer wordt herdacht in Santiago, zeker weten). Camping gevonden. ´s Avonds is hier een combinatie van St. Maarten (lampionoptocht), oudjaar (vuurwerk), koninginnedag (nationale feestdag) en een beetje carnaval (alle fransen zijn een beetje “fou”). Prachtig vuurwerk aan het meer. Daardoor laat naar bed. Maar quatorze juillet is voor mij, noodgedwongen, een rustdag. Ik loop toch nog 12 km naar Brienne. Op en neer. Kamer zoeken (betaalbaar) voor Tonie. Hotel gevraagd, bij VVV geïnformeerd. 2 Adressen gekregen Wat rondgelopen in Brienne. Kerk bezocht. Teruglopen. Ik ga liggen in de tent. Extra rustdag.
Wie blijkt er op de camping te liggen? Ja, Kees. Strategiebespreking. In plaats van alleen verder, ga ik morgen met Kees aan de slag. We komen in contact met Jan en José en hun 12 kinderen. Gaan ´s avonds een uurtje in de jeep van Jan op reeënsafari en zien er een stuk of zeven! Het wordt laat bij de caravan en zeer grote tent. ´s Morgens afscheid van Tonie. Toch raar, maar hij moet rust houden en kan verder alles doen. Vier dagen blijven is voor mij teveel vakantie.


15 juli

Met Kees 33 GR kilometers gemaakt. Veel gezien (ree, kikkers, salamanders, kiekendief etc.).

Door een mevrouw worden we op een café gewezen, het blijkt echter dicht. Via een aardige man, die volgens mij de helft van het dorp bezit, krijgen we een stuk gras toegewezen en een kraan. We kunnen slapen en wassen  en drinken. Kees kookt spaghetti. Eenvoudig en voedzaam. Onze primaire levensbehoeften zijn weer bevredigd. Ik slaap aan één stuk van 22.00-6.00 uur. Dat is nog maar één keer eerder gelukt in de voorbije weken.


16 juli

We zijn vroeg weg, en kunnen om 11.15 uur inkopen doen in een intermarché. Na een stevige pauze doet Kees een stuk GR en ik kort af over de verharde weg. 35 GR kilometers is me teveel voor één dag. Aan een brug spreken we af. In de tussentijd spreek ik met een man, die me verwijst naar iemand verderop, waar ik als Compostella-ganger beslist langs moet gaan. Met Kees samen ga ik erheen. Het blijkt een geboren Nederlander die met 21 jaar naar Frankrijk is gekomen en daar al 42 jaar woont. Hij biedt iets te drinken aan en wijst ons een kortere weg als we aangeven nog 12 kilometer door het bos te gaan. We arriveren in het dorp waar een café-restaurant zou zijn. Helaas vandaag gesloten. En we snakten naar een biertje! Alles komt echter weer goed. Dorpsbewoners wijzen ons een plekje gras achter een soort gemeenschapshuis en anderen bieden ons een paar flesjes bier aan. Kees kookt weer prima en we hebben uiteindelijk wee alles wat een pelgrim nodig heeft. Er is zelfs een kraan aan de “salle”.

Moment van de dag: ik lig in het gras, staar naar boven. Zie een bladerdek, daarachter strakblauwe lucht, nog weinig gehad en vele vogels in de bomen doe hun best om het hardst te fluiten. Ogen dicht, dus en genieten………


17 juli

Half acht, gepakt en gezakt. Laatste dag met Kees. Overmorgen neemt hij de trein van Tonnerre naar Rotterdam. Dinsdag trouwt zijn dochter. Het lukt ons vandaag om te verdwalen. De routebeschrijving geeft al aan dat de "ballisage" (markering) moeilijk is, en inderdaad: door het gras vinden we geen pad het bos in. We lopen om het bos heen, komen geen pad of weg tegen. Lopen door akkers. Uiteindelijk vallen we terug op de zonnestand: kiezen voor westelijke richting, want daar moeten we ruwweg heen. Landweg gevonden, splitsing. Een wit-rood kruis geeft aan dat we op de GR zitten. We heroriënteren ons en herkennen de kaart weer. Dit grapje heeft ons 1 tot anderhalf uur gekost en we dachten nog wel een rustige etappe van 25 km te doen. Tot 14.00 uur is het heet. We bekijken de kaart en korten wat groene omleidingen af met verharde weg. Even na twee uur arriveren we in Etourvy, waar gezinshereniging gaat plaatsvinden. Kees heeft geluk. In een Gite Rural, waar een groep verblijft, krijgt hij spontaan een warme maaltijd aangeboden. Ik stommeling, sla het aanbod af, door te zeggen dat ik straks nog warm eet. Het weer slaat om. Bewolking, regen, onweer. We schuilen in een houten hokje. Het wachten duurt lang. 16.00 uur zijn ze er. Vrouw en jongste dochter. We zijn weer even samen en genieten ervan. Hotelovernachting. Even een stukje luxe meepikken en accu opladen. Voor mezelf heb ik geconcludeerd dat ons streven om blijvend 35 GR km per dag te maken, te hoog gegrepen is, nog los van Tonie's blessure. Een goeie 25 GR km per dag of 30 met wat meer asfalt is wel te doen. Regelmatig kun je met D-wegen ook nog wat afsnijden, maar het oorspronkelijke schema moeten we gaan loslaten. Voor, tussen en na het bijpraten lees ik het gastenboek van onze internetsite van de laatste week door, bekijk en beantwoord brieven (bedankt Suzanne en Harry, Thera en Gé en ma en pa) en wordt verrast door een originele stunt van collega Albertine van het werk. Zij heeft 2 duiven meegegeven aan Alice. Tonie en ik schrijven een hele korte boodschap op een klein briefje dat met de duiven meegaat. 19.30 uur worden ze gelost. (rond 12.00 en 14.00 u blijken ze in Hoesselt te zijn gearriveerd). Heel origineel Albertine. Dank.

18 juli

Na een stevig ontbijt verkennen we met vrouwen en kinderen een stukje Auxerre. Eglise van Saint Etienne is de moeite waard. Mariëlle krijgt nog een aandenken mee uit de kerk (penning). We worden gedropt op de camping van Auxerre. Het afscheid valt me zwaarder dan vorige keer. We zien het thuisfront pas weer over een week of vijf-zes. s´Avonds neus ik wat in de routeboekjes. Ik kom een briefje tegen dat Kees me heeft achtergelaten. Het is een oude, Ierse zegenbede. Indrukwekkend:

"Moge bij iedere stap die je zet, de weg zich openen.
Moge je de wind altijd in de rug hebben.
Moge de zon schijnen, warm op je gezicht.
Moge de regen vallen, zacht op de velden.
En tot wij elkaar weer ontmoeten:
Moge God je bewaren in de palm van zijn hand."

s'Avonds met Tonie nog even Auxerre in gelopen, stuk van de binnenstad verkend. Doe nog een leuk idee op voor mijn werk, bij de routemarkering. Interessante gebouwen, steegjes en pleintjes gezien.


19 juli

Weer met Tonie aan de slag, voorzichtig beginnen. Maximaal 1 uur lopen, rustig tempo, meer pauzes. De rivier de Yonne is onze gids vandaag. Tonie gaat gelukkig goed vandaag. Op de camping aangekomen, even uitpuffen in het gras. Op de achtergrond een groot veld zonnebloemen. Op de voorgrond rent een eekhoorn over de camping. Moment van de dag. Gratis van moeder natuur. Voor we warm gaan eten (nooit meer voor zo’n prijs) worden we door de buren uit Nantes uitgenodigd voor een aperitief. Gezellig en spontaan.

20 juli

De afgelopen nacht heeft het continu ge-onweerd en geregend. Even kijken hoe bestendig de tent hiertegen is. In een hoekje van de tent is het nat + de onderkant van mij slaapzak en matje. Niks ergs. Voor ons vertrek koffie bij de buren. Een paar foto’s voor hun en voor ons en we zijn weg. Eerste stuk lopen we verkeerd. Kanaal en rivier verwisseld. We halen later wat in door D-weg te nemen. 5 km voor Vezelay zie ik de basiliek de la Madeleine op een heuvel liggen. Het pakt me. Ik realiseer me dat dit een mijlpaal is. Hier wil ik zijn. Ik loop lekker zo aan het einde van de dag. Mijn rugzak heb ik weer eens versteld en volgens mij zit hij nu het minst slecht. Ik loop er goed mee vandaag. Basiliek uit het zicht. Even niks te doen. Kilometerbordje en tijd opgenomen 11 voor vijf. Na 2 km 9 over vijf. Dat zijn er zes per uur. Het is mijn tempo op dit moment en het is goed zo. Met Tonie heb ik al afgesproken dat we in Vezelay morgen een dag blijven. In Asquins uitpuffen, anderhalve km. van Vezelay. Er is een camping met het bordje “complet”. Bij de receptie is niemand. Ik loop even rond, spreek een Nederlands koppel aan. We kunnen wel naast hun, het komt hier niet zo nauw met regelen en reserveren. Dat past ons natuurlijk wel.


21 juli

Vrije dag. Klinkt raar als je 3 maanden verlof hebt. Anderhalf uur bezig met foto’s van tekst voorzien en wissen op digitale camera van Tonie. Dan de berg op naar Vezelay zonder rugzak. 12.30 uur middagzang. De basiliek maakt waar waarom hij me zo aantrok. Zo prachtig eenvoudig in zijn kleuren. Geen opschmuk, geen tierelantijnen. Rondgang door kerk: in de nissen is het te beleven. Elk zijn heilige. Een Belg klopt me op de schouder: “Santiago?” Ja. Hij is vorig jaar geweest. Nu met gezin hier. Vijf minuten later knikt hij naar mij. Hier moet je zijn. Op de kop van de kerk. Aparte hoek voor St. Jacques (St. Jacob). 3x onze Vader, 3x weesgegroet. Overgehouden aan het begin van de jaarlijkse Banneuxtocht op 24 december. Crypte met relikwie van Maria Magdalena (naam vd basiliek). Slaapplaats regelen: zuster zegt: we zijn vol, probeer bij paters. Nee, verwijst naar andere zusters. Zoeken in boekje. Er is maar één bed. Nog eens kijken en overleg. Ja. Er is toch een kamer met 2 bedden. Adres voor avondeten is apart van het huis waar we slapen. Terug naar de camping. Tent afbreken. Onze buren blijken musici te zijn. In gesprek. Zij gokt naar mijn baan. Gisteren was de suggestie nog of ik kloosterling was, bij eerste indruk (ja Alice, let op wat men zoal van me denkt.). Nu heeft het paar bedacht dat ik leraar ben. Jammer, even uitleggen dat ik daar het geduld niet voor heb. Met een gekke slag zeg ik: moet je zien, we hebben rustdag en gaan toch nog met de rugzak omhoog. Spontaan komt het aanbod ons even te brengen. Prima. Voor de lauden (18.00 uur) regelen we nog even een wegenkaart in de librairie, inkopen voor morgen en adressen van campings en Gites onderweg in de Morvan. Avondmis. Mooi, stijlvol, eenvoudig. Ik doe mee met de gebaren. Bij het Lam gods: geef elkaar de vrede. Alle zusters en paters komen van het altaar af. Iedereen persoonlijk de vrede wensen met twee handen. Moment van de dag dus. Warmte, uit het hart, echt gemeend. Zijn geen woorden voor nodig. Penning gehaald in de kerk als aandenken. Souvenirwinkels kunnen me gestolen worden. Stralen kitsch en commercie uit. Wegwezen. Voor het echte herbeleven kom ik hier terug met Alice (en kinderen?). avondmaal met vele anderen genuttigd. Braziliaan aan tafel. Loopt vanuit Vezelay. 11 oktober vliegt hij terug. Overnacht in hetzelfde huis en kamer als ons.


22 juli

Ontbijt gezellig met jongeren. Alles delen. Bijdrage storten in kas. Zonder controle. Hier kun je daar nog op vertrouwen. Zo hoort het. Onder het lopen uit Vezelay veranderen we van route. Er duikt een markering op naar Compostella. Die gaan we lopen. We zien wel hoe het uitpakt. Onderweg treffen we een man van 67 waarmee we gisteren aan tafel zaten tijdens de warme maaltijd. Hij loopt er 25 per dag. Petje af. Om half twee pakken we na 17 km een lange middagpauze. Om 16.00 uur weer op pad. Komen we nog op gang? Het is heet. We zwoegen en ploeteren. Kijken onderweg waar we kunnen slapen. Valt tegen. Doorlopen naar Corbigny waar we in een abdij zouden kunnen slapen. 21.00 u komen we aan. In de abdij is niemand en navraag leert dat er verder ook geen mogelijkheden zijn. Dus vragen naar een stuk gras om de tent op te zetten. Hij staat net voor het donker op. We duiken meteen het dorp in om iets te drinken.

23 juli

We staan met de tent aan de rand van het dorp op gemeentegrond. Ik nuttig het ontbijt op de stoep, met wat over is van gisteren. Zo’ n tocht als gisteren waarbij we na 16.00 uur nog 18 km liepen, willen we niet meer. Toch wat strakker naar de overnachtingsmogelijkheden kijken. VVV opgezocht. Zij bezorgen ons kopieën van de beschrijving van de gemarkeerde route die we deels liepen gisteren. Er zijn ook overnachtingsmogelijkheden vermeld. Nog wat inkopen doen, tent afbreken en de ochtend is haast om. We willen een halve dag lopen maar ook nog foto’ s op cd-rom zetten voor thuis. De winkel heeft net middagpauze, die we gebruiken om de nieuwste informatie te bestuderen. Na het branden van de foto’s willen we gaan lopen, maar het onweert. Wachten. In café wordt gebeld voor overnachtingsmogelijkheid na 17 km. Is echter vol. We besluiten te blijven en de komende 2 dagen wat meer te lopen (tot Nevers). Bij VVV halen we nog voor 3 dagen routebeschrijvingen na Nevers. We worden attent gemaakt op een speciaal pelgrimsonderkomen in het dorp, waar we nota bene gisteren bij binnenkomst langs zijn gelopen. Een echt bed voor komende nacht en aanbevolen wordt een restaurantje met pelgrimsmenu voor 9,50 euro. Zo’n rustdag geeft tijd voor wat overwegingen. In de refugé hangen enkele Duitse teksten: “Aus der Abkürzung wird ein Umweg, der zum Genuss führt” en “Wage ruhig einen großen Sprung. Über den Abgrund kommt man nicht mit zwei kleinen Schritten”. Vroeg in bed (21.15 uur).


24 juli

Vroeg op met ontbijt in refugé met beheerder die op ambassade heeft gewerkt en vorig jaar de route heeft gedaan. Hij wil met 2 weken beheer in dit pelgrimsonderkomen iets terugdoen voor de trekkers. Eerste 10 km gaan prima. Pauze met koffie en eten. 100m verder staat een auto in de berm. Niks bijzonders, tot ik er bijna tegenaan loop. Nederlands kenteken en bekenden erin! Mijn ouders en jongste zus Thera met Gé. Die zaten toch in Cermont-Ferrand? Nee, waren onderweg, reden om en gokten dat wij hier ongeveer zouden zijn. Even bijkletsen, een uur vliegt om. Woensdag zien we elkaar weer, dus de lopers worden uitgezwaaid. Na bewolkte ochtend, s’middags zon, maar gelukkig niet meer zo broeierig als eergisteren. Om 19.15 uur zijn  we op de camping na 34 km. Ik voel me erg goed (door rustdag gisteren?). Camping heeft caravan voor pelgrims (2 personen) en er zit al iemand in: de man van 67 heeft ons ingehaald door onze rustdag gisteren. We zetten de tent vlakbij hem op.

25 juli

Dag 30. Eenderde van de tijd en kilometers is al voorbij. Een bijzondere dag voor ons. 25 juli is de dag van St. Jacques en omdat het zondag is, is 2004 een heilig jaar. De poort van de kathedraal wordt in zo’n jaar geopend. We zullen zien, als we daar zijn. Het is ons een handdruk waard. We gaan het dorp in voor een ontbijtje ( croq van 2 euro) + koffie. Terug hebben we nog kleren en tent te drogen. Vannacht was het fris onder een heldere hemel. Tonie moet op gang komen. Het is 10.30 uur als we vertrekken. Het dorp uit. Wie loopt voor ons? Jean-Paul, de zestiger. We komen bij hem. Hij blijkt een ijzeren ritme te hebben: elk uur pauze. Hij wil ook naar Nevers vandaag (32 km). We lopen een tijd samen op, maar kiezen op een gegeven moment voor een wat langere pauze en lopen verder dan een uur door. Hij heeft wel nog een overnachting voor ons drieën geregeld bij zusters. Hete middag. Als we het gehad hebben en in Nevers de zusters moeten zoeken, blijkt het nog 3 km verder te zijn. Dat zijn zware kilometers. Aangekomen verandert de wereld op slag binnen een uur. Een haast strompelende pelgrim die gedouched heeft en aan tafel zit en een heerlijke, complete maaltijd met lieve mensen en zusters om zich heen beseft hoe dicht lijden en genieten bij elkaar kunnen liggen. Met een laatste glas wijn in de hand wordt ik gewezen op het beste plekje: buiten tussen het groen. Tafel en stoelen met prachtig uitzicht. Moment van de dag dus. Op de kamer aangekomen slaapt Tonie al vroeg. Ik lees nog wat info over Nevers, waar we morgenochtend een paar dingen gaan bekijken.


26 juli

Ontbijt met een aantal Spaanse jongeren (zanggroep) en Jean-Paul. Mijn respect voor hem groeit met de dag, nu weer als ik hoor dat zijn tocht in goed overleg met de cardioloog tot stand is gekomen. Vandaag neemt hij rustdag. Wij lopen naar de binnenstad. Bezichtigen de kapel waar Bernadette ligt opgebaard. Geboren 1844. Verschijning van Maria in Lourdes toen ze 14 was. In 1866 werd ze kloosterlinge in Nevers. Met 35 jaar overleden.Haar lichaam is behandeld en bewaard gebleven. Dat schijnt maar zelden te lukken, volgens Jean-Paul. Bij haar dus (toevallig?) wel. Ik bid, voor Maurice, en schrijf zijn naam ook in het boek, achter in de kapel. Hier is geen massaliteit, geen gekte, geen overdreven commercie. Respect en ingetogenheid ervaar ik. Houden zo, hier in Nevers, vind ik. Weer een terugkomplaats gevonden hier. Dan naar de kathedraal. Ik kan er weinig interesse voor opbrengen, na Bernadette. Tonie veel meer, en rationeel geef ik hem wel gelijk. Wel nog even het beeld van St. Jacques in de kerk bewonderd. Terug naar de zusters “Monastières de invitation” om de rugzakken op te halen om een halve etappe te doen. Afscheid van Jean-Paul. We hebben nu zoveel binding met elkaar dat we adres en telefoonnummer uitwisselen. Op weg denk ik: we zijn weer met z’n twee. Maar dat duurt maar even. Goed een uur op pad komt een koets met 4 paarden met ons pauzeren. Man met dochter en schoonzoon. Die koets hebben we zien staan bij de Loire toen we vertrokken uit Nevers. Ze zijn op weg van Reims naar Bergerac en volgen ook de schelpenroute (voie de Vezelay). We gaan samen verder. Telkens als een auto in de buurt komt, is het manouvreren met paarden en span. Hij roept voortdurend tegen de dieren, bij ons lopend en de kinderen op de bok. Er voegt zich nog een kind met partner bij (hij op de fiets, zij af en toe rennend). In Magny-Cours raken we de koets pelgrims kwijt. Zij zoeken een overnachting met stalmogelijkheid voor de paarden. Wij gaan voor de camping die in onze info staat. Veel navraag bij autochtonen leert dat de camping vergeten moet worden voor ons. Alleen geopend als er een race is? We proberen iets warms te eten. Restaurant dat we tegenkomen dicht. Twee ** restaurant te duur. Een man rijdt ons met rugzak 2 km verder. Ook dicht. Dan maar in supermarkt inkopen doen voor avondmaal. Eerste keer op 31e dag! Dan op zoek naar gras voor de tent. Paar keer aanbellen. Een man wijst ons een beschutte plek in een wei. Gras is plat. Er heeft al een tent gestaan (voorgangers?). Tonie heeft een bar gevonden. Eerst een aperitief nuttigen daar. Het is een soort gokcafe (Rapido is “in”; kienen voor iedereen en overal, noem ik het). Half negen naar de tent om te koken. We maken het gezellig met z’n tweeën en het smaakt prima.

22.00 uur naar bed.


27 juli

Voor acht uur alles ingepakt en in de bar-tabac koffie, croissant + pain chocolat. Na dik een half uur lopen merkt Tonie dat het probleem met de achillespees weer terug is. De hulp blijft niet lang uit. We komen Frederic tegen, de koetsier. Hij heeft even verderop overnacht. De rugzak van Tonie kan met de koets mee. Ze vertrekken iets na ons. Tonie loopt verder zonder rugzak. Gaandeweg wordt duidelijk dat dit slechts even verlichting brengt. Maar toch…hoe is het in godsnaam (?.......!) mogelijk dat deze hulp zich precies op het juiste moment aandient. Al lopend spreken we af te stoppen in Saint-Pierre-le-Moutier. De paarden halen ons in en we gaan samen door. Ik loop en zie voor me een koets met 4 paarden. Twee jongelui erop en Tonie. Twee jongelui ervoor en ernaast. Frederic naast me. Midden in de natuur. Ik waan me in een film. Pakweg 100 jaar geleden. Sfeer van Dagboek van een herdershond of reclamefilmpje van Brands bier schieten door mijn hoofd. Alleen: dit is echt en in 2004. Wat een ongelooflijk moment van de dag. Bij de kerk van St. Pierre-le-Moutier een paar foto’s, want het paardengezelschap trekt verder. Ik bel met ouders die in de buurt op vakantie zijn. Of ze ons kunnen ophalen. Tien voor zes zijn Harry (mijn broer) en schoonbroer Gerard er en brengen ons naar hun vakantiehuis in Murol. De pelgrims worden twee dagen verwend (28-7 en 29-7). Woensdagavond belt Gène Willems uit Maastricht. Hij liep onlangs Maastricht-Lourdes-Santiago-Fatima in één ruk.Verbonden als pelgrims zijn we. Hem wil ik graag zien als ik weer terugben in Nederland. Gène, tot eind september als alles goed gaat! Alles wordt gewassen en kampeerspullen gelucht. De 28e juli is de eerste dag sinds ons vertrek 26 juni dat de hele dag de zon schijnt.Wat hebben we, tot nu toe, geboft dat we zo’n goed wandelweer hebben gehad (niet te heet). Als pelgrim zou ik het liefst na één dag weer op pad willen, maar uiteindelijk besluiten we dat ik op twee loopdagen van Le Puy en Velay wordt gedropt vrijdagochtend. Tonie neemt rust en wacht op me in Le Puy. De twee dagen met ouders, zus en broer met aanhangdoen me beseffen wat de rijkdom is van een goed gezinsleven. Bijpraten over praktische dingen, ervaringen, belevenissen en gevoelens onderweg. Tijd voor humor ook. Daar is wat weinig van geweest. Ik wil er wat meer aan werken. Dank aan mam, pap, Harry, Renée, Thera, Gé voor twee leuke en waardevolle dagen, die meteen ook een stuk van mijn leven vertegenwoordigen en daarom ook passen in mijn camino van nu.


30 juli

 Op tijd op. Afscheid van de familie. Het was mooi en ook weer "goed geweest". Thera en Gé rijden ons een stuk naar het Zuid Oosten. In Craponne start ik alleen. Ik ben haast misselijk van het bochtige parcours in de auto, maar knap gelukkig snel op. Onder het lopen voel ik me meteen weer in mijn element. Vanochtend bij de weegschaaltest schrok ik even. Niet dat ik zelf ben afgevallen (gewicht gelijk gebleven) maar het betreft mijn rugzak; 18,5 kilo! En bij vertrek in Meerssen was dat rond de 15 kilo. Even tellen. Ik heb de hele tent in plaats van de helft (+ 1,2 kilo), meer drinken (0,8) en een volledige diepvriesmaaltijd voor vanavond (½ kilo?) en meer kookgerei (een paar ons). Maaltijd en drinken kan ik zelf iets aan doen. Het overige ga ik met Tonie bespreken, morgen in Le Puy en Velay. Vandaag loop ik 20 km naar Vorey. In plaats van meteen naar de camping probeer ik bij het VVV Gite d'etorpe. Kan ook, voor € 6,50. Ik doe het simpel systeem. Sleutel bij restaurant halen en afrekenen. Morgen bij vertrek sleutel in de bus gooien. De Gite heeft pakweg 15 bedden, waarvan er 3 bezet zijn, zitruimte en keuken en twee douches en toiletten. Ik geniet van een gratis diepvriesmaaltijd (van familie meegekregen). Het alleen lopen is natuurlijk anders. Aanspraak moet je zelf zoeken. Alhoewel; om 11.30 uur kreeg ik spontaan het eerste aanbod om met een auto mee te gaan. Niet doen dus. Voordeel van alleen lopen is: geheel eigen tempo en pauzes en looptijd bepalen. Alles bij elkaar ben ik blij dat het maar 2 dagen is. Te lang alleen lijkt me niks voor mij. 21.30 uur. Het bed in. De Gite van ruim 20 bedden is door drie trekkers bezet. De jonge man en oudere heer staan morgen vroeg op en willen om 06.00 uur gaan lopen, want het wordt warm. Ik ga een uurtje later.


31 juli

Ik kan in 23 km naar le Puy over D-weg of 5 km verder en met 330 meter klimmen over de GR. Ik kies voor het eerste. Wil op tijd in le Puy zijn. Ik volg zo'n beetje continu de Loire. Zie op een gegeven moment paarden aan de overkant die gaan drinken in de rivier. Een tikkeltje wilder dan bij ons in de afgepaste vierkante meters met drinkbakken. Mooi om te zien. Tijd voor wat telwerk, want er staan meterpaaltjes langs de weg. 5 km in 53 minuten, 6 in 1 uur en 4 minuten. Zowel vóór als na de eerste pauze. Ik loop dus constant 5,6 per uur. Alleen is dat makkelijker. Minder afleiding. Noemde ik eerder Jean-Paul ijzeren Rinus, nu voel ik me dat zelf met deze regelmaat. De tweede pauze levert me de ontmoeting van de dag op. Stop in gehucht. Er is een bar, maar die ziet er dicht uit. Ik vraag aan twee heren in de buurt hoe het zit. "Fermé", maar ik kan wel vers water krijgen. Graag. Ik kom in de garage, waar de eigenaar (in blauwe overal) de laatste hand legt aan een maquette van het hele dorp, inclusief verlichting. Prachtig, een vakman. Hij stamelt en dat maakt het voor mij makkelijk om zijn Frans te verstaan. Langzaam en dubbel praten. Dat mogen voor mij meer Fransen doen. Als ik zeg dat ik buiten wat ga eten is het: "nee, nee, hier is een tafel en stoelen, zit veel beter". Als ik zeg wat ik doe, vraagt hij mij voor een gebed in Compostella voor hemzelf en zijn partner. Namen noteer ik. Au revoir et merci. 12.15 uur loop ik le Puy al binnen. Nu Tonie zoeken. Het is niet waar; hij komt me op het trottoir tegemoet. Overleg. Hij haalt mijn rugzak in de, te dure, Gite en we zoeken een camping. 's Middags warm eten. Volledige voedzame 4-gangen menu voor € 10,00. Liter wijn erbij voor € 6,00. Na het eten is het bloedheet. Thermometer op weg naar camping geeft 45° aan, dat zal in de zon zijn, maar toch. Met rugzak naar GR lopen is moordend. Ik denk dat ik de goede keus heb gemaakt. Vandaag heb ik onderweg stilgestaan bij de waarde van een goed gezinsleven. De 2 dagen met familie hebben me bevestigd hoe belangrijk dit anker in mijn leven is. Zelf uit een "goed nest" en ook een goed gevoel bij mijn eigen gezin nu. Alice redt het thuis ook goed, hoor ik. Gelukkig. Op de een of andere manier is mijn tocht ook nog goed voor mijn eigen gezin. In mijn ogen worden we er later allemaal (nog) beter van. Hoe en wat kan ik nog niet benoemen. Om 17.30 uur naar de Kathedraal. Mogelijkheid tot confession. (Nou beste lezer, daar zal deze jongen wel een hele tijd zoet zijn geweest). Het ritueel start met aansteken verlichting en kaarsen en kelk met grote hostie erboven dat uit tabernakel wordt gepakt door priester. Een zuster assisteert. Priester zingt een paar zinnen en ieder voor zich kan aan de biecht.


1 augustus

16.40 uur vertrek ik naar de kathedraal. Tonie komt na. Ik wil op tijd zijn. 07.00 uur mis. Vlak ervoor komt de priester met papieren in de hand iets vragen aan de kerkgangers. Ik denk dat het teksten zijn om mee te lezen tijdens de mis en biedt me aan. Het blijkt een gebed te zijn om voor te lezen tijdens de mis, in het Frans uiteraard. Of dat lukt als niet-Fransman, vraagt pastoor. Oui, zeg ik zonder echt na te denken. Het gaat me goed af (ging ik daarom alleen om vóór de mis aanwezig te zijn?). Vóór het evangelie plotseling live gitaarmuziek achter in de kerk. Een paar jongeren beginnen te zingen en steeds meer mensen doen mee. Dit pakt me; voor een moment schiet door mijn hoofd: nu zijn Kerk en de rest van de wereld één. Zo ervaar ik graag mijn geloof. Vóór, mèt en dóór de gelovigen. Gedurende de rest van de mis heb ik een aantal gevoelige momenten, positief. Vooral als ik de gitaar hoor. Ik wil uit Le Puy een aandenken voor Alice. Na de mis wordt ik op mijn wenken bediend; er worden medailles uitgedeeld met de Zwarte Madonna en de Notre Dame de France, waarvan een statig beeld van 23 meter boven Le Puy uitstijgt. Na de mis verzamelen meer dan 100 pelgrims zich om het houten beeld van St. Jacques in de Kathedraal. Ieder krijgt eerste de gelegenheid te vertellen vanwaar hij komt, waar hij gaat. Duitsland, Frankrijk, Nederland, Noorwegen. Velen doen een stuk van de route. We krijgen de zegen mee. Gesproken wordt door de priester over verscheidenheid van herkomst en motieven, maar vooral over eenheid onder ons. Vreugde in ons hart. Ja, daar kun je veel mee bereiken tijdens deze tocht, nee, in heel je leven. Le Puy is met dit alles nu al een van mijn hoogtepunten. In de patisserie ontmoeten we een Maastrichtenaar. Alleen en met de auto. Loopt heen en terug stukjes van de route. Ook een manier. 10.15 uur vertrekken we. Sightseeing Le Puy is voor mij voor een andere keer. Voor de hitte willen we nog wat km's maken. Test achillespees Tonie + nieuwe schoenen. Het gaat stevig bergop, het pad is stenig en de temperatuur loopt flink op. Niet zo bevorderlijk voor de start. Tonie houdt zich goed. We zien nu meerdere mensen op de route. Ook veel jongeren in groepjes. Het doet me goed dat zij hier mee bezig zijn. Ze waren vanochtend ook in de Kathedraal. Onderweg pauze. We eten en drinken wat. Verder. Tien minuten later een spontaan door inwoners ingerichte rustplaats met koffie, thee. Is normaal, verduidelijkt een mede-pelgrim. Ik geniet ervan hoe mensen belangeloos bezig zijn voor anderen. Doe dat zelf ook graag. Het maakt de wereld beter. Is dat niet een van de belangrijkste dingen die je in dit leven kunt doen? ………. De omgeving is prachtig vandaag. We lopen hoog (op ruim 900 meter) en zien veel. Een rustige etappe was de bedoeling om in te lopen vandaag. Met dit weer willen we eigenlijk niet lopen tussen 13.00 uur en 17.00 uur. Bains is nog een uur en we besluiten toch te lopen om half twee. Verdorie, Tonie voelt de pees weer. In Bains café zoeken. Van café dat gesloten lijkt is de deur open. Niemand te zien. Een oud vrouwtje meldt zich. We hebben haar wakker gemaakt. We krijgen drinken. Ze is 86! Moet je bij ons eens voor komen. Van het een komt het ander. Er is een Gite in het dorp en niet duur. We regelen daar om de tent op te zetten in de tuin. Voor de warme maaltijd gaan we terug naar Madame. Ze telefoneert wat, want het eten besteedt ze uit. Zij doet de bar. Na elk gerecht informeert ze of het goed is. Ze is moe, maar werkt door. Na het afrekenen krijgen we nog een drankje van het huis (groen en pittig). Genoteerd wordt voor wie we mogen bidden, straks aan ons eindpunt. Zij is onze OMA voor één dag, 1 augustus 2004. Bezorgd en hartelijk, twee mooie dingen in het leven waardoor snel binding tussen mensen tot stand komt. Terug in de Gite. Tonie heeft eerder gedouched en onverwacht bezoek gekregen van een jonge dame (dochter des huizes?) toen hij uit de douche stapte. Hij vindt het maar niks. 's Avonds ga ik natuurlijk douchen. Maar hoezeer ik ook de deuren open laat, hoe hard en lang ik ook zing tijdens het wassen, geen bezoek. Laat staan van een jonge dame. Het leven van deze pelgrim met zoveel ontberingen is hard, en onthouding hoort daar schijnbaar bij (tot genoegen van Alice, wellicht).


2 augustus

07.00 uur afgesproken voor ontbijt. Maar in huis geen leven te bekennen. Daar staan we dan met rugzak helemaal ingepakt om 06.45 uur. Bellen. Meneer uit bed gehaald. Ontbijt was toch om half acht? Op weg. In Montboyuet een bordje; nog 1506 km. Even verder 2 oudere dames; lopen 8 dagen . Na pauze in kapel van St. Jacques gestopt. Gebed voor Maurice en opgetekend in boek. Steile afdaling naar Morrisstrol-d'Allier (achillespees Tonie wordt op de proef gesteld). Stop op camping. 's Middags verken ik het dorp. Loop spontaan verder op de GR het dorp uit omhoog. Ben een uur op weg. Ik betrap mezelf erop: ik ben verslaafd aan het lopen? Nee, maar ik maak te weinig kilometers. Inspanning en ontspanning raken uit balans bij mij. Het heeft iets om "kapot" aan te komen. Dat is er nu niet. Nog even aankijken en dan met Tonie opnemen. Hij kan nu niet anders. Mag niet forceren. 's Avonds nog jong Zwitsers koppel met defecte "aanhanger" gesproken. Omdat gisteren nogal duur was, hebben we vandaag een budgetdag; € 4,20 per man voor eten en drinken morgen onderweg, € 5,50 pizza en 1 euro p.p. fles rode wijn, € 3,20 camping. Dat compenseert tenminste.


3 augustus

Vandaag eerste serieuze bergwerk. Eerste 6,2 km 500 meter hoogte verschil. Het gaat ons goed af in anderhalf uur. We lopen nu anders als tot Le Puy. Niet meer alleen. Altijd mensen vóór, achter of naast je. Het is gezelliger, meer aanspraak. Opvallend: een gezin die kinderen vooruit stuurt en zelf volgt. Een van hen helpen we nog met EHBO-spullen. Ze zijn lief en dankbaar. Een Duitse jongeman loopt een uur met ons samen. Heeft ontslag genomen en beraadt zich op zijn toekomst. Uit Stuttgart vertrokken voor 2 weken. Is inmiddels een maand weg en gaat nog door. In Saugues staan prachtige houten kunstwerken in het teken van St. Jacques. Foto's dus. We stoppen in Chanaleilles. Tent naast de Gite. 28 km. Dat is voor mij beter. En nog beter: de achillespees van Tonie heeft het goed gehouden. Ik hoop dat we op ons oude niveau verder kunnen. Hoeft de een niet te forceren en de ander niet in te houden. 's Avonds warm eten met een man of 15. Naast me een oudere Duitse man. Heeft het Spaanse stuk al een paar keer gelopen. Dicht nu het gat tussen zijn woonplaats Mainz en St. Jean Pied de Port. Heeft altijd nog onderdak gevonden, zonder te reserveren en zonder tent. Hulpvaardigheid van de mensen heeft ook hem "sehr beeindruckt". Ik mag hem, in tegenstelling tot een dame met een grote mond aan de overkant van de (gelukkig lange) tafel. "Mijd luidruchtige en agressieve mensen, zij belasten de geest" schiet het door mijn hoofd.


4 augustus

's Nachts langdurig onweer gehad en veel regen. Spullen in de tent zijn mooi droog gebleven. Naar St-Albours loopt een Fransman met ons, Jean-Pierre. Een druk manneke, een "springveer" zeggen we in Meerssen, maar aardig, sportieve loper noemt hij zichzelf. 100 km in 3 dagen. Wij wilden vandaag een "dertiger" doen, maar in de middagpauze horen we dat de weersvoorspelling niet alleen regen is, maar ook hagel. Jean-Pierre regelt een plek na 23 km, ook voor ons. Hij heeft pech thuis. Ziekenhuisopname. Kan maar tot zondag lopen. Haalt Conques niet, zegt hij. Op tijd in Gite. Avondeten met 22 man, o.a. linzen (specialiteit van Le Puy). Gezellig met jong koppel uit omgeving Parijs en andere dames uit Zwitserland. 21.30 uur gaat 't licht uit.


5 augustus

Ontbijt en 07.50 uur weg. Jean-Pierre is al vooruit en wacht in Aumont-Aubrac. Onderweg geniet ik van een ongekend gevarieerd landschap: bosjes, weiland, losse bomen, graanveld, landweg, struiken, heggen, een kronkelende asfaltweg, runderen. En dat alles op nog geen vierkante km. Dit is de omgeving waar ik van geniet. Met Jean-Pierre verder. Reflectietijd onderweg. Ik vraag me af: ben ik gelovig? Ja. Dat is versterkt tijdens de tocht. Uit katholiek nest houd ik over: naastenliefde, goed zijn voor een ander, helpen. Daar kom ik vandaan. Zo ben ik. Ik ben er blij mee; een beetje trots op. Het geloof helpt me erbij, los van alle rationele bedenkingen bij het instituut Kerk en de doden in het verleden. Het landschap verandert naar maanachtig. Stenen en dor gras. Jean-Pierre informeert me. Eerst over de runderen die van soort veranderen onderweg. Eerste soort produceert vlees, volgende (onze: zwart-wit) melk. Niet veel, maar van hoge kwaliteit. Dat is weer goed voor de kaas-kwaliteit. We lopen door de armste streek van Frankrijk. In de Aubrac groeit bijna niks. Runderen worden regelmatig verplaatst (we komen ze inderdaad ook tegen) om nog voedsel te hebben. Op rustplaats arriveert groep jongeren al zingend. Ze nemen nog een modderbad en worden met de slang afgespoeld. En het regent al de hele dag. We doen 34 km en ik ben niet moe. Dorp verkennen, eten met Jean-Pierre. Daarna trakteert hij op fles wijn in de Gite. We leren hem beter kennen. Heeft veel tegenslag in het leven gehad en ook nu met ziekte en sterfgeval. Het bevalt hem met ons. Dat is dan wederzijds. Ik SMS 's avonds naar diverse kanten en als Tonie en Jean-Pierre gaan slapen, ga ik schrijven en thuis nog adressen opvragen. Waar haal ik de energie vandaan?


6 augustus

Ontbijt in Gite is gezellig druk met Duitsers en Fransen. Daarvoor heb ik op verzoek in 4 talen in de grote zaal geroepen dat het ontbijt klaar is. Alle kleding (bijna dan) gaat naar de laverie. In overleg met Jean-Pierre vandaag een halve etappe gepland, vanwege late vertrek en gebrek aan overnachtingsmogelijkheden tussen km 16 en 32.
Mooie tocht vandaag. Gelopen tussen runderen en stieren. Meer groen dan gisteren.Denkend aan Jean-Pierre schiet me een zin te binnen uit een eeuwenoude tekst gevonden in een kerk in Baltimore:….."Geniet van de vreugdevolle momenten, en draag het leed dat tot je komt…". Hij doet dat op zijn manier. Zegt dat zijn hoofd leeg wordt van het lopen. Is blij dat zijn vrouw hem dat gunt. Familiebanden zijn goed bij hem. Een belangrijk houvast dus. In St. Chely-Aubrac op de camping. De tent van Jean-Pierre weegt een halve kilo minder dan de onze, maar er past maar net een slaapzak in en de rugzak is zijn kussen! Terugkijkend op het lopen merk ik dat het prettig is een tijd alleen te zijn, als Tonie en Jean-Pierre vooruitlopen. Weer een zin uit Baltimore: "...en bedenk welk een vrede er in stilte kan heersen". Als ik de soms drukke Jean-Pierre en graag pratende Tonie zo zie, gun ik hen beide daar iets van. Ik geniet in elk geval van die rustige momenten. ´s Avonds als Tonie besluit een menu te nuttigen in het dorp kokkerellen we wat bij de tenten. Ik vind het gezellig inclusief een goed gesprek. Ik vraag zijn adres. We zijn vrienden voor een paar dagen geweest. Ook dat is pelgrimeren.


7 augustus

Laat op. Jean-Pierre heeft problemen om naar zijn auto in Le Puy te komen. Krijgt vervoer niet geregeld. Gaat proberen liftend terug te komen. Afscheid, inkopen, tent afbreken. Rond het middaguur vertrekken we. En het wordt 30°. We dalen vandaag veel en lopen veel in de schaduw. Om 16.00 uur in St. Come (17 km). Ik wil verder naar Espalion, maar de hiel van Tonie zegt halt. Waarschijnlijk combinatie van blaren en achillespees. Oei. Even goed aankijken. Ik heb te weinig gelopen. Stel voor de tent op te zetten en dat ik nog verder loop (heen en terug). Doe ik. Espalion is de moeite waard. Ben mijn energie voor vandaag in elk geval kwijt geraakt. Terug net voor donker. ´s Nachts feest in het dorp met vuurwerk. Wakker worden dus, een aantal keren. ´s Morgens vroeg treffen we de campingeigenaar, zodat we ook nog kunnen betalen. Te voet, eerst naar Espalion. We combineren GR en asfalt om een beetje op te schieten. Buiten Espalion, groen topmoment: 3 blauwe vogels vliegen voor ons uit (ijsvogels??). De ijsvogel is de mooiste vogel die ik ken, bij ons. Hoezeer ik daarna ook mijn best doe om hem te zien (het kost me bijna een valpartij) helaas. Het is heet en het is ver naar een camping. Bij de salle met volksdansen vul ik water bij. In Estaings toasten we erop dat we over de helft zijn. We hebben dan 18 km (en nog 15 voor de boeg). Onze kaarten zijn onduidelijk of ontbreken, dus we kiezen voor GR. 400 Meter omhoog in de hitte met haarspeldbochten. Boven een fontein met koud water. Kop eronder. Heerlijk. Door naar Golinhac. Tonie op het tandvlees. Ik heb me aangewend als het zwaar wordt in de energiezuinige modus te gaan, rustig lopen en ademen met maximale ondersteuning van de stok (derde been). Ik complimenteer Tonie met zijn topprestatie vandaag, gezien zijn enkels. Ik zet de tent op en we eten met een groep in het restaurant verderop. Met Celine en Catherine is het gezellig. We krijgen de wijn niet op. 22.00 uur  fini.

9 augustus

Ontbijt op de camping. Ik vervang de jam-jam-jam door cacaopoeder. Lekker. Vandaag naar Conques, 3e religieuze hoogtepunt na Pezelay en Le Puy. Grote stop ´s middags met foto´s bekijken en wissen. Scherpe afdaling. Semi-religieus onderkomen in Abbeije-de-Foy.
In de eetzaal wordt door een geestelijke eerst 20 minuten gepreekt. Het enige dat ik onthoud is:” Ga verder, ga hoger, God is met ons”.
(Ultre-ia, Ultre-ia, et sus e-ia. Deus ad-ju-va nos). De missen etc. bewaren we voor morgen (rustdag). Tonie heeft last van hiel (blaren).


10 augustus

Uitgebreid ontbijt voor franse begrippen (met smeerkaas). 8.00 uur de mis. De kerk schittert weer door z´n eenvoud. Kerkgangers worden naar voren gehaald.We zitten met de neus op het altaar. Het grijpt me weer flink aan. Kan niet aangeven waardoor. Het is ook niet belangrijk. Ik onderga het. In het begin van de mis komt een vraag in me op: is deze tocht voor mij eigenlijk niet al goed geweest? Is het al klaar? Later krijg ik het antwoord: nee, doorgaan. Maar vooral om anderen, niet voor mij individueel.´s Middags borduur ik hierop voort. Als er voor mezelf weinig meer te “halen” is op deze tocht, kan ik wel nog “brengen” aan anderen. Het heeft met energie doorgeven te maken. Ik kan het niet goed omschrijven. Het kan niet rechtstreeks van mij naar iemand anders. Er zit iets tussen… “…heb daarom vrede met God, hoe je ook denkt dat hij moge zijn.”(weer Baltimore). Terug naar de mis. De pelgrims die verder gaan, komen apart naar voren (ca 5). We zingen samen een pelgrimslied (vrij vertaald door PE):

Lied van de pelgrims naar Compostella

elke ochtend nemen we de weg
elke ochtend gaan we verder,
dag na dag roepen we:
het is de stem van Compostella!
(Refr. Ga verder, ga hoger, God is met ons)
En daarachter aan het einde van het continent,
wacht de heilige Jacobus op ons
Zoals altijd met een vaste lach,
en de zon die dooft in Finisterre
 

Ik kan mijn emoties nauwelijks bedwingen. Hoeft ook niet (voor wie? waarom?) Weet dat ik hier weer kracht uit put. ´s Ochtends met Tonie naar de dokter. Blaar open knippen, ontsteking eromheen. Medicijnen moeten bij apotheek 8 km verderop gehaald worden. Het lukt niet meer vandaag via de abdij waar we slapen om een auto te regelen. Dan loop ik wel en probeer te liften. Als ik 5 minuten langs de grote weg loop, realiseer ik me dat ik vergeet te liften. Duim omhoog en op hetzelfde moment stopt een auto! Een jongedame afkomstig uit Lille neemt me mee. Ze werkt hier tijdelijk, maar gaat terug naar Noord-Frankrijk. Kan de familie niet missen. Merci bien. Apotheek is dicht. Ik ben meer tijd kwijt met wachten dan met reizen. Ik ben weer eens gesterkt in het vertrouwen op een goede afloop. Met voor 82 euro aan medicijnen maak ik een spelletje van de terugtocht. Auto´s tellen. Rondom de 15 is het raak. Ik heb nog geen km lang gelopen. Ma, pa en opgeschoten dochter gaan Conques bekijken. Voor mij dus nog plek op de achterbank. Bij terugkomst koop ik een kado voor Alice, die vandaag jarig is. Ik heb haar vanochtend vroeg al gebeld. Roze kwarts gekocht. Goed voor creativiteit en “Amour”. Nou, dat kan iedereen wel gebruiken. Tonie moet drie dagen rusten, dus ik zeg tegen hem: Je weet wel wat ik doe? Ja, ik loop morgen door. Hij regelt vervoer voor rugzak en hemzelf (morgen naar Figeac). Ik loop daarheen in twee dagen. ´s Avonds avondgebed met muziek (orgel) en verlichting in de kerk. Buiten krijgen we een uiteenzetting van een geestelijke over een beeldhouwkunstwerk boven de toegangspoort tot de kerk. Op een oppervlakte van nog geen 5 bij 3 meter is het laatste oordeel van God uitgewerkt. Meer dan 100 figuren tel ik. De rechterhand van God omhoog (de linkerhelft gaat naar de hemel). Linkerhand omlaag: zij die gezondigd hebben gaan naar de hel. Het klinkt allemaal erg orthodox-bijbels. Ik waardeer het kunstwerk. Zijn dit soort dingen ook dichter bij huis te ervaren, genieten? Ik neem me in elk geval voor eens bv. de Dom in Aken te bezoeken. `s Avonds laat komen nog twee duitse jongemannen de slaapzaal binnen. In bruine pij en met kruis en schelp om. Geen geestelijken. Gewoon op pad (vanuit Tübingen).


11 augustus

´s Ochtends hoor ik dat ze zonder geld op weg zijn!? Het gaat goed tot nu toe. Petje af voor hen, maar het knaagt toch ook: continu van anderen leven is niet goed. Zelf zou ik het niet willen. Alleen weg. Voor de kerk een blik op het laatste oordeel, ik kijk naar de hand die omhoog geheven is. Scherpe afdeling en daarna 2 km steil omhoog. Ik tel: gemiddeld 15% = 300 meter omhoog. 10% = 200 meter. De laatste meters verwens ik de GR bijna, maar de beloning is het meer dan waard. Het dak is bereikt. Om me heen één groot panorama. Groen en links en rechts wat huisjes, gehuchten. Even verderop ontmoet ik een fransman, tegen de 60, denk ik. Ik loop verder met hem. Hij behoort tot een groep, maar loopt harder. We delen ervaringen. Hij heeft ook een kind bij Scouting. Het gaat over kampen, Jamborees etc. Hij helpt me nog aan een telefoonnummer voor vervoer en wat campingadressen. Wij moeten verderop nog naar vrouw en kinderen en openbaar vervoer is hier niet of nauwelijks. Ik word, als de groep van mijn medeloper zich samenvoegt, gevraagd om mee te pick-nicken. Non-merci. Ik pak mijn eigen tempo en heb pas gegeten. Scherp naar beneden naar Decazeville. In een bar spreek ik een zestiger (Frans). Hij attendeert me op een camping in Levinhac, die niet in mijn boekje staat. O.K. Gr gaat eerst fors omhoog en idem omlaag. Asfalt kon ook. Korter en sneller. Maar vandaag kies ik daar niet voor. Ondanks omleiding (3 km extra vanochtend) blijf ik op GR. Laatste uur ga ik wel in de “energie-stand”. Mijn aanpak is: niet forceren. Als ik moe word (en het is 30°) ga ik langzamer lopen en gebruik de stok intensiever (zeg maar als extra been). Ik kom fit aan op de camping (vandaag 27 km), Tent opzetten, voor het eerst voor mij alleen. Naar het dorp inkopen doen. In de supermarkt spreekt een voor mij vreemde fransman me aan. Ik ben toch die Nederlander naar Santiago? Het spreekt zich rond onder de lopers, zo legt hij uit. ´s Avonds goedkoop eten op de camping: frites + omelet 5 euro. Zelf veel zout toevoegen (met dit warme weer).


12 augustus

6.30 uur wakker. 8.00 uur weg. Tent heb ik nat moeten inpakken. Extra water meesjouwen dus. Het gaat weer flink omhoog de eerste kilometers. Eerste halfuur zon, dan een uur bewolkt en daarna een paar uur regen. Het is een dag van bikkelen, gewoon hard werken en niet zeuren. Ik bedenk dat dat in het”normale” leven ook regelmatig het geval is. Na 6 km besluit ik de GR vandaag te laten voor wat hij is. De rest doe ik op asfalt. Ik dacht de rugzak onder controle te hebben, maar vandaag voelt hij zwaar. Ik pauzeer elk uurtje even. Laatste kilometers steken in de rechtervoet. Oranje licht, voel ik. Na 22 km om 13.15 uur op camping in Figeac. Receptie dicht. Wachten tot 14.00 uur. Ik stuur Tonie SMS-en waar ik zit. Hoor niks terug. Bel hem, voice mail. Ik doe de was op de camping. Drogen buiten is een beetje link, maar het blijft droog. Inkopen in Figeac, 2 km verder in het centrum. Ik heb nagedacht over het signaal van mijn lichaam. Al 7 weken loop ik met teveel gewicht. Kleding is al tot minimum teruggebracht. Voeding is niet meer op te bezuinigen.Het is de kampeeruitrusting. Ik wil strategisch beraad met Tonie. Ik eet warm in de buurt van de camping. Bediening is afstandelijk. Vrouwelijke “floormanager” voert bovendien meer dan 10 minuten een heftige discussie met een man. Gastvrijheid is een onderscheidend kenmerk voor een land of regio, bedenk ik. Doorgaan dus (in Limburg) met “meisje bij de bakker”. Rekening is een pils te weinig, maar gezien het bovenstaande zeg ik er niks van. Terug in de tent (21.00 uur) briefje van Tonie. Hij zit bij een kloosterorde. Ik ga er nog heen. Hier heerst gastvrijheid. De gastvrouw zet een stretcher op de overloop en ik kan hier slapen. Een halfuur door het donker naar de tent hoeft dus niet.


13 augustus

Ontbijt beneden staat al klaar. Daarna de mis om 8.00 uur. De  2 duitse jongemannen in pij (zonder geld) hebben ook bij ons overnacht. Eén van hen is vroeg vertrokken en heeft overgebleven spaghetti meegenomen. Normaal eet onze gastvrouw dat ´s middags op. Hoe brutaal en ondankbaar. Ze laat het ook merken. Een maand van haar vakantie is ze hier vrijwilligster (in plaats van lekker op het strand, gebaart ze). De kloosterorde is zeer arm. Kan nauwelijks water en elektra betalen. Ik voel me haast schuldig dat wij 3 maanden lang”zoveel” te besteden hebben. Ik besluit tot een vrijwillige gift. Dan leven wij ook maar eens een dag “pauvre”. De gastvrouw verteld dat ze ooit een meisje heeft gehad dat zwaar verslaafd was geweest en na een jaar werken ook was gaan lopen met nauwelijks geld. Zij had 5 euro gegeven en dat waardeert ze. Zo is het maar net. Je geeft wat je kunt en wilt missen. En relateert het aan materiële zaken (bed, douche, eten) plus immateriële (zorg, gastvrijheid, idealisme). Ik overleg met Tonie. We hebben teveel gewicht. Iedereen zegt het voortdurend maar nu protesteert mijn lichaam ook. We overwegen één rugzak per bagagevervoer (auto) vooruit te sturen. Nee, Tonie neemt weer de helft van de tent. Het is te proberen. We hebben ’s ochtends allebei een aantal praktische zaken in Figeac te regelen (voor mij o.a. een dure fax!) en zijn pas om 13.00 uur weg. Halve etappe. Lang zoeken naar camping in Bédwer. Leuke ontvangst. Biertje bij het jeux-de-boules-toernooi. Regen. Wachten. Camping met overnachting, avondmaal + drinken en ontbijt voor € 17.50. Vóór het slapen gaan ontdek ik de eerste badkuip op een camping, ooit in mijn leven. Ik probeer me te verwennen, maar helaas; het water is lauw. Oh ja, ’s middags heeft Tonie nog even het office du Tourisme onder water gezet.Einde van de dag weer steken in rechtervoet. Verdorie, het baart me zorgen. Gisteren na 20 km, vandaag na 15. Wat morgen?


14 augustus 

Voor het ontbijt moeten we wachten, want het brood is er nog niet.Na een uurtje treffen we Fred in de berm. Limburger, uit Heerlen. We trekken een paar uur samen op. Plezierig gezelschap. Met pensioen, na vele jaren CAD. Hij blijft in de Gite in Cajarc, wij overleggen. Zijn allebei goed vandaag, dus door. Van 18 naar 27 km. Camping Lawagol. Gerund door 2 Engelsen. Twee jaar geleden het roer finaal omgegooid. We verstaan ons meteen goed. Eerste 4-sterren-camping, maar de ster-faciliteiten zijn niet aan me besteed. Wel prettig om keuze-menu samen te stellen.Op TV: de Paus in Lourdes. Het heeft meer betekenis voor me gekregen. Veel pelgrims op TV. Vanaf nu voel ik me verbonden met hen.’s Ochtends hebben Tonie en ik een heel gesprek over wat de tocht met ons en ons geloof heeft gedaan. De neiging die ik thuis heb om te regelen, organiseren en plannen is veel minder aanwezig. Er is meer vertrouwen in de (uiteindelijk) goede afloop van de dingen gekomen. Ik vertel Tonie over de ervaringen die ik gevoeld heb bij de groep van 70 jongeren die uit Le Puy vertrok. Ik herken daarin iets dat ik ook bij de bisdomdagen met mijn oudste dochter Rianne heb ervaren. We hebben het ook erover dat het geloof je niet ontslaat van de verantwoordelijkheid sturing te geven aan je eigen leven.


15 augustus

Kamperen heeft 2 grote nadelen voor één pelgrim; het kost gewicht (ook bij licht-gewichtspullen) en tijd (afbreken, inpakken). Vandaag dus weer laat weg. Hele dag asfalt gelopen. Wel mooie omgeving, maar ook veel verkeer. ’s Middags, in de hitte. 17.45 uur op de camping. 28 km gemaakt. Ik heb dringend nieuwe zolen nodig. Morgen dus kijken in Cahors. Op asfalt met kilometerbordjes kun je makkelijk wat telwerk doen. De stopwatch van de GSM aanzetten bij een km-paal. 10.33 minuut als we doorlopen, voor een kilometer. Met foto tussendoor of ander oponthoud . Camping in Vers is niks. Stinkend water (aanbod beheerder: jullie kunnen er nog in gaan zwemmen?!). Douche die nauwelijks water geeft en joelend geluid maakt bij elk gebruik (en wij slapen naast douche-gebouw). Verrotte deuren en kozijnen in sanitairruimte, insecten  in wasbakken.
Kortom:


16 augustus 

Inpakken en wegwezen.’s Ochtends naar Cahors (16 km). De rest van de dag doen we dat aantal er nog eens bij. Naar station (info treinreis naar St. Jean de Luz). (Waar kan ik zolen vernieuwen?). Schoenenzaak in stad is dicht, maar we kunnen naar Leclair (4 km verderop). Doen we nog even te voet. Helaas: Lowa-zolen hebben we niet, wel bij collega in de stad. Maar die is fermé! Terug. Camping ligt 2.5 km uit het centrum. Tent opzetten en terug. Kaartjes kopen op station voor morgen. We hebben gezamenlijk het volgende besloten. Onze gezinnen bezoeken we eerder dan gepland en we beginnen eerder aan Spanje. Die 800 km in Spanje willen we niet onder tijdsdruk doen.Cahors is de moeite waard. Met boulevard, veel winkels en horeca. Jammer dat we 2x bot vangen als we de kerk proberen binnen te gaan.


17 augustus 

Treinreis van 8.36 uur tot 14.25 uur. (Cahors – St. Jean de Luz). We stappen over in Lourdes. Wat zou ik graag hier eruit gaan. Dit soort plekken hebben voor mij veel meer betekenis gekregen. Komt op mijn lijstje: nog te doen. De Paus is hier pas geweest. Ze zijn nog aan het opruimen, zien we vanuit de trein. Het weerzien met de rest van het gezin is heerlijk. We gaan met de bus naar de camping. Wachtend op, en in de bus spreek ik met een Engelsman, wiens droom het is ooit nog naar Santiago te lopen. Vezelay en Congues heeft hij al bezocht met de auto. Bij het verlaten van de bus wens ik hem, dat zijn droom ooit uitkomt. Kort met iemand praten, en meteen al die binding. Heerlijk.


18 augustus – 21 augustus  

Tijd voor het gezin en fysiek bijtanken. 18 augustus leuke ervaring in St. Jean de Luz. Ik loop met Alice naar het stadje. Op zoek naar een nieuwe onderkant voor mijn wandelschoenen. Ik heb adres gekregen via receptie camping. Daar krijgen we te horen dat de zolen besteld moeten worden bij een leverancier die de hele maand augustus dicht is. Op mijn vraag of het zin heeft naar Biarritz of Bayonne te gaan is het antwoord: nee. Leverancier is voor de hele regio. In Spanje zou ik meer kans hebben. Maar ik wil mijn schoeisel in orde hebben vóór Spanje. Alice meent gisteren in de buurt van het station ook een schoenenreparatieplaats gezien te hebben. We gaan op zoek. Gevonden, maar dicht van 12.00 – 15.00 uur. Een het is bijna 1 uur. Nu ontvouwt zich het scenario dat we als regelmatig hebben mogen meemaken op onze tocht: eigenaar komt toevallig (?!) naar buiten, vraagt of wij iets zoeken. Ja, meteen naar binnen. Zoeken naar zolen, bellen. Ja, het lukt binnen 2 dagen. Vrijdagmiddag zijn ze klaar. Perfect. Terug vrijdag: er is een probleempje. Voorste deel is zeker te maken, achterste deel iets minder. Hij vraagt of dat wel goed genoeg is. Ik geef aan dat ik 1500 km op de schoenen heb gelopen en het enige dat telt is dat ze nog 800 km (Spanje) meegaan. Dat kan hij garanderen. Zaterdag haal ik ze op. Deze vakman vraag ik om zijn handtekening en datum te zetten in mijn pelgrimspas, waar verder alleen stempels instaan van (bijzondere) plekken waar we geweest zijn. Ik zie het als een voorbeeld van waar ik vandaan kom. Ik koester het. Zaterdag overleg. Morgen vertrekken we, maar hoe laat? Als zondag toch reizen wordt, dan maar in de ochtend, anders hangt het toch de hele dag boven de twee gezinnen. Ander punt is waar we de Pyreneën overgaan. Twee opties: 1. St Jean Pied de Port – Roncesvalles (kort). 2. Somport-pas (oostelijker) mooier en drie dagen meer lopen. Hoe we in Somport geraken kunnen ze in St. Jean de Luz niet vertellen. Moeten we in Pied de Port zien te regelen.

22 augustus 

9.22 uur bus naar St. Jean de Luz station. Memorabel moment van afscheid. Ik sta met mijn gezin op het perron en spontaan pakken we elkaar vast zoals de volleyballers dat doen. Het is me meer waard dan duizend woorden. Zwaai, zwaai en van vakantieganger wordt ik weer pelgrim. Nee, iets eerder. Toen ik vanochtend de rugzak gepakt had en de tent afgebroken (laatste keer) was ik al omgeschakeld. Spanje is minder bagage, minder kilo’s. Ik drop er een paar (tent, kookgerei, reserve-/noodvoedsel). ’s Ochtends gooi ik de rugzak aan de gewichthaak, zonder water erin (1.5 kilo). Helaas, hij springt meteen op maximum van 12 kilo. Ik weet dus alleen dat ik meer dan 13.5 kilo meeneem. Maar het is lichter, voelt lichter.
Trein St. Jean de Luz – Biarritz – Bayonne – St Jean Piéd de Port.
Uitstap. Station gesloten voor info. Op station Bayonne nog een Ier ontmoet. Hij loopt hem voor de 4e keer. “Obsession” noemt hij het. Ik vind het prachtig voor hem. We lopen naar de voorzieningen van het stadje. Lopen binnen in Refugio, gerunt door Nederlands koppel. Besluit over Somport of Roncevaux valt uit ten gunste van laatste. Er is geen verbinding St. Jean - Somport, zou liftend moeten. Leuke Refugio. Uit idealisme geboren. Nederlands echtpaar heeft huis helemaal opgeknapt. Vanaf april wonen ze een half jaar hier. In september terug naar Nederland en weer werk zoeken. Twee levens leiden kan niet, denk ik. Volgend jaar definitief emigreren naar Frankrijk? Leuke contacten met Vlaams echtpaar en Canadese anthropologe bij avondeten. Gastvrouw kookt uitstekend voor 20 man (inclusief Ierse AdHd-jongen van 9 jaar). Kerk St. Jean is na avondeten dicht (’s ochtends zijn we wel even binnen bij een hardhorende pastoor). We slapen met drieën op één kamer inclusief Sigi uit Oostenrijk.


23 augustus 

Na een Nederlands ontbijt om 07.15 uur op pad. We gaan de Pyreneën over. Start op 200 meter. Hoogste punt: 1420 meter. Maar eerst krijgen we van de Refugio nog de volgende tekst mee: 

“To know the way, we go the way.
We do the way, the way we do.
The things we do, it’s all there in front of
But if you try hard to see it,, you’ll only become confused
I am me, and you are you, as you can see;
But when you do, the things that you can do,
You will find the way;
And the way will follow you.

Twee gedachtes komen bij me op na het lezen. Doen wat je kunt in het belang van balans tussen kunnen en willen. Maar ook de slogan die ik al jaren aanhang (ooit gehoord tijdens een cursus): “Als je niet weet wat je zoekt; weet je ook niet wanneer je het gevonden hebt”.Daarnaast: de weg zal je volgen. Ja , dat heb ik wel meegepikt tot nu toe: dingen laten gebeuren en daar vertrouwen in hebben. Niet altijd alles vooraf willen regelen. Het gaat dus omhoog vandaag. Onder het klimmen tref ik een zestiger (schat ik). We hebben hetzelfde motief voor de tocht: dankbaarheid voor het leven totnutoe en (gelukkig) geen bijzondere zaken om mee in het reine te komen. Hij informeert naar mijn gezin en of iedereen gezond is. Ja, ook dat hebben we gemeen. Over de tocht filosoferen we wat. Je kunt thuis niet (rationeel) uitleggen wat de tocht met je doet. Je moet het ondergaan. Hij zegt dat er iets mystieks aan de tocht is. Ik neem me voor daar eens op te letten. Het proberen te ervaren. Er schiet me nog iets te binnen van St. Jean P. de P. Nederlanders leveren op 4 na de meeste pelgrims. Bij het pelgrimsburo zijn er 13.700 geregistreerd tot en met juli. Fransen zijn in de meerderheid, dan Spanje, Italië en Duitsland. Nederland ruim 600, toch een kleine 5%. In totaal verwacht men er dit jaar 20.000. Acht jaar geleden waren er dat 1250.Terug naar de Pyreneën. Het gaat gestaag omhoog, maar het loopt makkelijk (goede ondergrond). De vergezichten worden steeds mooier. Om ons heen weiland, bomen, bosjes. Daarna binnen 10 minuten: runderen, wilde paarden, kuddes schapen en een grote roofvogel (adelaar?), nee 4, nee ruim 20. Samengesteld moment van de dag voor mij. Tijdens de klim komen we langs een Mariabeeld met kind. Een groep van ongeveer 10 jongeren staat eromheen te zingen, deels geknield. Het spreekt me aan, vooral van die  leeftijdsgroep. We bereiken de top en het is me allemaal meegevallen. Dan gaat het nog bijna 500 meter omlaag naar Roncesvalles. We zijn in Spanje, ons laatste land. Rond half 3 bij de Refugio van het klooster. We zijn daar zo ongeveer de eersten. Om 3 uur kunnen we inchecken. Daarna trakteren we ons op een halve liter bier (en nog een). De Pyreneën zijn immers bedwongen. Ik praat nog wat met Hans (uit Rotterdam) die ’s nachts zijn uiterste best doet negen anderen op de slaapzaal de nachtrust te ontnemen met zijn vreselijk gesnurk.Tonie vlucht de gang op. ’s Avonds nog naar de mis geweest. Er is geen touch voor mij. De pelgrimszegen vind ik afstandelijk. Het avondeten is voedzaam en gaat in razend tempo (wel voor maar € 7,00, inclusief wijn).


24 augustus

Opstaan in het donker en het regent. 7.15 uur weg. We zijn nu met velen op de route. De poncho´s kunnen snel af, want het is droog. Ontbijt langs de weg. Spanje is goedkoper dan Frankrijk met koffie, fris, broodjes, bier etc. De omgeving is mooi groen vandaag en het weer zeer geschikt voor wandelaars. Hoofdzakelijk bewolkt, ruim 20°. Mede daardoor lopen we tot half zes en hebben dan bijna 40 km. gemaakt. We zitten kort voor Pamplona in Trinidad de Arre. Prima onderkomen. ´s Avonds met 3 Spanjaarden gaan eten. Antonio (2x) en Louis. Onder het eten wordt Spanje met handballen door de Duitsers via strafworpen van een Olympische medaille beroofd. Het is gezellig met onze 3 tijdelijke amigo´s. Een is arts, een technicus bij TV-station en de derde doceert iets van HRM. De laatste heeft een fikse blaar onder de voet opgelopen. Morgen rustig aan.

25 augustus

Ontbijt in kroeg waar we de avond ervoor aten. Internetcafé is dicht en op het gemeentehuis/politiebureau geen hulp gevonden. Door naar Pamplona. 5 km. Tot stadscentrum waar we de 3 amigo´s wee treffen. Internet (cybercafé) gevonden, foto´s gebrand, fax met reisverslag naar KVK verstuurd. Van daaruit worden ze meteen naar familielid van me gebracht (in dit geval mijn oudste zus Suzanne). Zij zetten het in word, mailen het naar Jan Bock (onze site-beheerder), die het vervolgens voor de hele wereld toegankelijk maakt. We slenteren nog wat door Pamplona. Geen bezigheid voor mij. Bij de volgende stad wil ik dat anders doen. Ik ben geen stadsmens. En zeker niet om er rond te hangen. Gericht iets bezoeken o.k. We hebben ook nog de pech dat alle kerken dicht zijn. Kwart over 3 gaan we lopen. Het wordt de dag van de wind(molens). Tientallen molens steeds in beeld en we lopen erheen. Het pad is zeer ongemakkelijk (stenig). Ik loop nog liever de Pyreneeën-etappe. Boven op een stuk of 14 ijzeren “beelden”, foto´s maken. Hier waait het op zijn hardst. Ik moet hoed en (zweet)sjaal vasthouden. Dan dalen. Nog steeds zeer stenig pad. Maar de omgeving is vandaag wel weer zeer de moeite waard. Zeer brede vergezichten met groen en dorpjes. 20.00 Uur komen we in Uterga aan. Keurige refugio en toch nog 22 km. gemaakt op deze “stadsbezichtigingsdag”. Als we gaan eten voegen de 3 amigo´s zich bij ons. Het weerzien is hartelijk. De pelgrimstafel bestaat verder uit een tweetal FranVaises, een Spanjaard en een oudere Duitse vrouw. Tonie en ik onderhouden ons zo´n beetje met iedereen in Frans, Duits en Engels, wat de Duitse de uitspraak ontlokt dat wij Nederlanders “sprachgenien” zijn. Dank u wel. Douchen en om 23.00 uur plat.

26 augustus

Heerlijk geslapen, voor het eerst boven in stapelbed. Bedden maken een vreselijk lawaai als iemand zich er in roert. Als velen het doen, kan de hele slaapzaal erom lachen. Kijk, zo kun je er dus ook mee omgaan. We vertrekken met de 3 Spanjaarden. Louis belt onderweg voor een afspraak bij tandarts voor Tonie. Over 8 km. kan hij terecht in Puenta la Reina. Afspraak 10.00 uur, om 9.10 uur hebben we het gevonden. Duiken eerst nog bar in voor ontbijt. Later kerk de crucifix bekeken en Eclisia Santiago. Opvallend binnen zijn de immens grote houtsnijwerken, jammer genoeg in goudkleur geverfd. Bij de brug van de koning, waarnaar dit plaatsje is genoemd, enkele foto´s gemaakt. Hier komen 2 belangrijke Santiago-routes samen.Een historische plek. Onderweg besluiten we in een dorp rond 14.30 uur even een bar te bezoeken. Als we binnen gaan zit het vol met meer dan 30 eters. Het is gezellig, een volksrestaurant. We besluiten om te eten. Bestellen gaat alleen in het Spaans, maar we komen er uit, al weten we niet precies wat het hoofdgerecht wordt. We krijgen een hoeveelheid voorgezet, en lekker inclusief grote fles wijn voor 8 euro de man. Ik betrap mezelf erop hoeveel ik wegwerk. Ja, mijn huisarts heeft toch gelijk gekregen: niet druk maken over afvallen, het lichaam vraagt wat het nodig heeft. Het laatste stuk duurt extra lang, want er zijn allerlei omleidingen, vanwege aanleg nieuwe autosnelweg. We treffen 2 Duitsers, Achim en Marcus. Ze zitten er helemaal door voor vandaag, hopen op een refugio in het eerstvolgende dorp. Komt goed, zeg ik een beetje vaderlijk en realiseer me dat ik net zo was in de eerste weken van onze tocht. Inmiddels heeft bij mij het woord hopen plaatsgemaakt voor vertrouwen. We slapen in dezelfde refugio (die we eerst voorbij liepen). Hij is gloednieuw. Onze Spaanse amigo´s zien we niet, terwijl ze ook hier zouden slapen. ´s Avonds krijg ik haast niks op (wat droog stokbrood), zo heb ik ´s middags gebunkerd.

27 augustus

30 km. voor de boeg, want we willen in 2 dagen naar Logrono. Geen ontbijt, dat doen we onderweg (tegen mijn gewoonte in). Na ongeveer een uur zie ik iets bekends voor me lopen., Antonio, Louis, Antonio. We hebben ze weer te pakken. Ze hebben gisteren één dorp verder doorgelopen. Samen naar Estella, waar we een uurtje of 2 rondkijken. Met zijn vijven verder. Irache. Grote wijnproducent biedt service onderweg: water en wijn uit de kraan, onbeperkt verkrijgbaar en voor niks. Het wordt moment van de dag: bij de tap brengen we in de praktijk du pain, du vin, du fromage. Heerlijke combinatie, zittend op de grond. 3 Spanjaarden en 2 Nederlanders. Genot. We bezoeken ook nog een klooster + kerk., inclusief tentoonstelling met interessante attributen van vroeger voor kinderen. Door dit alles is het middag en hebben we nog 2/3 voor de boeg. En het is warm; geen wolkje aan de lucht (later op de dag hoor ik dat het regent op het Preuvenemint). In Azqueta wordt dringend aangeraden voldoende drinken mee te nemen. De laatste 13 km. is niks meer te krijgen. We zien de 2 Duitsers van gisteren die er overnachten. Marcus loopt op eieren of op de hete kolen van Ratelband. Als ik naar z´n voeten kijk, zie ik links en rechts compeedpleisters. Gisteren geforceerd dus. Oh ja, ´s middags in pharmacie de gewichtstest. 62,1 Kilo (nog steeds idem als bij vertrek  uit Nederland) zonder en 74,25 met rugzak (zonder water). Nu weet ik het zeker. Ik ben 5 kilo lichter in de bagage. De middag wordt grotendeels verstand op nul en kilometers maken. Kwarts over zes in grote refugio. ´s Avonds eten met vijven. Fijne gasten, die Spanjaarden. Hulpvaardig, gezellig en op zijn tijd een serieus gesprek. Morgen in Logrono eindigt hun deel van de Camino.


28 augustus

We staan op. Binnen is het bloedheet met ongeveer 40 zwetende bedslapers (en de nodige snurkers ´s nachts). Buiten is het fris. Vanaf half zes ontwaakt de zaal. Elke paar minuten staat iemand op, hoor ik vrolijke GSM-muziekjes (wekker) en alles loopt langs mijn bed. Ik lig namelijk strategisch. Aan de enige deur van de in- en uitgang. We ontbijten in het dorp, de Spaanse 3 gaan om 7 uur al op pad. We zien hun nog wel. 9 Km. doorstappen. Pauze en 11 km. doorstappen.Middagpauze van 11.45 – 12.30 uur. Op pad voor de laatste 10 km. In het dorp treffen we, A, A en L bij een kerk. Samen lopen we door. Met Louis wissel ik uit. Over carnaval bij ons, maar ook over onze ouders. Bij hem hebben ze WO-2 en de burgeroorlog in Spanje van nabij meegemaakt. Harde tijd, armoede. Ze leven beide nog, wonen vlakbij hem. Logrono. De mannen gaan mee naar onze refugio. Zelf regelen ze de terugtocht vanavond naar Madrid. Op een terras nemen we afscheid. Ja, over en weer: nice to see you en Gracias. De camino kenmerkt zich ook al met tijdelijke ontmoetingen. Deze kan als verrijking bijgeschreven worden. We doen de was en eten lekker in het stadje en buene nocce…..


29 augustus

Gisteren vergeten: bij binnenkomst van Logrono wachtte een oude dame ons op: Dona Felicia. Buiten achter een tafeltje. Stempeltje in onze Credencial gezet. 7 uur zijn we weg. We denken gemakkelijk in Logrono een ontbijtje te kunnen pikken, maar dat lukt niet. En het eerste dorp is op 13 km. Doorlopen dan maar. Er komt hulp onderweg. Een man met baard heeft een tafel opgezet met koekjes en fruit buiten. Stempel zetten, Tonie schrijft iets in zijn boek, we krijgen een aandenken mee, hij toont een grote foto van zijn Santiago-tocht en laat en passant een geweldige snee in zijn al even geweldige buik zien. Het Spaanse verhaal dat erbij hoort neem ik met een knik graag aan. Voor vertrek moet ik nog een paar koekjes meenemen (gezien mijn figuur). Met 2 forse smakken neemt hij afscheid “buen Camino”.
Pauze, stevig stokbroodje gepakt (“Bocadillo”). 6 Km. verder middagpauze. Op 2  San Miguel (5,4%) doen we de laatste 10 km. in één ruk. Compagnie onderweg: een Duitser uit Bremen (geen pauze, hotelovernachtingen, rustig tempo), een zingend-mediterende vreemdeling in een koepelgebouw, een Fransman (Jean-FranVois) met voetpijn. Refugio is groot. Veel administratie en vrije gift. Het dorp in, terras. Ik kom aan de praat met een man uit Wales. Het gaat over zijn 2e Camino, dochters die sporten, paarden temmen en zijn hersenvliesontsteking een aantal jaren geleden. Daarna is hij gaan lopen. 6 Dagen en nachten in eigen land en tegen doktersadvies in en zijn vrouw hoogst ongerust. Het heeft hem uiteindelijk naar de Camino gebracht, nu de 2e keer. We delen de (her)waarde(ring) van het gezin. Ik mag hem. Zijn paardetemmethode is prachtig. Hij was ooit lichamelijk heel krachtig en is dat mentaal gebleven.


30 augustus

Ontbijt is bij refugio en de gift is vrijwillig. Zo blijven we wel binnen budget. Er zijn ook profiteurs onderweg. We worden gewaarschuwd voor 2 types die uit zijn op pelgrimsbezittingen en een greep uit de vrijwillige kas hebben gedaan. De Guardia Civil pakt er vandaag één. Vóór 12 uur zijn we in Santo Domingo de la Calzada, waar de legende van de haan dit dier tot symbool van het dorp heeft gemaakt. Tijdens de lunch voegt zich een student Frans uit Bretagne bij ons (Benoit). Loopt tot Burgos, dan 5 dagen Praag met vrienden, dan weer aan de studie. Ik merk hoe makkelijk het Frans praten me inmiddels afgaat. Bovendien is het handig dat hij ook goed Engels en Duits spreekt, voor als ik het woord niet weet. Na een paar uur in Santa met foto´s branden en (voor het eerst!) bellen met collega´s door naar Granon. Refugio achter de kerk. ´s Middags aan de praat geweest met echtpaar uit Zuid-Afrika. Zij eerst gescheiden, dan man met leukemie en nu loopt ze achter Udo met touw om haar middel. Ze doet opvallende combinatie als werk: yoga lerares en accountant. Grappig: in Zuid-Afrika is de “grote” vakantie van half december tot eind januari. ´s Ochtends zie ik haar aardige bewegingen maken in de slaapzaal. De slaapzaal is onderdeel van refugio. Matrassen op de grond, dekens aanwezig. 19.00 uur de mis: begrafenis. Binnen het halfuur afgelopen.Na de mis een aperitief in de bar. Een dronken Spanjaard besokt ons, is fel, maar niet echt agressief. Hij maakt het goed (na tussenkomst van de barkeeper) met een biertje en een riojo-wijn. Ja, uit de streek. We zijn door menig veld gelopen (meer dan Bourgogne).20.30 Uur warme hap met een man of 25, hoofdzakelijk Duitsers ( en een Pool). Daarna samenzijn in de kerk. In viertallen gebeden. Ieder zegt zijn toekomst en doel. Aan het einde vraagt een Spanjaard of hij een slotzang mag zingen. Ja, mooi. Afwassen en slapen.


31 augustus

Ontbijt aanwezig. Veel zoet. Hoe wordt het betaald? Er staat een kist met de tekst: “Give away what you can, or take what you need”. En er is geld in de kist die openstaat. Als dat geen impuls is voor het vertrouwen in de mensheid…….. Een ander citaat haal ik hier van de vele papieren die aan de wand hangen, afkomstig van eerdere bezoekers:

                                     “One day

Cause another day will come to those who dare believe in something new.
Follow your shining star,
leave all your fears behind.
You will love, no matter where you are. And all your heart will say: one day.

Onderweg haken we aan bij Rainer, Duits. Een stortvloed van woorden over gezondheidsaspecten. Hij slikt magnesium. Brengt vol overgave allerlei theorieën, op een prettige wijze, dat wel. We overnachten in een tentenkamp. Gratuit, en enkele jonge mensen leggen alles uit. Wat zijn ze behulpzaam voor ons pelgrims. Bij dank is het :” de nada”(´t is niks). Nadeel: het vrachtverkeer raast door ´t dorp. Leuk: ontmoeting (weer) met Ferdinand uit Bremen die vrolijk aangeschoten is. Eten met Rainer en Hannelore. Tonie heeft wat veel wijn verorberd. Ik leid hem naar de tent.

1 september

In het donker pak ik mijn slaapzak in. Gaat goed. Ik ken het ding nu zo goed, dat ik blind de riemen en sluitingen vind. In de ontmoetingstent maakt Rainer koffie in zijn titanium-mok en deelt Hannelore kaas en yoghurt uit. We komen ze onderweg nog tegen. Mooi eerste stuk met veel bos en heide. Eerste stop na 13 km., waar kerk in restauratie is en binnenstuk is afgegrendeld met ijzeren hekwerk. Wie zit daar naast me op het terras? Ja, Bernd van een aantal weken geleden in Frankrijk. In St. Jean heeft een Italiaan hem over de Pyreneeën geholpen. Nu gaat hij weer goed. ´s Middags na een chocomel-lunch loopt hij samen met ons. We wisselen ervaringen uit. Hebben een paar dingen gemeenschappelijk ervaren. Hij heeft het fundament gelegd op de Camino voor een nieuwe (werk)toekomst. Voor het eerst hebben zijn ouders gisteren gezegd: Loop het uit, in plaats van: wanneer kom je terug? Heeft ook een vorm van geloof gevonden. Prettig, open gesprek. Deze jongeman heeft wat zaken op een rij gekregen. Ook heel veel contacten moeten loslaten, want hij loopt snel en veel. We lopen Burgos binnen na monsteretappe van 40 km. Refugio in centrum is vol. Een paar kilometer verder is er nog een. Maar doen dus. Een nieuw tentenkamp, en groot. We slapen met z´n drieën in één tent en eten samen in de stad (enkele afstand 2,5 km). Verwezen restaurants met pelgrimsmenu zijn dicht of onvindbaar. Iets duurder gegeten dus. 23.15 Uur gaat de zaklamp uit.


2 september

Uitgeslapen tot 7.45 uur. De stad in. De kathedraal staat op het programma, die gisteren van buiten al indrukwekkend was. Binnen is het werkelijk adembenemend. Vanaf de 13e eeuw zijn hier kunstwerken gemaakt en bijeengebracht door de groten der aarde. In glas, steen, hout, marmer, zilver. Duizenden schatten bij elkaar op één plek. Dit moet één van de wereldwonderen zijn, vind ik. Gotisch, Barok, Renaissance, Rococo; welke stijl is hier eigenlijk niet aanwezig? Ik heb behoefte aan een gids die me de hele dag wegwijs maakt. Echter, de pelgrim gaat voort. Buiten de kathedraal even bijkomen. Zoveel kunst is niet in korte tijd te bevatten.Ik heb de behoefte een keer terug te komen, een gids in te huren die me minstens een hele dag rondleidt in dit super-religie-museum. Terug naar de tent. Laat in de middag weg uit Burgos 10 km. Tonie vindt ´t genoeg.. Ik zoek herberg van Mw. Victoria. Ik tref buiten een vriendelijk koppel, dat me opvangt. Mw. Victoria runt het niet meer, ze is dood. Leuk klein onderkomen. Warme maaltijd kan ook, maar gasten zorgen voor inkoop.Wordt klaargemaakt. Samen eten. Een man of 16. Vlaams, Duits, Spaans, Nederlands. Vlaamse jongedame naast me pas gestart. Niet voorbereid, 10 km. gelopen en overal pijn. Ook een manier.


3 september

Ontbijtje in refugio. Op de hand. Koppel doet het geweldig binnen de beperkte mogelijkheden van de refugio.Weg in het schemerdonker.Het landschap laat zich typeren met vlak (relatief), dor, af en toe wat groen. Graan is afgedaan. Veel stoppels. Rond 3 uur bij refugio. Santiago (geen grap) regelt de zaken. Heeft gevoel voor humor, we voelen ons snel aan. Drinken wat buiten aan de tafel, maken flauwekul. Santiago is Argentijn. Rookt/snuift een raar pijpje met groen spul. We proberen op z´n Spaans uit de kruik te drinken. Foto van stunters nemen. Pelgrimsdineetje voor 6 euro ´s avonds. 9 Uur wil ik gaan schrijven in bed. Naast me (??) ligt een Braziliaanse studente van 20 jaar. We komen aan de praat. Ze doet 2 studies, één ´s ochtends, één ´s nachts(?). Ze doet vooral wat de omgeving vraagt. Ik probeer te spiegelen dat haar eigen weg (de camino) belangrijk is. Ze reageert lief, maar het kwartje valt volgens mij niet. Ik geef ons www adres.. Ben benieuwd of er iets in ons gastenboek komt later. Onrustige nacht door diverse snurkers.

4 september

Gisteren vergeten: Enkele jonge Spanjaarden lopen al een tijdje parallel met ons. Als we een keer vragen of ze warm gaan eten is het: nono. Dat kunnen ze niet betalen. Het werpt me terug in onze materiële positie. Ik ben maar wat blij met ons gemiddeld dagbudget van 25 euro. In Spanje soms zelfs minder als de refugio vrije gift is en een pelgrimsmenu 6 euro is. Vanwege hun outlook zijn  de 2 Spaanse gasten voor ons de “indianen”. Ontbijt pakken we waar we gisteren warm aten. Tv staat aan. Zelfs het nieuws stoot me enigszins af. Het hoort niet tot mijn leven nu. Ik heb het 3 maanden afgeschakeld. Onderweg aan de praat met Frank uit Duitsland. Loopt Pomplona-Santiago. Heeft spiritueel-religieuze inslag. Enkele jaren geleden uit de penarie gehaald door een zuster. Iets met GCL zoek ik eens op (internet). Onderweg stopt hij plots bij een boom voor pauze. Wij pikken het dorp 1 km. verder.
Kwart over twee al in refugio in Fromister. Mooie kerk alweer dicht. Daar baal ik van hier in Spanje. Haast geen gelegenheid voor het kerkelijke. ´s Middags anderhalf uur gezellig op terrasje met Angelica uit München. Beambte (controle ziektekostenverzekeraars). Vriend niet mee. Ze mist hem wel en niet. Bij twijfel niet inhalen geef ik mee. ´s Avonds met Spanjaard van de slaapzaal gegeten. Hij spreekt geen enkele andere taal. Dan blijft het helaas hangen bij het aantal medailles van Spanje en Nederland en de voetbalinbreng van ons land bij FC Barcelona. Doorslapen doe ik zelden of niet. Altijd ruim voor 6 uur wakker. Maar ik kan het hebben. Ben niet moe overdag. Dus laat maar gaan.


5 september

In donker weg, want er staat een flinke etappe op het programma. De keuze was namelijk: makkie van 20 km. of 17 erbij. Half 12 is her eerste deel afgewerkt. Daarvoor bij pauze om 10 uur weer kerk gemist: gaat pas om 10.30 uur open. Half één vertrek. Het is één stuk meseta (Spaanse hoogvlakte). Geen voorzieningen onderweg (nog geen drinkwater) en dat 17 km. lang. Voor mij is het afzien en genieten. Genieten omdat ik vaak thuis vooraf in mijn luie stoel heb gelezen van de ervaringen van voorgangers, die hebben geleden in de moordende hitte op de weg waaraan geen einde lijkt te komen. Nu loop ik zelf hier. Ik zie kippenvel op mijn armen. Het verschil tussen erover lezen en het daadwerkelijk ondergaan. Het mag dan landschappelijk vlak zijn en dor, ook dit hééft iets. Het is niet heet, maar er staat een straffe wind (ik denk aan collega Rob:”tanden van de wind”, ik denk er iets van gevoeld te hebben). Het 12 km. stevige laatste stuk is niet mijn ondergrond, maar het domineert hier in Spanje. Refugio wordt gerund door Braziliaan die het roer heeft omgegooid. Woont hier nu. Diverse pelgrims hebben vreselijk afgezien vandaag. Werden het laatste stuk op sleeptouw genomen door anderen. Angelica moest aan de eindstreep met chocola bij zinnen worden gebracht.
´s Namiddags spreek ik met een Australiër die heel lang geleden in Nederland woonde. Een beetje blaaskakerig over zijn tempo en kilometers, maar verder wel aardig. Exponent van wat ik noem de Amerikaanse school: als je wilt kun je alles (bereiken). Het positivisme spreekt me aan, maar wel graag met beide benen op de grond blijven. ´s Avonds schuif ik aan bij Leo en Mieke uit Tilburg. Hij sportman, zij veel minder getraind. Doen Spanje samen in ruim 6 weken. Op het gemak (haar tempo). Ze vragen me uit. Mijn stem begeeft het bijna. Water drinken, later wijn. Leuk slot van de dag.


6 september

Om 6 uur begint de refugio te leven. Ik wil uitslapen, maar dat lukt niet. Binnen een uur is 90% weg en ik klaarwakker. Vandaag rustig aan, 23 km. naar Salagun(?). Pauze samen met Majella uit Duitsland. 20 Jaar, houtbewerkster. Gisteren overgegeven en diarree. Bijna dood aangekomen. Nu gaat het weer. Refugio in oude kerk. Niet gezellig, te groot, onpersoonlijk, koud water, geen WC-slot, geen WC-papier. ´s Middags in ´t dorp een bijzondere ontmoeting: we gaan voor het kopiëren van cd´s naar een cyber-café. De eigenaar is niet alleen IT-specialist (en fotocamera-deskundige), maar ook kunstenaar. Het stucwerk van binnen is uit schelpen en vakwerk, maar vooral maakt hij met de hand van hout muizen, PC kasten, monitoromhulsels en toetsenborden. Dit is bijzondere kunst. Hij kent op de wereld maar een enkeling in Amerika en Japan die zich er ook mee bezighouden. Tussendoor toont hij nog even prachtige foto´s van pelgrims  uit de hele wereld en zoekt hij in no time een vogel op die we vandaag gezien hebben. En deze man runt een klein IT-winkeltje in een dorp. Hij verdient veel meer, in mijn ogen. Geweldig talent, maar verstopt in een uithoek in Spanje.  Ik heb besloten 7 bijzondere ansichtkaarten  over de Camino van gedichten te voorzien en naar huis te sturen. Leuke memories om te bewaren straks. De eerste 2 heten: “Moeder Natuur” en “Landschap”. Mijn beweegredenen voor deze tocht zullen de rode draad gaan vormen. Voor het slapen gaan ontdekken we dat een Spanjaard naast ons slaapt met zijn gezin. We hebben hem vandaag op een pauzeplaats ontmoet. Hij is geblesseerd, kan niet verder. Hij is sympathiek. Ik gun hem nu een paar goede boeken voor onderweg. Vandaag heb ik ook nog met Maurice gebeld. Hij is in het ziekenhuis. Had zuurstofgebrek. Gelukkig spreek ik hem rechtstreeks. Hij klinkt wat hees. Het gaat iets beter. Na een bestraling mag hij waarschijnlijk naar huis. Hij verheugt zich erop. Ik wil hem graag nog zien. Nog dik 2 ½  week. Ik heb veel gebeden voor hem, in elke kerk. Hoe anders moet zijn verwachting van dit leven zijn dan voor mij.Het brengt me bij het Toon Hermanshuis, ons goede doel voor deze tocht. Aandacht voor de mens, warmte, een luisterend oor. Dat is de kern van het werk van de vrijwilligers. Dat is wat ik ook veel heb mogen ervaren tijdens mijn pelgrimstocht. Het kost niks en is onbetaalbaar. Mijn dank gaat uit naar iedereen die al geld  heeft gegeven voor het THH. Op het gevaar af iemand te vergeten noem ik 3 organisaties in het bijzonder: de Woningstichting Meerssen (dankje John), de Kamer van Koophandel Maastricht (mijn werkgever, dank collega´s) en het parochieel ziekencomité Meerssen West (dank Pastoor Otto).

7 september

Tien over 7 schrik ik wakker. Verslapen. Gegokt op leven in refugio om 6 uur. We willen een 30+-er lopen en dan is 7 uur vertrekken wel handig. Het wordt een uur later. De omgeving is nog steeds vlak. Meseta. Spaanse hoogvlake. Dor en plat. Maar wat blijven we boffen met het weer. Wat zon, bewolking, ca 25 graden. Het kon wel op pelgrimsbestelling zijn. Op een pauzeplaats informeren we bij een oudere man naar een bar. Hij loopt meteen mee. Door de voordeur naar binnen, door de woning (volgens Nederlandse normen mocht hier wel wat opgeruimd worden), door moestuin, door stallen (nog veel meer troep) en dan de kortste weg naar eten en drinken gewezen. Hulp, klein, maar fijn. Gracias. ’s Middags in Reliegos (31 km) heb ik er nog niet genoeg van. Tonie vindt het goed geweest. Bellen naar volgende plaats (6 km). Albergue is vol. Campingmogelijkheid: niemand pakt op. Ik heb zin in een avontuurtje. Ik ga vooruit. Desnoods wil ik wel eens buiten slapen. Ik voel/weet echter dat het goed komt. Onderweg loop ik met Frans uit Vlaanderen. ( P.S. als ik dit schrijf, draait in de bar een van mijn favoriete platen: I want to break free van Queen: life en een extra lange versie. God knows…Ja, religie en vrijheid hebben een impuls bij mij gekregen de voorbije maanden). Frans heeft in april de camino geheel gedaan. Nu nog 2 weken vrij en even Burgos-Leon overdoen. Snel verslaafd geraakt? (opm. Charleroi-Valludolid met Ryan-air 17 euro). 18.00 uur ben ik op de alcampada (camping). Genoeg plaats en voor nop. Tonie gebeld. Hij komt na. Heeft pech dat het fiks gaat regenen, terwijl ik mij  onder het genot van een San Miguel met Frans en een Braziliaanse jonge jurist onderhoud. Douche weer koud, dus nauwelijks door mij gebruikt. Pelgrimsmenu in het dorp voor 6,60 euro inclusief wijn. Budgetdag dus.


8 september

Laat weg naar Leon, 19 km. Bij binnenkomst stad rode kruispost voor Tonie (hak). Herberg monasterio (vroeger klooster). ’s Middags stad in. Kathedraal dicht. Verdorie; alweer. San Isodoro-kerk open. 24 schilderijen achter altaar met bijbelfragmenten. Stiltemoment. Heb ik hier in Spanje lang gemist. Dan casa España, door Gaudi ontworpen. Leuk van buiten. Dicht (geen expositie nu?). 2e Poging kathedraal. Open. Zoveel en zo’n mooie gebrandschilderde ramen heb ik nog nooit gezien. ( en zal ik waarschijnlijk ook nooit meer zien). Vergelijking met Burgos dringt zich op. Maar het is niet eerlijk. Hier is kerk nog kerk gebleven. In Burgos was het één groot museum. Door allerlei tegenstrijdige informatie loop ik een mis in de kathedraal mis en ook nog een andere. Dan maar eerst warm eten. Tafeltje naast ons een echtpaar uit Canada. Eerste pech was dat bagage 2 dagen zoek was op vliegveld. Dus 2 etappes verder gaan lopen (Pamplona). Tweede pech: hij verstuikt enkel. Hij per bus verder, zij te voet. Zij is verpleegster en helpt mensen met een soort energie-therapie. Op mijn vraag of dat aangeboren of aangeleerd is, antwoordt ze het laatste. Hij nuanceert echter dat het bij de één sterker is dan bij de ander. Internet-site genoteerd met info over de methode. Ze doen ook nog vrijwilligerswerk in de straatarme Dominicaanse Republiek. Maken vele medici blij met 2e hands instrumenten. Zien dat kinderen zich aldaar langzaam maar zeker ontwikkelen. Mooi werk, met mooi resultaat. 19.45 uur verzamelen in refugio. Zuster spreekt ons toe in het Spaans. Ik haal er niet veel meer uit dan Pelegrino, Santiago, Senor en Amoro. Dan in naastgelegen kerk de vespers (avondmisje) met ca 15 zusters. De nieuwe techniek is ook hier doorgedrongen. De zuster die spreekt heeft een microfoon opgespeld. Het is goed te horen, maar voor mij amper te verstaan.


9 september

’s Nachts een fikse snurker 2 bedden verder. Ik heb de neiging af en toe een flinke por met mijn stok te geven. Maar niet gedaan. Ik bedenk een vredelievender oplossing voor de doelgroep “slachtoffers van ronkers”: verplicht een anti-snurk neusring aanbrengen. Gratis verkrijgbaar (herstel: verplicht) bij elke refugio. Ik weet zeker dat de attributen met graagte gefinancierd worden door degenen die er een betere nachtrust door krijgen. ’s Morgens nog een paar uur Leon in. Isodore-kerk, wat schrijven, sms-en. Rugzak ophalen in albergue. Lopen na elf uur pas. Na eerste pauze komt splitsing. We kiezen voor de mooie route, slechts 3,5 km om. ’s Middags loop ik slecht. “Pap  in de benen” zeggen de renners. Onderweg merk ik dat het landschap verandert. Heuvelachtiger en groener. Een vleugje Frankrijk komt bij me terug. Na een pauze en de schoenen een halfuur uit, gaan de laatste 6 km redelijk. Kijken voor refugio. Er zijn er 3. Eerste bekijken (“Jesus”genaamd, ik kan er niks religieus ontdekken). Het is één grote chaos. Overal liggen matrassen, alles bezet door hoofdzakelijk jongeren. De vrouw die alles regelt heeft siësta. De volgende herberg is raak. En hoe. Op de dag dat ik slecht vooruitkom, zijn we in de meest luxe refugio van de 76 dagen dat ik onderweg ben. Een verstokte rationalist mag het toeval of geluk noemen. Ik niet (meer). Hou je vast: slaapkamer voor ons twee met elk een eigen bed. Op de verdieping 2 badkamers, waarvan één met ligbad. En dan de prijzen: 4 euro voor overnachting, 7 euro voor 3-gangen maaltijd + plenty wijn, 2 euro voor ontbijt. Ik duik in bad. Heerlijk. Ik week alles los van mijn lichaam dat er in 11 weken douchen niet is afgespoeld. Inkopen in dorp, kerkje bekeken. Klein, mooi en intiem. Voor het avondeten schuiven Tom (Engels) en Noël (Iers) bij ons aan. Ervaringen uitwisselen en de diepte in over wat ons raakt en beweegt onderweg. Het is goed met deze 2 oudere heren te praten over de camino, vooral omdat zij hem, elk afzonderlijk, voor de 2e keer lopen. Ik eindig de avond met Frans uit Vlaanderen. Als we een beetje vermanend worden aangekeken, trekken we naar onze slaapplaats. Laat: 23.30 uur.


10 september

Richting Astorga. Onderweg zie ik dat we in vruchtbaarder gebied terecht zijn gekomen. Mais, bieten. Er groeit weer van alles om ons heen. In Hospital de Orbigo pauze + bezoekje aan opticien (niet voor mij, geen bril of lenzen). Dorp heeft mooie , lange Romeinse brug. Nog een pauze bij een tankstation. Daar zit Rudy ook tegen de muur. Van oorsprong Vlaams. Beroep: ambachtelijk schoenmaker. Hij heeft een gitaar bij zich. Bezoekt allerlei communes in Europa, liftend. Hierna nog Italië en Griekenland en dan wil hij keuze maken in welk hij gaat wonen. Nou, succes met je keuze, wens ik hem. Door naar Astorga. Kleine refugio, de grote wil ik vanaf nu proberen te mijden. Te massaal, onrustig, ongezellig. We hebben vandaag ca 32 km gelopen en maar 2 x gepauzeerd. Is wel wat weinig vinden we. Leuke ontmoeting onderweg: het echtpaar uit Canada van eergisteren met ander koppel samen. De man van het 2e stel heeft al van ons gehoord en complimenteert ons met het goede doel en de site. Hij heeft veel in Nederland en omgeving gewerkt (Niewegen, Denbos, Tilburk, Dieheek, Creevelt, Deurn…). Hij gaat ervoor zorgen dat “thousands”onze website gaan bezoeken. Ja, denk ik. At the other side of the ocean all is big, fast, more and higher. Ik vind het in elk geval een positief signaal. Astorga heeft mooie kathedraal. Verwacht je niet in zo’n dorp. Palacio de Gaudi lukt ons niet. Misschien als toerist een andere keer. Nu als pelgrim niet. ’s Avonds kost het ons enige moeite een pelgrimsmenu te krijgen in een restaurant dat ermee adverteert. Het is zgn. vol. Maar als we later in de eetzaal kijken is er niemand. Bij terugkomst is de meeste was droog (ik leer al aardig op de hand te wassen, oppassen als ik weer thuis ben). Slaapkamer met 6 bedden voor ons alleen. Er is niemand meer bijgekomen.


11 september

Voor Spaanse begrippen krijgen we een heel behoorlijk ontbijt. Bij de refugio. We zitten in de gang aan een tuintafel. Ik vraag me af hoe het ontbijt gaat als deze herberg (ca 25 bedden) vol is. Door Astorga zie ik iemand achter een karretje lopen met schelp. Het blijkt Erik te zijn uit Waregem. Van de orde van de Oblaten. Hij doet Waregem-Lourdes-Santiago-Fatima. Hij is de jongste (57) in het klooster. Ze worden bejaardenhuizen. Hoe moet dat verder? Fusie en schaalvergroting. Wat een rare termen, bedenk ik, voor de religieuze wereld. Er zit ook een orde in Cuyk (NL). Eens navragen bij oom Walter als ik terug ben. Ik loop ook nog even met een Fries stel. Gestart in Bordeaux. Doen elk jaar Musica Sacra in Maastricht. Rabanal nu 21 km. Jammer, was getipt als de moeite waard vanwege religieuze inslag, maar het ligt te vroeg op de route vandaag. Op deze gedenkwaardige dag ( 2 jaar na….) zijn we allebei klaar voor een dertigplusser. We bereiken het dak van onze tocht. Cruz de Ferro op 1514 meter. 636 meter hoogteverschil overbrugd. De helft van de Pyreneeën, en het gaat ook bijna ongemerkt. Door Foncebadon. Haast uitgestorven, ware het niet dat hier veel pelgrims komen. Dus een bar-restaurant (aparte bediening in Robin Hood stijl en met passende inrichting; rieten dak, dierenvellen aan de wand). Hotel, refugio (vol). En dat is het dan wel. Het ijzeren kruis is een gedenkwaardig punt op de route. Iedere pelgrim laat er een steen achter ten teken dat hij hier was. De paal wordt ontsierd met foto’s, kleding, geld, linten, plakband. Stenen vind ik genoeg. Gebruik is ook om ze van thuis mee te nemen en hier van je af te gooien. Ik drop 3 kiezels. 3 generaties. Flitsen uit het leven van mijn grootouders, ouders en eigen gezin gaan door mijn hoofd als ik ze laat vallen. Goed gevoel en dank domineren. Gek genoeg zijn we precies op deze plek alleen samen met Nederlands sprekenden. Een Oostenrijker die een jaar studeerde in Nederland en 2 Brabanders. Eén komt uit Moer. Gemeente Loon op Zand, waar mijn vader ook geboren is. Manjarin, refugio is foto waard. Tegenovergestelde van luxe. Doorlopen naar El Acebe, 37 km. Café, restaurant, albergue erbij.


12 september

Ik merk dat ik altijd vroeg wakker ben. Vandaag 5.15 uur. Na een sanitaire stop om half zes lukt het me toch om nog wat te slapen/doezelen. Half 8 sta ik als laatste op. Het is prachtig bij vertrek.Voor Charles: de aangekondigde nevel was er vandaag al. Opkomende zon van achter de bergen. Af en toe stilstaan. Kijken, genieten. Het gaat flink bergaf vandaag. Pad is stenig. Dus veel aandacht voor lopen en ondergrond.  Panorama’s blijven mooi. Ik daal graag vlot. Tonie achter me onderhoudt zich met Jomanda (zo noem ik haar). Pauze Ponferrada. Mooie burcht van vroegere tempeliers, die pelgrims bescherming boden in de 12e/ 13e eeuw. Onderkomen vandaag is bijzonder. Om de kerk heen zijn in U-vorm 35 tweepersoonskamers gemaakt. We slapen in 41/42. Wie zie ik daar even? Eén van de 2 indianen. Verdorie, zijn makker is uitgevallen. Infectie, braken etc. 4 dagen repos in Leon. Jammer. Volgend jaar beter. Hij gaat nog even verder 8 km. Die heeft er zin in. Ja, als ik alleen liep, zou ik het ook zo doen, denk ik. Vlotte hap in het dorp en om 22.00 uur schluss.


13 september

Geen ontbijt.Koffie aan de automaat. In Villafranca ontbijt. Na even zoeken gevonden. We lopen vandaag veel op een speciaal geel geverfd pas, speciaal voor pelgrims naast de N-weg en in de buurt van de snelweg., die we wel 4 of 5 keer onderdoor gaan. Voorheen moest je hier als pelgrim het razende autoverkeer ontwijken. Dat hoeft gelukkig niet meer. Onderweg 4 oudere Duitsers gesproken. Beleefd neemt iemand zijn pet af, als hij hoort dat we van Maastricht te voet zijn. Ja, voor ons inmiddels normaal. Voor de meeste anderen niet. 15.00 uur in refugio. De klim naar O-Cebreiro laten we voor morgen. ’s Middags in een bar een stukje klimetappe van de Ronde van Spanje gevolgd. Ik vind het raar voor een pelgrim. Het is me weer te vakantie-achtig. Als “compensatie” filosofeer ik nog wat met de Baltimore tekst. Ik kom tegen de beste omschrijving die ik ooit zag van wat we nu assertiviteit noemen: “Sta op goede voet met alle mensen, zonder jezelf geweld aan te doen”. Maar ook: “Zeg je waarheid, rustig en duidelijk; en luister naar anderen: ook zij vertellen hun verhaal”. Ja, ik heb soms de neiging om op te sparen en uit te vallen. Kan ook anders. Hanteer het ook. Dan: “Geniet zowel van wat je hebt bereikt, als van je plannen”. Ik kijk voldaan terug. … Activiteiten die mijn kern raken. Hola, da’s een zware. Happy in mijn job. Dus doorgaan. Gezin, ja ook met de 3 dames continueren. Misschien wat meer “samen-momenten”creëren in deze tijd van individualisme en ieder op elk moment zijn eigen keuze. Mij schiet te binnen iets wat een bekende Nederlander soms doet: Het gezin bij elkaar; een onderwerp op tafel gooien en het daar in ongedwongen sfeer met elkaar over hebben. Wellicht wee tip voor gezinsbinding. De laatste voorlopig:”Wees jezelf”. Klinkt eenvoudig. Ooit heb ik iemand horen zeggen na de tocht: ik ben geworden wie ik ben. Nou denk ik dan: dan heb je jezelf wel lang ontkend, of op zijn minst niet gekend. Ik vind het voor mezelf plezierig om op deze tocht wat zaken uit mijn leven van een afstand te bekijken. Het stemt me goed. Heeft me teruggebracht op basale zaken. Belang van het gezin. Goed zijn voor elkaar. Tijd besteden aan zaken met maatschappelijk belang. Eten in refugio. Prima verzorgd. Spanjaarden tegenover me. Jong koppel. Hij een paar woorden Engels. Ze vragen hoe ik mijn lichaam voor deze tocht verzorg. Tsja. Rustig van start gaan, opbouwen, naar je lichaam, luisteren en een goede voorbereiding. Ik sta versteld van de pelgrims die niets aan voorbereiding doen. De meesten hebben fysieke problemen, vertraging., noodgedwongen rustdagen.


14 september

6.15 uur op. Pikdonker. We willen vroeg weg. Ik ben me aan het scheren. Plotseling keiharde muziek voor de hele refugio. Het Ave Maria. Scheerapparaat uit. Ik merk dat ik mijn hand aan de keel heb. Adembenemend, letterlijk en figuurlijk. Luisteren en verder niks. Wat een moment. Pure emotie. Ik tank weer geestelijk bij. Zing hert regelmatig onderweg. Eerste 3 km vlak. Dan 6 km klimmen om 700 meter hoogteverschil te overbruggen. Snel geteld gemiddeld meer dan 11% omhoog. Inmiddels geen probleem voor ons met de opgedane ervaringen? Mis. Het is namelijk slecht weer en dat zijn we niet gewend. Eigenlijk zijn we dus tot nu toe verwend. Het is nat en koud. Poncho aan en dus zweten. Het stuk is onheilspellend, geen zicht links en rechts en dan het weer. Eén ding is voor mij belangrijk: Door blijven lopen. Niet stoppen, niet pauzeren. Achteraf doen we het nog snel ook: in 2 uur is O Cebreiro bereikt. Voor het eerst een echte opwarmpauze. De warmte van mijn koffie wrijf ik over mijn koude handen en armen. In het dorp niks bekeken. Sfeer is er ook niet naar. Even later horen we de problemen die de 19-jarige Oostenrijkse David hier heeft meegemaakt. Alle overnachtingsmogelijkheden vol. 50 Duwende pelgrims voor een refugio. Op een harde stenen ondergrond geslapen en alles nat omdat zijn spullen in de buurt van een raam lagen. Goeiemorgen, wat lag ik lekker boven in het stapelbed. Rest van de dag loopt lekker. Helaas vergeet Tonie iets op de rustplaats. Kost wat tijd en geld. Refugio is vol. Ook dat hebben we nog niet gehad. Maar we zijn ook nog maar 130 km van Santiago. De flessenhals gaat werken. Maar naast refugio staan grote legertenten. OK. We hebben immers nog de slaapmat en slaapzak bij ons. Komt goed van pas, want menige pelgrim die ik spreek moet verder lopen of terug, of neemt zelfs de taxi(!) naar Sarria (19 km). Vroegterecord naar bed, herstel lakenzak en slaapzak (21.00 uur).


15 september

’s Ochtends is het wat fris. Dagen zijn aan het korten. Dat is ook goed te merken. ’s Avonds vroeg donker en ’s morgens duurt het lang voordat het licht wordt. Dat was bij ons vertrek (81 dagen geleden) wel anders. Kwart voor zeven roep ik Tonie. Om 8 uur zitten we tegenover de tent in een bar te ontbijten. Normaal pakken we dat nog wel eens onderweg, maar vandaag duurt dat 15 km volgens onze info. De omgeving is schitterend. Bergop lopen levert boven prachtige panorama’s op met bergen, groen, vee, kleinschalig landschap. Herinneringen uit ons vorig land komen terug. We komen door een aantal gehuchten. Men leeft hier van veeteelt, dat is te zien op de paden en te ruiken. We lopen 14 km aan een stuk in 2 ½ uur. Tellen voor de gein de pelgrims die we passeren: een stuk of 50. Na de pauze nog een uur tot Sarria. We stellen ons schema bij. Doen wat rustiger aan. Werken toe naar maandag in Santiago. Bovendien merken we dat we vroeger moeten zijn om een slaapplaats te bemachtigen. Vandaag om 12.15 uur voor de refugio voor het eerst in de rij. Rugzak volgorde bepaalt wie aan de beurt is. We zitten bij de eerste 40. Dus hebben een bed. We zijn  de eersten bij wasmachine en droger. Zo, het huishoudelijke is achter de rug. Als we wat drinken doet de barkeeper goed zijn best ons wat streekgerechten te laten proeven. Hij is enthousiast. Het smaakt (worst, bladerdeeg met vlees en groente en ei met aardappel). We zoeken mogelijkheid om te faxen. Via een speelhonk met jeugd en een partij (kansloos) tafelvoetbal, worden we op het spoor gezet van een prima adres. Faxen voor 3 euro (voor onbeperkt aantal pagina's). Onder het avondeten spreek ik (H)achim. Van een paar weken geleden. Het gaat niet goed met hem: artrose opgelopen in de heup. In het ziekenhuis verbleven enkele dagen in Astorga. Spuit gehad. Stuk met de bus gedaan. Probeert nu voorzichtig weer een kilometer of 10 te lopen. Wat is goede voorbereiding en opbouw van de tocht belangrijk, bedenk ik. Sterkte wens ik hem natuurlijk.

16 september

Kwart over zes wakker, half zeven roep ik Tonie. Het lopen is bijna identiek aan gisteren, zij het dat we een uur eerder weg zijn. Het moment van de dag dient zich vroeg aan. Na pakweg een half uur lopen kruipt de zon langzaam boven de bergen uit. Nevel, landschap, schaduw en zon. Ik blijf maar achterom kijken naar de opkomende zon........ Voor half een weer bij de herberg. Gelopen 14-pauze-10 km. Weer in de rij voor een bed. Grote slaapzaal. Wel alles netjes. 's Middags wat drinken, internetten. Dan eten en aansluitend de mis in de kerk. Ik gebruik ze om aandacht te geven aan Maurice en iemand waarvoor mijn vriend Bert me gevraagd heeft. Kerkje is vol. Ik probeer energie van aanwezigen te bundelen voor de 2 die gedurende de hele mis mijn attentie hebben. Pelgrimsgebed aan het eind. Alleen in het Spaans, schept afstand. Jammer. In Frankrijk hebben ze daar meer kaas van gegeten. En dit is de camino...??


17 september

Bij het afrekenen van het ontbijt realiseer ik me te laat dat ik teveel betaal. Door een raar bezoek aan een medisch centrum voor Tonie, dat niks oplevert, zijn we pas 9.15 weg. Het landschap bestaat vandaag weer grotendeels uit ansichtkaarten, mede door het prachtige open weer. Doel vandaag is Palas de Rei, maar 14.45 bij de refugio is te laat. Vol. De private sector doet echter zijn werk. We worden opgewacht door een man met folders van een nieuwe herberg 3 km verder. O.k. doorlopen. Het is prachtig. Halfpension voor een goede prijs. Gezellig ouderwets ingericht. In de gezamenlijke ruimte is zelfs nog een kleine tentoonstelling van schilderijen. Lekker op het gemak douchen en ruim. Just what I needed. Onderweg zingen en fluiten vandaag. Ja, dat ga je doen als je lekker in je vel zit. Het meest gefloten door mij is een liedje van Wim Sonneveld: het dorp. Althans die melodie. De tekst is in meerssens dialect. We hebben het met z'n vieren (Harry, broer; Susan en Thera, zussen) voor mijn ouders gezongen in april van dit jaar op hun gouden huwelijksfeest. Het refrein gaat als volgt :

"Met wei-nig wao-re veer te-vre-je,
't lee-ve haw 'n ander maot.
En soon-digs in de kerk get bei-je,
geluk waor sjpee-le op de sjtraot"

Ik herken er veel in tijdens deze tocht. Met weinig tevreden zijn: ja, als je voor 3 maanden je hebben en houwen op je rug draagt, ga je terug naar de primaire levensbehoeften. Eten, drinken, slapen en zo. Het leven heeft een andere maat: da's duidelijk. Geen verplichte tijden, geen druk, zelf de tijd indelen. Trekken van A naar B. De rest zien we wel, vullen we zelf in. En 's zondags in de kerk wat bidden: pelgrimeren en religie horen voor mij bij elkaar. Ik zoek het op, heb topmomenten gehad in de godshuizen, put er energie uit. Geluk was spelen op de straat: als je zegt dat geluk in kleine dingen schuilt, klinkt dat afgezaagd. Als je kapot bent na 30-40 km lopen met een rugzak van 18 kilo en warm water hebt gevoeld en een lekkere maaltijd geproefd met gelijkgezinden, ervaar je het. Maar ook : de echte, gemeende aandacht voor elkaar, de ander. Is er een groter goed dan geven ?
Wat oude bekenden gezien vandaag. De Ierse dames komen binnen in de bar van de refugio, maar gaan nog verder. In de refugio een canadees die zich gevonden heeft met een francaise, die we een week of wat geleden spraken. Zij is vut-onderwijzeres. Gezellig samen eten met een man of 15. Dit is de schaal van aandacht en gezelligheid. Voordeel boven massa-onderkomens. Als de "oudjes" om me heen een voor een (en ook Tonie) naar bed vertrekken, wordt ik uitgenodigd bij de naastgelegen tafel met spanjaarden, vooral jongeren. Taalbarriere wordt geslecht door een veertiger die ook frans praat. Ze zijn uitnodigend, belangstellend. Mooi slot van de dag.


18 september

Bij vertrek is het wat mistig. Dat levert binnen het half uur het moment van de dag op. Dalend vanaf een heuvel en kijkend naar de volgende berg. Nevel onder de horizon. Landschap steekt er bovenuit, inclusief een (dan zwevende) ijzeren mast. Sprookjesachtig. Na 5 minuten is het weg. De nevel is omhoog getrokken. Effect verdwenen. Juiste plaats en juiste moment zijn hiervoor dus bepalend. Onderweg stoppen om te bellen in een telefooncabine. Wie staat daar achter me? Hans uit Rotterdam, de zwaargewicht. Van drie en een halve week geleden. Knap gelopen. Hij is al 15 kilo kwijt. We lopen een stuk samen. Bergop hijgt hij (nog teveel gewicht ?). Hij heeft komende dagen hetzelfde schema als ons. Die zien we nog wel. Inmiddels ook aansluiting met Daniel uit Antwerpen. 30 jaar. Heeft enkele opvallende ervaringen met dieren (honden, vleermuizen, adder). Werkt bij drukkerscollectief, maar gaat eruit stappen. We wisselen onze sites uit. Hij moet morgen in Santiago zijn. Gaat nog 18 km verder. Maandag trein naar Valladolid en dan per vliegtuig naar Charleroi. 14.00 uur zijn we bij de Albergue (herberg). Dat is een beter woord dan refugio, want dat kom ik weinig meer tegen. Enfin, het gaat om onderkomens voor de nacht. We zijn net op tijd. Alle bedden zijn bezet, maar matrassen op de grond zijn nog beschikbaar. Wat drinken. Een groep oudere Duitsers naast ons. Met een van hen kom ik te praten. Vraagt of ik 'katholisch' ben. Vertel mijn ervaringen in Vezelay, Le Puy, Conques en Ruitelan. Hij luistert, geniet. Ze hebben al van ons gehoord. Hebben onze site al op zak ! Hij geeft me zijn kaartje, waaruit ik opmaak dat hij advocaat/notaris is (geweest?). De groep van hem vertrekt. Het broodje dat al drie kwartier voor hem staat moet worden ingepakt. Hij heeft geen tijd genomen om te eten. Voor het eerst sinds lang krijg ik 's avonds de warme maaltijd niet op. Ik ben het uit-eten ook een beetje moe. Verlang naar de kookpot thuis. Als eerste van de slaapzaal van 18 man/vrouw ga ik te ruste.


19 september

Kwart voor vijf beginnen de drie dames naast me te rommelen en vertrekken. Om 6 uur gaan we er ook uit. Half 8 in het donker lopen. Na bijna 3 uur beweging pas een pauzeplaats open (zondag?). Dan weer 2 uur verder pakken we alvast warm eten. Weer anderhalf uur later bereiken we Monte do Gozo (berg van de vreugde). Even is er de verleiding om de laatste 5 km naar Santiago ook te doen, maar nee: morgenvroeg op het gemak. Lopen, administratie en 12.00 uur fris in de pelgrimsmis. Als we wat drinken 's avonds wordt door 4 jonge spanjaarden gevraagd of ze met ons op de foto mogen? Ze vinden ons 'campionen', gezien de afstand en zo. Oh jee, straks worden we nog een beetje beroemd. Dat heb ik met deze tocht nooit beoogd. Onder het middageten hebben we nog gesproken met Louis de fietser uit Belgie. Heeft een week of 3 over het traject gedaan. Wil ook nog eens te voet aan de gang. We wisselen e-mail en site uit. Hij laat iets weten in ons gastenboek als hij terug is. 's nachts liggen we met vieren op een achtpersoonskamer, en jawel hoor: bij die overige 2 is een snurker. Maakt niet uit, we staan toch laat op.

20 september

Naar Santiago. Ontbijtje na achten. Bijna lukt het me toch nog om iets te vergeten, maar op tijd denk ik nog aan m'n stok. Bij infoburo voor binnenkomst stad nog een tijdje gekletst met receptioniste. Even na tienen staan we op het plein voor de kathedraal. Eerst thuis bellen natuurlijk, dan het werk. Dan de rest, hoofdzakelijk per SMS. Wat doet de aankomst me? Vooral een voldaan gevoel dat het af is en mooi (geweest). De weg was ons doel en dat domineert de laatste kilometer dat ik loop. We halen de 'compostel' bij het pelgrimsburo. Met zessen tegelijk worden de pelgrims geholpen en we wachten nog drie kwartier. Dan naar de pelgrimsmis om 12.00 uur. Het meest bekoort me het zingen (prachtige vrouwelijke solostem af en toe) en ...... het grote wierooksvat ('botafumeiro') gaat aan het einde door de zijbeuken van de kathedraal. Heel apart hoe met touwen een zilveren vat van meer dan 50 kilo op z'n hoogtepunt meer dan 10 meter hoog heen en weer zwaait. De mis is vol, 800 misschien wel 1000 mensen. En het is maandag 20 september. Wat is hier in juli en augustus en op zondagen loos ? Ons onderkomen pakken we voor 3 dagen in het Seminario Menor voor 5 euro per nacht. s'Middags terugreis per trein regelen. Vertrek donderdag 09.04 uur Santiago. Aankomst vrijdag 11.20 uur in Luik. Kost ons 200 euro de man (waarvan slechts 37,50 voor 800 km Spanje)


21 september

We nemen de bus naar Finisterre (einde der wereld). Een prachtplek, waar men vroeger inderdaad dacht dat de wereld ophield te bestaan. Een kaap vanwaar je de oceaan en de horizon ziet. Meer niet. We zitten er bijna 5 uur voor in de bus. Maar het is de moeite waard. Ik trek een sok uit en gooi ze van de rotsen naar beneden. Eigenlijk moet ze verbrand worden, maar ik heb geen vuur bij me. Symbolisch laat je daarmee achter wat je van je af wil gooien. Als we terug zijn in Santiago wisselen we van onderkomen. We moesten vanochtend de rugzak buiten laten staan. Dat wilden we niet. Dus onze 'rugvriend' is meegegaan. Voor 3 euro meer hebben we een prachtig nieuw onderkomen (residentie) in slaapzalen van 16 bedden, waarvan maar een kwart bezet is. Eten 's avonds bij de buren met een bierpul uit de diepvries en een heerlijk ijs na.


22 september

Dagje Santiago. Wel 4 km lopen naar het centrum. Wat is dat nog voor ons ? Het kost wat tijd. We zien en spreken nog bekenden: ierse dames, Hachim (loopt weer redelijk), Majela (loopt nog stuk door naar het zuiden), Tom uit Engeland en Hans. Souvenirs kopen en terugbrengen naar onderkomen. In de late middag kathedraal bekijken en om 18.00 uur nog een mis. Ik heb nu een zitplaats omdat ik een half uur eerder aanwezig ben. Er is weer religieuse touch. Samen zingen, elkaar persoonlijk om je heen 'pace' wensen en het grote wierooksvat helpen me erbij. Mijn aandacht gaat uit naar de zieken, mijn naasten en er is dankbaarheid. Voor de tocht, het verloop en de geestelijke verrijking. We gaan ook nog persoonlijk bij Jacobus langs (achter het altaar). Omarmen hem naar goed gebruik. Mooie afsluiting.


Hoe maak je een verslag als dit af? Ik doe het met poezie. Zeven gedichten die ik de laatste weken aan Alice per authentieke ansichtkaarten naar Alice gestuurd heb.

             Moeder natuur

Wat ik van jou onderweg heb gekregen
door bos, over bergen, op paden en wegen
is moeilijk in woorden op te schrijven,
maar zal voor altijd bij me blijven
 

            Landschap

De Via Mosana bracht ons industrie en ravel
later dieren met om hun nek een bel
Wuivende halmen in de Champagnestreek
dan gebergte waar soms geen einde aan leek
Op de top aangekomen even over de omgeving zweven
niet van foto of tv, maar het echt beleven
Ook dat maakt de camino zo uniek
in een woord was het gewoon : fantastiek
 

            Lopen maakt open

De meest natuurlijke manier van voortbewegen
over nederlandse, belgische, franse en spaanse wegen
steeds verder weg van huis en haard,
worden gedachten en gevoelens steeds meer waard
Van een afstand verleden en heden bekijken,
laat mij zien dat ik hoor tot de rijken
Want de spiegel die mij laat zien waar ik vandaan kom
maakt mij werkelijk trots op mijn afkom
 

Een beetje dood en weer levend

's Morgens vroeg vertrekken te voet
heb er zin in, ben vol goede moed
Halverwege en na een paar keer pauzeren,
begint de energie langzaam in te teren
Het tempo gaat dan automatisch omlaag
steeds nadrukkelijker manifesteert zich de vraag:
hoe lang nog, wanneer krijg ik rust?
maar als ik denk: nu ben ik uitgeblust
biedt de herberg een douche en een avondmaal
en zijn lichaam en geest snel weer optimaal
 

            Tussen hemel en aarde

Van Meerssen naar Santiago ga ik te voet
en veel van wat ik onderweg ontmoet
heeft te maken met kruizen, kerken en kapellen
sta je ervoor open, dan hebben ze veel te vertellen
Naar Vezelay zie je van ver al de basiliek
de eenvoud van binnen is magnifiek
Dan in Le Puy naar de kathedraal
aandacht voor de pelgrim staan er centraal
Met gitaar zingt een groep een prachtig lied
Aan het eind de pelgrimszegen die bescherming biedt
Ook de mis in Conques was van grote waarde
nu weet ik zeker: er is meer tussen hemel en aarde
 

            Ontmoetingen

Onderweg te voet raak je vaak aan de praat,
soms vluchtig en soms worden mensen je maat
Zoals Kees die we spraken en dan weer gedag zeiden
totdat we drie dagen liepen met ons beiden
Of Jean-Paul die in Frankrijk zijn kilometers maakte
en wiens beleving van geloof mij van binnen raakte
Dan Jean-Pierre bij wie het contact nog moest groeien
en dan was 't jammer dat hij zich naar huis toe moest spoeien
Met veel duitsers kwamen we ook te praten
veel sympathie hebben ze bij me achter gelaten
Bernd, Rainer en ook Hannelore
met hun werd gelachen en zijn goede gesprekken geboren
Ook de twee Antonio's met bij hun Louis
van een wijntje bij het eten was geen van ons vies
De camino trekt mensen van heel deze aarde
wat ze brachten was voor mij van onschatbare waarde
 

            Pelgrim te voet

Dertien weken weg van huis en gezin
een drive die zit van binnen in
om lopend door landschap en natuur
te zien, horen, voelen, ruiken en proeven ieder uur
De omgeving en het leven gaan van snel naar traag
als ik stap na stap omhoog ga en omlaag
Je ervaart gevoelens die je gewoonlijk niet hebt
en ziet hoeveel er in het normale leven wordt ge-zapt
Het tempo van lopen wordt mijn tempo van leven
en pelgrims onder elkaar zijn gericht op het geven
Een praatje, een aanmoediging en soms volstaat een blik
om te zeggen dat jij telt, en even niet ik
Vergeet vooral niet degenen die je achterlaat
ze missen de pelgrim die lange tijd weggaat
Moeten thuis alle zaken alleen zien te runnen
En ik ben hun dankbaar dat ze mij deze tocht gunnen
Kort en krachtig te zeggen wat de tocht met je doet,
kan ik niet, maar kijk eens op www.pelgrimtevoet


© pelgrimtevoet.nl