Verslag pelgrimstocht naar Santiago de Compostela |
© pelgrimtevoet.nl |
Lieve
mensen, Namens Tonie
(wat een uitvinding die mobieltjes), Simone en mijzelf wil ik jullie
bedanken voor jullie hartverwarmende aanwezigheid bij het kapelletje in
Schin op Geul afgelopen vrijdagavond. Een indrukwekkend afscheid voor
een indrukwekkende onderneming, een mooier cadeau hebben we hem niet
kunnen meegeven (inclusief de 33 reservesokken!). Ook
zaterdagochtend de ceremonie bij de kapel in Meerssen waar voor Paul de
tocht begon, was een heel erg mooie gebeurtenis en voor mij was het
geruststellend om ze met z’n tweeën te zien vertrekken. Groetjes van
Annette en Simone |
|
Dag 0, 25 juni 04 Vanuit kapel Schoonbron neem ik afscheid van gezin, familie en vrienden. Pastoor Cuijpers spreekt een reisgebed uit en zegent de vertrekkende pelgrim. Met ietwat trieste gevoelens trek ik naar St. Gerlach, de in maart geopende pelgrimshut bij de kerk St. Gerlach te Houthem. Eerst moet ik de sleutel afhalen bij het luxueuze Chateau St. Gerlach. Daarna, met achterlaten van de pelgrimspas en betalen van € 5, kan ik mijn intrek nemen in de refugio. Bij het lopen over het kerkhof verschijnt een zwarte poes die me recht in de ogen kijkt en toen plechtig wegschrijdt. Ik ga naar binnen, leg m’n spullen neer, en ga dan weer snel naar buiten om nog eens € 5 te spenderen in de plaatselijke friture. Na nog wat in het gastenboek geschreven te hebben, val ik al snel in slaap. |
|
Dag 1, 26 juni 04 Om 5.45 uur gaat de wekker en nog vol slaap rol ik mijn slaapzak op. Dit duurt lang en ik moet me haasten om op tijd (7.00 uur) bij Paul in Meerssen aan te komen. Annette pikt me onderweg op, anders zou ik te laat zijn geweest bij de kapel in Meerssen, waar Paul, pastoor Otto, Paul’s familie en sympathisanten al klaar staan. Na het reisgebed vergezellen pastoor Otto en de ouders van Paul ons nog tot Maastricht. Het doel van de 1e dag is Visé. In Visé is geen slaapplaats meer te krijgen, daarom met de trein naar Luik en daar geslapen in een jeugdherberg. |
|
Dag 2, 27 juni 04 Van Luik naar Tihange, en geslapen onder de pluimen van de nucleaire centrale op een camping. |
|
Dag 3, 28 juni 04 Van Tihange naar Andenne, maar geslapen in Scalyn bij Philip en zijn vrouw. Zij vertelden de hele avond enthousiast over hun ervaringen als Santiagogangers. Onze was werd door mevrouw gedaan. We kregen een feestelijke maaltijd aangeboden alsmede een lekker ijs na, geserveerd met wijn en koffie. We sliepen op de zolder die in perfecte staat was (glanzende vloer en gloednieuwe trap). We kregen een rondleiding in de macrobiotische tuin met composthopen en diverse kruiden. Philip liet ons ook enkele stenen zien. Zijn vrouw vertelde ondertussen nog hoe hij in een Spaans ziekenhuis was beland met een ernstige infectie. Philip was 17 kilo afgevallen en had het roer drastisch omgegooid. Hij was begonnen aan een nieuwe toekomst. Met zijn vrouw samen gaf hij kookles en wijnkunde. Toen we vertrokken, moesten we beloven terug te komen met familie en liefst een kaartje van onderweg. |
|
Dag 4, 29 juni 04 Vandaag lopen we naar Namen, wederom via de Via Mosana en genieten van de mooie panorama’s en natuurbossen. De Maas wordt ook veel schilderachtiger, niet meer gedomineerd door fabrieken, maar nu door velden en hellingbossen. De rugzak is veel te zwaar. In Namen zelf was geen camping; een behulpzame jongedame van het VVV zocht in brochures en liet ons de keus tussen een jeugdherberg in Namen en enkele campings in de buurt van Namen. De tent hebben we niet voor niets meegenomen, dus kozen we voor een camping in Malonne. Daar kwamen we ’s avonds om 19.00 uur aan. We gingen eten in het dorp. Terug op de camping keken we in de ogen van 3 ezels en een paard. Op het kampeerterrein voor tenten hadden we het rijk alleen. Op de rest van de camping stonden een aantal caravans, een toiletgebouwtje en een winkeltje annex bureau. |
|
Dag 5, 30 juni 04 Van Malonne naar Dinant, althans de richting. We merkten dat het opstaan, wassen en aankleden, ontbijten, tent opruimen en rugzak inpakken al gauw een 1,5 à 2 uur in beslag namen. Dus wel vroeg opstaan, maar later vertrekken als gepland. In ieder geval gingen we nu vol goede moed de GR-route volgen. Berg op, berg af (10 x de Keuteberg en 4 x zo lang). Kleine gehuchten wisselden zich af met dorpen. Maar vooral veel veld, maïs, vlinderbloemen, aardappels en bos. Heel veel gemengd loofbos. Na 7 km komen we bij een kruising vlakbij de N97. Op de kruising een taveerne, waar we een kop koffie nemen. Daarna, luid aangemoedigd door een aantal stamgasten, terug naar de GR-route om dit door bos en veld te vervolgen. Na een dik uur verschijnt de zon aan de andere kant en wat blijkt? Daar is dezelfde taveerne weer die we een uur eerder hadden verlaten. Een echt rondje gelopen dus. In de taveerne nuttigen we nu maar ons eigen brood en worst (nog steeds van de Maastrichtse slager). We besluiten het GR-traject te verlaten en de weg naar Profondeville te volgen om zo de Maas weer op te sporen, en dan naar Ivoir te lopen en als het goed gaat tot een camping vlakbij Dinant. Onderweg spreekt een vrouw ons aan en zegt dat zij ook naar Santiago is geweest en dat zij dit geweldig van ons vindt. Zij was het traject gestart bij St. Jean-le-Port, vlakbij de Pyreneeën. Zij wenst ons Ultrea. In Ivoir aangekomen besluiten we het avondeten te nuttigen. Ik ben inmiddels gesloopt, de rugzak teistert mijn rugspieren en ik vraag me af hoe lang dit goed gaat. Soms bekruipt me een weemoedig gevoel, soms zweef ik over het asfalt. Bij het zoeken naar de camping-ingang gingen we een smal paadje op dat leidde naar een gazon, duidelijk dus niet op de camping. We zagen hoe een vrouw en 3 honden op ons afliep. De vrouw vroeg of ze ons kon helpen, toen één van de honden op mij toesprong. In een reactie hief ik mijn arm op en de hond beet met kracht in mijn rechterhand. Verschrikt en boos op de hond vroeg de vrouw of hij gebeten had, ziende hoe het bloed uit de wond sijpelde. Ze zei vervolgens dat de hond van de buren was. Met betadine en twee pleisters op de wond zochten we de camping op, waar ik verward en boos aankwam. Ik vroeg meteen aan de patron of hij een ‘medecin’ wist. Hij kwam aanzetten met een aftandse EHBO-koffer en zei dat zuivering en een pleister genoeg was. Ik moest mijn handen maar goed gaan wassen. Paul nam een groter stuk pleister in ontvangst en ik liep naar de kantoormuur waar een lijst hing met service en doktersnamen. De patron griste dit van de muur en vertelde dat dit verouderd was. Hij wees op een onduidelijke kaart waar vlakbij een garage in een nieuw huis 3 dokters gezeteld waren. Nadat we in recordtijd de tent hadden opgezet en ingericht, ging ik op pad om te kijken waar die dokters woonden. Onderweg belde ik naar huis om het voorval te vertellen. Annette zou de volgende ochtend de huisarts bellen om informatie op te vragen. De garage kon ik niet ontwaren, het nieuwe huis evenmin. Later passeerde ik het bord Dinant. Van een familie kreeg ik een naam, adres en telefoonnummer van een dokter. Ik besloot dat adres nog te zoeken om de volgende ochtend niet te veel tijd te verliezen. Ik kon het adres echter niet vinden en besloot maar ergens een biertje te gaan drinken. Uiteindelijk kon ik aan het einde van de boulevard een café vinden dat nog open was. Het was inmiddels 23.00 uur. Ik hoorde dat Nederland van Portugal verloren had. Na 3 biertjes trok ik weer naar de camping waar ik om 00.30 aankwam. |
|
Dag 6, 1 juli 04 Onze eerste rustdag. Bij het krieken van de ochtend word ik wakker van het geklepper van de eenden en het zware geraas van het treinverkeer. Na het wassen, trok ik naar Dinant. Annette belde om 08.04 dat de assistente van mijn huisarts geen inentingsgegevens in mijn dossier had gevonden. Het verstandigste was om een tetanusspuit te halen. Op klaarlichte dag kon ik in ieder geval snel de gendarmerie vinden om het opgegeven adres na te vragen. Na 10 minuten had de agent tijd voor mij en vertelde dat ik naar links moest en bij het kruispunt de betreffende straat kon vinden. De dokter liet me binnen, zei dat hij eerst een andere patiënt had en dat ik 15 minuten moest wachten. Na 5 minuten kon ik al terecht, omdat de andere patiënt niet was komen opdagen. Dr. Decause was attent. Hij zette vakkundig een spuit en gaf ook een recept voor ontstekingsremmers mee evenals een kwitantie voor de verzekering en de beschrijving van de tetanusspuit. Over een maand ergens in Frankrijk moet ik een 2e spuit halen en dan over een halfjaar de laatste. (Ik kan overigens met moeite schrijven; mijn hand doet pijn evenals mijn arm). Tijdens een ontbijt in een ‘magasin de tabac’! lees ik sinds de afgelopen week weer wat nieuws. Terug op de camping, doe ik de was, maak een provisorische waslijn, eet nog wat met Paul samen en daarna vertrekken we naar Dinant, o.a. op zoek naar een pc met internet. Volgens de campingbaas zou tegenover het station een cybercafé zijn. Een zoektocht in Dinant volgde: van tegenover het station (pas over een week operationeel), naar de bibliotheek die gesloten was, langs het Paleis van Justitie met een groot aantal journalisten van krant en TV voor de rechtszaak van de Franse boswachter/kasteelheer waarover ik in de krant eerder die dag had gelezen, naar Belgacom, naar een restaurant met inderdaad een internetpc waarmee de patron echter gestopt was vanwege de kosten, kortom, in heel Dinant geen cybernetcafé. Paul merkte op dat bij het komende bezoek van Annette en Alice iets geregeld kon worden om zaken door te sturen. Na enkele kopjes koffie en een biertje gingen we op zoek naar het VVV om ons beklag te doen: geen cybernetcafé in Dinant. Wel kregen we van een enthousiaste VVV-dame het advies om het Leffemuseum te bezoeken en de abdij. We konden daar slapen en eten tegen een bescheiden vergoeding. Op de camping staan we voor niets! Maar de Abdij van Leffe trekt ons toch aan. Het Leffemuseum zou in juli en augustus iedere dag geopend zijn. Het was echter op 1 juli gewoon dicht. Ook de Abdij had bepaalde uren geen bezoekmogelijkheden. Vooral niet tijdens de biduren. We besloten terug te gaan naar de camping en daar te eten. Bij Delhaize kochten we nog batterijen voor € 1, die bij afrekening € 6,77 bleken te kosten, nog wat blikjes bier en papieren zakdoekjes. Bij campingbureau wilde ik nog een telefoonkaart kopen, immers buiten op het infobord stond: en vente ici. Helaas, geen telefoonkaart te krijgen. We gristen nog enkele waszaken van de lijn, en maakten ons klaar om naar de Vespers in de abdij te gaan. We namen deel aan de Vespers met gezang en heel mooi orgelspel. Een monnik nam ons mee naar binnen en voor we het wisten zaten we aan tafel te eten met 2 andere gasten. Daarna nam een monnik ons mee naar boven. Paul en ik ieder op een aparte cel met wc en een badkamer op de gang. Met de tent en inhoud op de camping en wij in de Abdij van Leffe, begon de nacht van 1 op 2 juli. |
|
Dag
10, 5 juli 04 We verlaten om
08.30 uur camping Les Remparts in Roccoi en lopen het ommuurde stadje
binnen en kopen een kaart voor de familie Wouters waar ons het trieste
bericht heeft bereikt dat Zef is overleden. Als we onderweg de kaart
willen posten blijkt de brievenbus aan te geven dat de lichting a.s.
vrijdag is en het is maandag! Dus maar wachten op de volgende
brievenbus. Bij de pharmacie die gelukkig open is koop ik spierzalf.
Deze heb ik hard nodig want ik loop als een dronken man over straat.
Mijn bovenbenen zijn enorm gespannen en mijn hele been blokkeerde om de
drie meter. Ik schreef gisteren in het verslag dat het al veel beter
ging toen ik de weg naar Roccroi ging dat wil zeggen het tweede gedeelte
van de tocht. We braken de tent af, vulde onze rugzak en vertrokken,
voor een lange wandeling. |
|
Dag
11, 6 juli 04 Vandaag doen we
het rustig aan. Ik constateerde vanmorgen bij het douchen dat ik een
voetschimmel heb opgelopen. Naar de Pharmacie en gegokt met champion a
pied en ik ontving het juiste poeder. Daarna maakten we een planning
voor de reis naar Reims. |
|
Dag
12, 7 juli 04 Met een natte
broek vertrokken we de volgende ochtend naar de mairie om de sleutel
terug te bezorgen en dronken we een kop koffie en namen afscheid van de
kroegbaas en zijn vrouw. Een blik op de krant leerde dat Fourniret en de
vermoorde meisjes nog steeds de boventoon voeren: een ander artikel gaat
over de veroordeling van iemand tot 5 jaar gevangenis voor incest op een
6 jarige neef. |
|
Dag
13, 8 juli |
|
Dag
14, 9 juli Als we opstaan, zijn de Australiër en de Zwitser al weg. Aan het ontbijt zitten we met 50 scholieren. Na het eten vragen we aan de receptie of er een internetcafé is. Dit blijkt aan de andere kant van Reims te zijn, een half uur lopen. Om 09.00 uur gaan we over de brug richting kathedraal, als ik me plotseling herinner dat ik de kabel die nodig is om foto’s op de cd-rom te zetten, niet bij me heb. We spreken af dat ik terugga naar de jeugdherberg en Paul me opwacht bij de kathedraal. Eén van de receptionisten had ons verteld dat de kerk tegenover het internetcafé zeer de moeite waard zou zijn te bezoeken. Toen we bij het internetcafé aankwamen, bleek dit potdicht zonder vermelding van de openingstijden. Paul opperde dat het misschien pas om 10.00 open zou gaan. De St. André kerk er tegenover te bezoeken was ook niet mogelijk, pas vanaf 14.00 uur en dan waren wij al weer weg. Dan maar straks de St. Jacobkerk bezoeken, besloten we. Inmiddels had het internetcafé de luiken geopend. We gingen de ultramoderne zaak binnen en een jongeman die ons bediende, zorgde ervoor dat de foto’s op de cd-rom werden gezet. Deze kan ik dan morgen aan Thera (de zus van Paul) meegeven, die dan weer aan Alice kan geven, die dit weer aan Annette kan geven, die dit weer aan Jan Bock kan geven. Daarna hebben we twee uur het reisverslag ingetypt en dat ging in het begin zeer moeizaam vanwege een andere indeling op het toetsenbord. Na twee uren in het internetcafé waren we 18 euro kwijt. Daarna liepen we naar de St. Jacobkerk, maar ook deze was hermetisch afgesloten. Toen maar terug naar de jeugdherberg. Ondertussen had ik nog een paar platte sandalen gekocht voor maar 8 euro. In de hal van de jeugdherberg hebben we geluncht en daarna zijn we vertrokken uit Reims. We hebben weer langs het kanaal gelopen en kwamen om 20.30 uur aan op de camping municipal van Val-de-Veste. De campingbaas was zo aardig om ons naar een restaurant te brengen. De camping lag zo’n 3 km van het dorp in het bos. De camping was tot nu toe de mooiste camping communal waarop we gekampeerd hebben. Een gloednieuw sanitairblok met drinkbaar water! Eén van de Nederlandse kampeerders vertelde mij dat zijn ouders een refugio beheren in O’breiro. Hij vroeg mijn adres en zou dit doorbellen. Hij was op vakantie met zijn vriend van de middelbare school. We vielen na het eten bijna direct in slaap, nadat we in het schemerdonker in een mum van tijd de tent hadden opgezet. |
|
Dag
15, 10 juli |
|
Dag
16, 11 juli Om 08.00 uur
waren we klaar voor de start. Met de auto werden we naar de startplaats
bij de GR gebracht. In Vésigneul-sur-Marne hebben we een leuk ontbijt
gehad. Koffie uit een soepkom van een kop, Franser kan het niet. Er was
alleen zoet bij het ontbijt, dus haalde Thera nog wat kaas erbij uit de
auto. Na het ontbijt werden we afgezet bij Pogny, waar we de GR weer
hebben opgepit. Van Thera had ik een enveloppe gekregen met een brief
van Annette en een tekening van Simone. De tranen kwamen in mijn ogen.
Heel erg leuk, nou eens geen e-mail, maar een brief. Ik heb Thera ook
een CD-rom meegegeven ter aanvulling van door Jan Bock fantastisch
opgetuigde website. |
|
Dag
17, 12 juli Vanmorgen
vertrokken we vol goede moed. Om 07.00 uur opgestaan en om 08.00 uur
klaar. De campingvrouw verzorgde ons gratis koffie. Ze had deze ook voor
zichzelf klaar gemaakt. Een meevaller. Na het eten gingen we naar de
uitgang en zagen een tentje dat net precies leek op het tentje van Kees
uit Rotterdam. Plotseling doemde er iemand op en dat bleek inderdaad
Kees te zijn. Na wat te hebben bijgepraat zijn we vertrokken. Bij een
supermarkt ging Paul inkopen doen en ik ging naar het tegenoverliggende
syndicat (vvv). Daar ontving ik een kopie uit een boek van
campingadressen en een kaart. Toen ik weer naar de ingang van de
supermarkt liep, stond Paul bij de kassa. Toen we buiten kwamen, sprak
een jonge zuster ons aan en vroeg waar wij heen gingen. Na ons doel
verteld te hebben, zei ze dat we in het klooster kunnen slapen. Wij
vertelden dat we nu vertrokken voor een nieuwe etappe. Ze bood toen een
stempel van haar orde aan (Jesus de Misericorde). We liepen met haar
naar de andere kant van het plaatsje en gingen het Maison de Doyenne met
de zuster naar binnen en bleven in de hal staan. Na enige minuten kwam
zij de trap af en kregen wij een stempel in onze pelgrimspas. Dit was
dan de 2e stempel hier, want ik had er ook een bij het VVV laten zetten,
omdat in de mooie kerk ook niemand was om een stempel te geven, en had
ik dus het zekere voor het onzekere genomen. Inmiddels was het rond
10.30 uur voordat we het stadje uitgingen. We liepen een straat in en
vroegen een voorbijganger of we in de goede richting van Frignicourt
liepen. Helaas was dit niet het geval en moesten wij omkeren. We liepen
toen de goede richting uit en bij Blaise-sous-Arzilles gingen we een café
in om 12.00 uur. Vlak daarbij begon een GR-parcours naar Chatillon.
Tijdens de pauze maakten we alvast de planning voor de volgende dag. Na
de pauze troffen we weer Kees, die ons had ingehaald, en gedrieën
liepen we verder. We pauzeerden 2x en kwamen tegen 18.00 uur bij de
camping bij Chatillon aan. De beheerder verzorgde ons een apart
pelgrimstarief (5 euro per plaats), dus wij betaalden met z’n tweeën
evenveel als Kees alleen. De juffrouw achter de balie vroeg of ik soms
e-mail wilde nakijken. Ik was blij en gaf haar een kaartje met het www.pelgimtevoet.nl-adres
en even later zat ik achter de pc de fan-mail te lezen. Alweer
complimenten, het ziet er gewoon allemaal heel fris en leuk uit. Daarna
hebben we frieten met worst gegeten voor 8 euro met drank en zijn, na de
was te hebben gedaan, in de ontmoetingsruimte gaan zitten. Toen de was
klaar was, bleek alles nog kletsnat te zijn (alweer!). We hebben toen
een draad gespannen (wat hebben we niet allemaal bij ons) en de natte
was opgehangen. De volgende dag was de was nog nat (ook alweer!). |
|
Dag
18, 13 juli We vertrokken
vanmorgen richting Droyes. In Chatillon maak ik een foto van de
vakwerkkerk en in Droyes gingen we richting Pellemontier, waar we een
kerk bezochten en ik weer foto’s maakte. Daarna nog een mooi huis
gefotografeerd in de zoveelste mooie dorpsfeer! Van Kees hadden we
wederom afscheid genomen. Die liep de GR-route verder, wij volgens plan
een aantal D-wegen. Na de pauze om 13.00 uur nemen we de D-173 naar
Hampigny. De regenponcho moeten we weer in gereedheid brengen. Het weer
zit de toeristen niet mee. Ik had zelfs vannacht een trui aangehouden,
zo koud vond ik het. We lopen dus over de D-weg en komen schitterende
dorpjes tegen en in Droyes een fantastische gite op een boerderij, te
mooi voor woorden. Een overnachting kost 13 euro, evenveel als in de
jeugdherberg. Als er geen klooster of camping in de buurt is, is dit een
redelijk alternatief. We gaan nu over verschillende D-wegen door bos en
veld naar Brienne-le-Chateau. In Halbaye komt dan de grote
teleurstelling! Ik voel plotseling steken en daarna een zeurende pijn
aan mijn hak. Het begint als we bij de kerk staan en het plotseling hard
begint te regenen. We schuilen en inmiddels weet ik dat het mijn
achillespees is die me parten speelt. Overbelast, te snel gelopen, wie
zal het zeggen. Tijdens het schuilen bedenk ik dat bij het begin van de
wandeling ik in de schoen voelde alsof een sok dubbel zat. Een tiental
kilometers merkte ik hoe mijn kuitbeen verkrampte. Pijn echter voelde ik
pas de laatst gelopen kilometers. Pijn die me deed besluiten een dokter
te zoeken. Ik sprak met Paul af dat we elk een richting uit gingen, ik
naar links en Paul naar rechts. Ik zag een heer in een tuin staan die ik
aansprak met de vraag of er in het dorp een ‘médecin’ was. De
Fransman zei dat er een dokter in Brienne-le-Chateau was. Zal ik je
erheen brengen? Ik zei natuurlijk meteen: ja, bedankt! |
|
Dag
19, 14 juli Om 08.30 uur
worden we wakker van spelende kinderen in de speeltuin en staan op. Onze
tent staat naast een bus die omgebouwd is tot camper uit Jersey vlakbij
Londen. Tegenover ons een weg en dan de speeltuin. Even terug naar het
vuurwerk. Dit was immens en duurde ruim 20 minuten met stralen en
spinfiguren tegen de hemel en een kleurenspel die de nacht omtoverde tot
een soort waterorgel dat ik als kind mooi vond in het Sprookjesbos. Een
kleurenspel door een combinatie van pijlen die zeer hoog aan de hemel
het lichtspel in verschillende patronen verspreiden. Soms kreeg je
onvoldoende tijd om het schouwspel in zijn geheel te omvatten. Het was
de 1e keer dat ik van dichtbij een zo groot vuurwerk heb
gezien. En ik moet zeggen, ik was onder de indruk. |
|
Dag
20, 15 juli Als ik mijn ogen
opendoe, is Paul al bezig met inpakken, hoor ik Kees ook praten en hoor
ik nog een derde stem die zegt: Toon kan ook bij ons in de grote
legertent slapen. Even later heb ik het voorstel aangenomen. Onze tent
wordt afgebroken, terwijl ik me ga wassen. Als ik terugkom, zie ik 3
rugzakken liggen. Ik pak de mijne op en stop mijn toiletspullen erin. Ik
breng de flessen naar de glasbak, praat nog wat met de Engelse buren die
vandaag ook verder trekken en loop dan met mijn spullen naar de familie
Blokland uit Alblasserdam. Paul en Kees zitten aan een grote houten
tafel naast de legertent die is afgedekt met een groot blauw dekzeil om
de tent waterdicht te krijgen. Ik krijg van Jan Blokland ook een mok
koffie. Even later neem ik afscheid van Paul en Kees die op pad gaan.
Voor mij een emotievol moment van ingehouden tranen. Ik blijf achter bij
een groot gezin die ’s avonds nog bezoek krijgen: eerst Willem en de
oudste dochter van 15 die net terug zijn van een uitwisseling in Roemenië
en nog een stel jonge kennissen. Na het vertrek van Paul en Kees ben ik
na het ontbijt het dorp ingegaan. Ik lees onder het genot van een Ricard
de krant en verschillende mensen geven me een hand, een typische Franse
begroeting. Terug op de camping ga ik in op de uitnodiging van Willemijn
om een spelletje Rummycub te spelen en daarna ga ik een stukje lopen.
’s Middags voor de 1e x in een kano. Heel erg leuk. Ik
kreeg kanoles en was blij dat ik af en toe de peddel opzij kon leggen.
In de fuik zat niet zo veel, maar toch 2 grote palingen. ’s Avonds
werden deze gegeten, volgens Rianne erg lekker, maar ik heb ze toch maar
niet geproefd. Wij zijn met z’n vieren (Jan, Willem, Josje en ik) gaan
uiteten. |
|
Dag
21, 16 juli ’s Morgens ging ik na het ontbijt het dorp in naar café Central voor mijn koffie en ricard. In de krant las ik dat het minstens 30 graden zou worden. Ik was zo onder de indruk van de gastvrijheid van de Bloklands dat ik wat terug wilde doen. Ik kocht daarom brood bij de bakker: 8 baguettes, 1 pain complet en 12 croissants. Het smaakte de kinderen goed. De zachte croissants waren ook goed voor de kleinsten, het harde stokbrood konden zij niet goed verdragen. Aangezien ik geen zin had in een nieuw kano-avontuur, ging ik na de lunch de Tour kijken in café Central. Ik zag hoe Basso won voor Armstrong. De volgende dag was het andersom: Armstrong voor Basso. Dit waren de beste Pyreneëenritten. ’s Avonds ging ik weer op wildroute met Furlan, Pieter en Jan. We zagen uiteindelijk enkele reeën. Op een gegeven moment stootten we op enkele tractors met boeren die de tarwe aan het oogsten waren. Terug op de camping begreep ik dat Jan, Arie, Pieter en Willem de volgende dag een 40 km lange kanotocht gingen maken en om 05.00 uur zouden vertrekken. De boten werden uit het water gehaald en op het Bloklandbusje gezet. Daarna werd het nog heel gezellig die avond. |
|
Dag
22, 17
juli ’s Morgens werd ik wakker om 05.00 uur en nam afscheid van Jan, Arie, Pieter en Willem die op kanotocht gingen en pas om 20.00 uur weer terug zouden zijn. Ik ging naar de w.c. en viel daarna weer in slaap nadat ik weer een krampaanval kreeg te verduren. Om 06.00 uur hoorde ik Herbert en constateerde ik dat ik enkele meters naar de ingang was gerold. Ik hees me weer op de mat en werd om 08.15 uur weer wakker. Na me gewassen te hebben, ging met Furlan, Rhodé en Maria naar de bakker (8 baguettes, 1 pain complet, pain chocolat en gebak). Na het ontbijt praatte ik met de Nederlandse buren die mij een JPDA-pack lieten zien. Een HP-pad met toetsenbord. Kosten € 900. Zeer verleidelijk, maar mij te duur. Ik begon inmiddels nerveus te worden, want vandaag zouden Annette en Simone komen. Mijn rugzak heb ik al gepakt en mijn was na de douche! is droog. Ik loop naar het dorp want op de camping is geen GSM-bereik. Want Annette kan bellen! Ik loop voor de laatste keer café Central binnen en pin € 70. Ook in dit dorp geen bank meer, maar een geldzuil in een café/bar/tabac. Hier dus dezelfde ontwikkeling dan bij ons. De post bij de bakker, en de geldautomaat bij het gemeenschapshuis. Na een half uurtje, 1 koffie, 1 ricard komt een eenzame wandelaar binnen die aan een tafeltje plaats neemt. Ik raak met hem in gesprek. Het blijkt ook een wandelaar te zijn die naar Santiago wil, maar dan in verschillende etappes. Een echte wandelaar, 10 x de Kennedymars gelopen, de GR5 en nu dus richting Sarts. Zijn naam is Fred Lambert en hij is fysicus aan de TH in Eindhoven. Fred vertelt ook en leest één van zijn gedichten voor. Ik vind het heel mooi. Hij denkt overigens dat mijn rugzak te zwaar is. Na het gesprek met Fred gaat de telefoon met de mededeling dat over 20 minuten mijn vrouw en Simone in Dienville zullen zijn. We spreken af bij de kerk (er is er maar één gelukkig). Ik ga nog even naar de camping om te vertellen dat Annette en Simone er zo aankomen. Dan ga ik weer terug naar de kerk waar we afgesproken hebben. Even later zie ik onze Kangoo aankomen. Ik voel mijn hart in mijn keel kloppen. De eerste die ik vastpak is Simone en Annette omhels ik daarna. Daarna omhels ik Alice en Mariëlle. We gaan nu echt afscheid nemen van de familie Blokland. We eten eerst nog wat mee en Simone en Mariëlle nemen nog een duik in de Yonne, ik bedoel gaan pootje baden en vissen vangen. Om 14.30 uur moeten we echt weg en ik benadruk dat de hele familie welkom is om bij ons op bezoek te komen. Onder het rijden belde Paul dat ze in Etourvy in een bushokje waren beland. We geven aan dat ze daar moeten blijven en we in ongeveer een kwartier bij hen zouden zijn. We kwamen echter terecht in een flink noodweer met harde regen, rukwinden en bliksemschichten. Hier en daar vielen takken van de bomen. Ook moesten we achter tractors rijden wat natuurlijk niet opschoot. Het duurde daarom toch langer voordat we Paul en Kees vonden. Ook voor Paul was het een hartelijk weerzien met Alice en Mariëlle. We namen afscheid van Kees die vandaag nog verder zou lopen en zondag terug zou gaan naar huis om de bruiloft van zijn dochter bij te wonen. We reden naar Auxerre waar Annette een hotel Ibis had geboekt. Onderweg stopten we bij een leuk cafe langs de weg om wat te drinken en bij te kletsen. Hier konden we ook ’s avonds eten. Na het inchecken in het hotel en een lekker bad zijn we in hetzelfde café gaan eten. Om 22.30 uur terug naar het hotel en het bed ingerold. |
|
Dag
23, 18 juli |
|
Dag
24, 19
juli Dé dag van de
waarheid voor mijn achillespees. Zou deze het houden? We lopen na het
ontbijt om 10.30 naar de eerste plaats. We zijn tot in Accolay bijna
overal langsde Yonne gelopen over een ravel. Het laatst stuk een GR-pad
berg op en neer, een flinke klim. Daarna nog 600 meter tot de camping.
Annette gebeld die de eerst telefoonrekening had ontvangen. Toch maar
wat minder mobiel bellen! Het avondeten in het gevonden 2-sterren
restaurant was goed voor € 60. Tot nog toe het duurste. Maar ja,
Michelinsterren zijn duur. Daarna doken we na het schrijven snel in onze
slaapzak. Moe en voldaan dat mijn voeten het vol hadden gehouden: ca. 25
km. parcours. Morgen nog 29 km naar Vezelay waar we dan een rustdag
nemen. |
|
Dag
25, 20
juli Vanmorgen bij
het wassen kreeg Paul de uitnodiging van de Franse buren om koffie te
drinken. Ze hadden gisteren al wijn gegeven voor we gingen eten. Deze
mensen rond de 60 waren uit Nantes en zeer aardig. Nu zaten we dus bij
hen aan de koffie. Vannacht was er een verschrikkelijk noodweer. De
regen stroomde langs onze tent en het onweerde meer dan een uur, met
klappen die nog nadreunden. De flitsen in de nacht zijn in een kleine
tent zeer onheilspellend. De regen liet enkele sporen na. Een natte
schoen en regen in de tent, gelukkig niet veel in een hoekje. De wind
had ook geen vat gekregen op ons tentje. We gingen na het drogen van de
tent om 10.00 uur op pad na nog wat foto’s te hebben genomen van onze
buren. Gisteren hadden we na het eten nog een man ontmoet die een
Nederlandse vriend had uit Maastricht, Jos Bongards. Ze hadden in het
zuiden elk een huis. Na de foto’s zijn we op pad gegaan vanuit Accolay
naar Vezelay, althans als we dat zouden halen. We wandelden langs de
Cure, een rivier even breed als de Yonne en de Maas. We wisselden
GR-stukken af met D-wegen. De D-951 van Accolay naar Vezelay liepen we
het laatste. Van ver zagen we de basiliek hoog boven op een berg boven
het bos uit toornen. Om 17.30 uur hebben we aan de voet van Vezelay in
een bar met helaas geen Tour-t.v. wat biertjes gedronken. Daarna zochten
we een plek op een camping met het bordje: complet. We deden net of we
dit niet hadden gezien en ik legde uit dat we pelgrims waren op weg naar
St. Jacques. De zeer jonge medewerkster gaf toen toe en liet ons een
formulier invullen. Daarna douchen en een pizza halen. Immers, gisteren
was het eten erg duur. Op deze camping municipal le Pâtis Asquins
mochten we dus een dag staan. |
|
Dag
26, 21 juli |
|
Dag
27, 22
juli Na het ontbijt
met koffie, jam en hartelijke verhalen van de Braziliaan, ruimden we
onze rugzak in en vertrokken na betaling van € 25 samen (€ 12,5 p.p.
voor slapen, diner en ontbijt!). Er is een
vreselijk onweer met harde regen. De straat lijkt wel een rivier. De
flits en klap komt tegelijkertijd, dus het onweer hangt boven ons. Blij
dat we in een hotel in Corbigny zitten. Vanmorgen vertrokken, eerst via
de GR en toen gele schelp op blauwe achtergrond. De Santiagomarkering
gevolgd door bos en over D-wegen. We vroegen ons af welke richting we op
gingen, zuid-west? In een groot bos komen we een tafelgenoot van
gisteren tegen. De Fransman Jean-Paul neemt een pauze en laat ons een
beschrijving zien van de schelpenroute. Hij is uit Parijs vertrokken en
loopt richting Nevers. Tot zijn verbazing had hij gisteren van ons
vernomen dat we richting Le Puy gingen. De route vanuit Genève is toch
ongebruikelijk voor mensen uit Nederland. Na beraadslaging houden we de
schelpenroute aan. We komen zo dichter bij Clermont Ferrand waar de
familie van Paul op vakantie is. De etappe vandaag is erg mooi. De
Morveau is glooiend en we krijgen mooie panorama’s voorgeschoteld. De
zon is echter slopend. Na een pauze constateren we om 16.00 uur dat we
15 km van Vezelay verwijderd zijn. We besluiten de D-958 te volgen en
dat is zwaar vermoeiend. We blijven drinken. De zon is door mijn hoed
steeds scherper voelbaar. Het is zeker 30/33 graden. Af en toe schaduw,
maar meestal in de volle zon. Na enkele watertappunten bij innemende
particulieren, komen we om 20.40 uur aan bij de abdij, omringd door
stellingen. We doen vergeefs een beroep op de bel, ook de telefoon wordt
niet beantwoord. Of er is niemand of de orde slaapt al. Op advies van
een dorpsgenoot zetten we onze tent op bij een muur op gemeentegrond.
Een klein jongetje op een fiets is de enige die dit opvalt. We hebben de
tent net opgezet als het begint te onweren. We lopen snel naar een café/hotel
om te schuilen. Na enkele biertjes is het onweer gedaan en geef ik de
pen aan Paul die ook zijn verslag begint. |
|
Dag
28, 23 juli Simone krijgt
vandaag vakantie. Ik was vanmorgen al vroeg op. Lekker geslapen en bij
een buitenkraan gewassen. En toen naar het hotel voor ontbijt en water.
Bij het VVV nieuws over de schelpenroute gevraagd en gekregen. Om 15.00
uur hebben we in een cybercafé de foto’s op CD-rom gezet. In het
cybercafé dat eigenlijk een PC-werkplaats was, kwamen we een
Nederlander tegen die al enkele jaren geleden een huis hier hadden
gekocht. Ze waren de drukte en regelgeving ontvlucht. We besloten daarna
om er maar een rustdag van te maken en naar de refugio te gaan. Deze was
ondergebracht in een school, gloednieuw met prachtige houten
stapelbedden. We sliepen na het avondeten als een ……. |
|
Dag
29, 24 juli Om 08.30 op
weg naar Premery. Ik had trouwens gisteren een nieuw horloge gekocht,
ongeveer dezelfde als mijn vader had die verleden jaar op 8 augustus is
gestorven. Deze herinnering bezorgt mij een aantal emotionele momenten.
Ik vind het zeer jammer dat mijn vader niet in leven getuige kan zijn
van mijn pelgrimstocht. Als oud-pelgrim naar Lourdes had hij dit zeker
gewaardeerd. We sliepen op een camping municipal, waar ook Jean-Paul in
een caravan zat. Er was ook een Duitse uitwisselingsgroep. Met een stuk
of 15 jongeren had ik een langdurig gesprek over uitwisseling en de zin
van een Pilgerfahrt. Het viel me op dat ze veel vragen stelden. Daarna
ging ik slapen. De volgende dag beloofde weer een slopende dag te
worden, richting Nevers. |
|
Dag
30, 25 juli Op weg naar
Nevers, voor een deel met Jean-Paul die we weer inhaalden. Gisteren
hebben we ook een Nederlandse familie ontmoet die een leuk 2e
huis hebben in deze streek (Nièvre) van Frankrijk. We stopten bij
toeval bij hun huis omdat ik een w.c. zocht. We hebben nog even bij hen
in de tuin aan tafel gezeten. We hebben nu weer zo’n 30 tot 35 km
gelopen tot Nevers, een grote stad. We arriveren eerder dan Jean-Paul in
de vooraf gereserveerde Monastières de Visitations. Dit
zustserhotel/abdij was naar pelgrimsbegrippen luxueus ingericht. We aten
en gingen daarna snel naar onze kamers. |
|
Dag
31, 26 juli We zijn vroeg
opgestaan en bij het ontbijt maken we kennis met een Spaans koor dat in
Nevers een optreden verzorgde. Ik kon alvast mijn Spaans oefenen en dat
viel niet mee. De omschakeling van Frans op Spaans ging gepaard met
flinke taalhobbels. Na het ontbijt gingen we naar het centrum. Eerst
naar het huis of kapel van Bernadette. Zij ligt er in de kapel
opgebaard. Op een plaquette lees ik dat zij is opgegraven en dat haar
nagenoeg intact zijnde lichaam (een wonder op zich) voorzien is van een
waslaagje van lazera. Het zien van een dode gelijk als een beeltenis van
Madame Tussaud had een verbijsterende indruk op mij. Ik vond het niet
gepast een foto te maken. Uiteindelijk nam ik wel een foto van haar
portret toen zij nog in leven was. Bernadette krijgt als 14-jarig
meisje, geboren in 1844 in Lourdes, liefst 18 verschijningen van de
heilige maagd Maria, in de rots van Massabielle. Zij besluit om daarna
in 1866 in te treden in een kloosterorde van Nevers, de zusters van
Barmhartigheid. Zij brengt er de laatste 13 jaren van haar leven door en
sterft op nog jonge leeftijd in 1879. In 1925 wordt haar lichaam dus
ongeschonden gevonden en in een schrijn opgebaard. In 1933 is zij door
de Paus heilig verklaard. Na de kapel bezoeken we de kathedraal van
Saint-Cyr-Sainte-Juliette. In deze kathedraal die in de 2e
wereldoorlog behoorlijk is beschadigd is een kapel met in de
glas-in-loodramen scènes uit het leven van de heilige Bernadette. De
kathedraal is enorm. De vele glas-in-loodramen na de restauratie ademen
een adembenemend lichtspel uit Waar de kathedraal van Reims aan de
buitenkant de zinnen op scherp stelt, zo doet deze kathedraal dat van
binnen. Het is een grote kunst- en lichtkathedraal in een symbiose die
ik nog niet eerder heb gezien. De Romaanse pilaren staan in scherp
contrast met de glas-in-loodramen, doch dit is niet storend, eerder
aanvullend. Wat ook opvalt zijn de vele kunstuitingen over geloof, kerk
en vrede van kinderen uit Nevers. Daarna hebben we nog wat
rondgedrenteld in de vele kleine steegjes en in een ouderwets aandoend
café iets genuttigd: 2 cafés au lait, 2 cola, 2 sandwiches-baguettes,
voor de prijs van € 25. Een paar weken geleden hadden we voor dit geld
2x een viergangendiner in een Noord-Frans hotel. Idem in Hotel de
Commerce in Reims. Daarna keerden we terug naar de Monastières de
Visitations. Deze kloosterorde is opgericht in 1616 (25 août) in
Moulins de Allier. De 3e organisatie van deze orde in
Frankrijk, die is gestart in Annecy in 1610 onder invloed van St.
Francois de Sales en St. Jeanne de Chantal. Na de Franse revolutie is de
orde gerestaureerd in 1818 in Charite sur Loire. Daarna hebben zij voet
gevonden langs de oevers van de Loire in Nevers in 1854. In 1935 Exil in
België, daarna retour in Nevers op de heuvels van Montapins waar wij nu
te gast zijn in een mooie kamer met uitzicht op de Loire. Tijdens deze
pelgrimstocht stoten wij op veel religieuze plekken waar mensen zich
hebben opgeofferd voor hun naaste. Veel welzijnswerk zoals wij dit nu
kennen, is vroeger door religieuze orden opgepakt. Ook hebben we gemerkt
dat Nevers en haar région veel toeristische bedrijvigheid ontplooit. We
ontvingen zelfs een brochure in het Nederlands met allerhande leuke en
interessante toeristische bezigheden. Kastelen, kerken, steegjes,
prachtige tuinen en middeleeuwse huizen. Nevers is zeker een lang bezoek
waard. Wij echter gingen tegen de middag over de brug over de Loire voor
een 17 km wandeling naar Magny-Cours. In Magny-Cours, bekend van het
autoracen Formule 1, is de camping gesloten. Na overleg met enkele
bewoners slaan we onze tent op in een weiland achter enkele woningen.
Onderweg ernaar toe maakten we kennis met de familie van Frederique in
een rijtuig met 4 raspaarden. De volgende dag zou blijken dat ik deze
familie nog hard nodig zou hebben. |
|
Dag
32, 27 juli Ik zit nu in
een café om 15.30 uur het verslag te schrijven. Ik zit op een stoel aan
een tafel en mijn voet doet zeer en verwacht een andere schoen. Ook in
dit oord St.Pierre le Mouthier is er geen schoenenwinkel. Ik zit verder
te wachten op Paul’s familie die me komt ophalen. Paul gaat dan ook
mee voor een korte rust. Wat is er aan de hand. Na ons vertrek vanmorgen
vertelde ik Paul dat ik ’s nachts weer een krampaanval had. Om 6.30
uur maar opgestaan, mijn rugzak gevuld en aan mijn waterzak mij gezicht
gewassen. Na enkele kilometers lopen begon de achillespees weer op te
spelen. Gelukkig troffen we de familie van Frederique en de 4 paarden
weer. Zij ontfermden zich over mijn rugzak. Dat ging al een stuk beter
en wandelde de 15 km door naar St. Pierre. Niet helemaal trouwens, want
de laatste 5 km heb ik op de bok bij de paarden gezeten. Een leuke
ervaring. Inmiddels zitten we weer in een ander café, omdat de mensen
van het eerste café op familiebezoek gingen. Ik moet zeggen de Fransen
bevallen me steeds beter. Zij zijn echt hulpvaardig ingesteld als ze
merken dat je om hulp verlegen zit. Dan trekken ze alle registers open.
Inmiddels hebben we ons ook op de huizenmarkt begeven en we zien
mogelijkheden onder de € 100.000.
Een huis met grote tuin, gerestaureerd, met keuken, woonkamer, schuur en
3 slaapkamers op 5.000 m² grond. Geen wonder dat veel Nederlanders hun
huis en haard verkopen en naar Frankrijk trekken als ze aan hun derde
leeftijd beginnen. Een kleine minderheid gaat hier ook werken. De
arbeidsmarkt komt ook bekend voor: ziekenhuizen die arbeidskrachten
werven in het buitenland (Spanje). Ook een ander artikel trekt mijn
aandacht: Pelgrims bezoeken Bernadette in Nevers 400.000 dit jaar. Had
de kloosterzuster wel degelijk gelijk! Gisteren een pelgrim ontmoet die
de Loire van bron tot monding loopt (GAP-Nantes), 950 km, voor
botkanderonderzoek. Ik vraag mij af hoe het met onze sponsoractie voor
het Toon Hermans Huis gaat (132643014 t.n.v. PJM Elshout en AHG Lassauw
inzake Toon Hermans Huis). Maar inmiddels
zit ik weer met een pijnlijke achillespees te rusten. Na het bekijken
van foto’s en wissen van 100 stuks (snik) gaat om 17.40 uur de
telefoon. Harry, de broer van Paul, is onderweg en over een kwartiertje
zal hij ons ophalen om samen naar hun vakantiehuis in Murol (waar de
ouders van Paul, Thera en Gé, Harry en Renée verblijven) te gaan. We
komen daar rond 22.00 uur en krijgen nog een avondmaaltijd. ’s Nachts
slaap ik op een mat die op een matras is gelegd boven op de
zolderverdieping (zit/slaapkamer). Ik slaap echter niet zo best. ‘s
Nachts krijg ik weer een krampaanval. |
|
Dag
33, 28 juli Aan het
ontbijt met z’n achten. Zeven familieleden Elshout en ik. Hartstikke
gezellig, maar ik mis ook mijn eigen familie. Direct na het ontbijt ga
ik naar de dokter voor de tetanus-herhaalspuit. Weer € 30 (consult en
spuit). Daarna naar de zeer drukke weekmarkt voor de deur. Met Gé en
Thera nog naar een schoenenwinkel waar ik nieuwe schoenen heb
gekocht.’s Middags lees ik een boek van Nicci French. Pa Elshout rust
en ma Elshout puzzelt en maakt het avondeten klaar. De anderen zijn naar
de baai. ’s Avonds met z’n vijven naar muziek op de straat
geluisterd van een duo dat voor een café staat te spelen en het boek
verder uitgelezen. |
|
Dag
34, 29 juli Ook vandaag
houd ik me rustig. Ik ben benieuwd of de nieuwe schoenen het probleem
van de achillespees verhelpen. ’s Morgens na het ontbijt is de hele
familie op pad gegaan voor een kraterwandeling. Ik blijf thuis en lees
een ander boek dat Renée heeft meegenomen. Ik ruim mijn rugzak in
(kleren gewassen, waarvoor dank!) en laat weer 3 kg achter (trui,
papieren, t-shirt plus bergschoenen die al flink afgelopen zijn) Na de
lunch nog even gelezen en toen mee naar de supermarkt. |
|
Dag 35, 30 juli Van Murol naar Le Puy Paul wordt 50 km van Le Puy afgezet en ik rij door naar Le Puy waar we tegen de middag arriveren. Na een bezoek aan het VVV neem ik afscheid van Gé en Thera. Zij nemen een deel van mijn kleren mee in een doos en een verslag tot 30 juli. Eveneens een CD met foto's die weer op Internet kunnen worden gezet. Le Puy en Valay is veel groter als ik had gedacht en ook veel toeristischer. Je loopt over het aantal Nederlanders letterlijk bijna heen. Ik besluit vervolgens een Gîte te gaan zoeken en dat lukt in de Rue de Capucins voor de prijs van € 17.60 onderdak en ontbijt. 's Avonds ga ik lekker eten in een restaurantje. De prijs € 25 samen geteld dus € 42.60 en dat is ver boven mijn dagbudget van € 25. Paul maar vragen om de camping te nemen als hij komt. Ik loop dus het oude centrum in en verbaas mij over de wel zeer kleine straatjes en steegjes die steil tegen de heuvel oplopen. De huizen zijn veelal met bonte pastelkleuren verfraaid. Het oude centrum van Le Puy ademt een religieuze en middeleeuws aandoende sfeer uit. Religieus omdat er een heleboel winkels zijn met schelpen en andere St. Jacques attributen. En niet alleen souvenirwinkels. Ook een boekenhandel heeft een hoekje ingericht met religieuze beelden, boeken, schilderijtjes en speldjes. Ik ga natuurlijk ook de berg op voor de basiliek of kathedraal die er bovenuit tornt. Mijn oog wordt getroffen door het mooie altaar in de kerk helemaal uit een blok groen gele onyx. Daarachter de beroemde zwarte Madonna met kind in een driehoekig gewaad. Omdat er niet zoveel zwarte madonna's zijn heb ik een boekje aangeschaft met daarin een aantal voorbeelden. Voor de noodzakelijke stempel moet ik 's avonds in de sacristie zijn. Ik vraag in de sacristie beleefd of ik mag fotograferen maar dat mag niet anders had ik nog een andere Madonna laten zien. Na de kathedraal breng ik een bezoek aan de winkelstraat en slaag er in een mum van tijd in om drie cadeautjes te kopen. Ik kan wel daarna naar de distributeur gaan om geld uit de muur te trekken. Vervolgens ga ik mijn kamer inrichten in een van de 6 bedden met maar een toilette en een douche in een ruimte. Daarna ga ik in de Rue Rafael uit eten in een klein restaurant. Voor € 16.50 heb ik een driegangen menu met een halve karaf wijn. Ik val eenmaal op de kamer direct in slaap. Echter niet voor lang want er is iemand een heel bos om aan het zagen, waar ik niet alleen last van heb aan het geklop te horen. Het duurt een eeuwigheid alvorens het stil is en ik in slaap val. De andere dag blijkt dat de echtgenote van de snurker hem naar de auto had verbannen. Om 5 uur in de morgen waren de snurker en zijn vrouw al op en werd ik opnieuw wakker. Daarna ben ik niet meer in slaap gekomen en ben van lieverlee maar opgestaan om 6.30 uur toen ik de kans schoon zag om naar de wc te gaan. |
|
Dag 36, 31 juli Ik ging direct na het ontbijt naar de stad. De rugzak mocht ik gelukkig in de Gîte achterlaten. Ik ontving zelfs een kortingspas als ik wat wilde bezoeken. Ik liep op mijn slippers de stad in met het doel een camping te vinden. Helaas kreeg ik pijn in de voet en ging na de moeilijke klim weer terug. Ik deed weer de wandelschoenen aan en begon te schrijven. Onderweg heb ik nog een aantal postzegels gekocht in een bar tabac en een SMS bericht aan Paul gestuurd. In deze Bar/Tabac zitten hele generaties jong en oud te gokken met een soort lottospel dat toepasselijk Rapido heet en er zijn om de drie minuten trekkingen. Paul heeft nu een uur later nog niet gereageerd. Ik besluit om mijn zoektocht naar een camping opnieuw leven in te blazen en ik vertrek de stad in. Ik stoot bijna direct op een heel grote markt. Bij een schoenenstand verbaas ik me over de Meindl schoenen die ik niet op een markt verwacht. Ik loop de boulevard op en na een kwartier loop ik tot mijn verbazing Paul tegen het lijf. We besluiten dat ik mijn rugzak haal en dan daarna naar de camping gaan. Daar aangekomen zetten we onze tent op en gaan even later Le Puy in om te gaan eten en vallen direct na terugkomst bij de camping in slaap. |
|
Dag 37, 1 augustusVan Le Puy naar Bains: Om 7 uur, geloof
het of niet, zitten we in de kerk en wonen we een mis bij waarin de
pelgrim centraal staat. Paul staat plotseling op en gaat een tekst
voorlezen in het Frans. Hij is goed te verstaan. Hij vertelt mij
naderhand dat hij voor de mis, ik was natuurlijk iets later, een brief
in de handen kreeg gedrukt en tijdens de mis in de gaten kreeg dat hij
iets moest voorlezen. Ditzelfde gebeurde mij een paar dagen later en kon
ik ook, maar dan in het Nederlands, iets voorlezen. Na de officiële mis
roept de pastoor alle pelgrims op om onder het beeld van St. Jacques
plaats te nemen. Ieder groepje of persoon kan zich vervolgens
voorstellen. En dan blijkt dat er veel Franse pelgrims in Le Puy
vertrekken en naar Conques lopen. Verder blijkt dat de pelgrims uit alle
windstreken van Europa komen en dat velen de tocht in deeltrajecten
lopen. Er zijn een paar pelgrims die uit Noorwegen komen; deze zijn met
ons een van de weinigen die ook in één lijn naar Santiago trekken. Er
zijn ook jonge pelgrims, een groep die zingt met twee broeders erbij en
een scoutinggroep. |
|
Dag 38, 2
augustus Van Bains naar Monistrol d' Allier .Onze 2de bergétappe met de hitte gisteren nog vers in ons geheugen slaan we veel drinken in. Om 7.00 uur staan we met de rugzak klaar om ons ontbijt te nuttigen. Helaas is de deur nog op slot ondanks de afspraak dat we om 7 uur kunnen ontbijten. We besluiten maar op de voordeurbel te drukken en er komt om 7.15 uur een vermoeid ogende heer de deur openen en zegt pdj (petit-déjeuner) à 7.30 uur. We denken wel iets maar zeggen niets. Het ontbijt was vervolgens dik in orde, zeker gerekend naar Franse maatstaven. Ik ben overigens nog moe van de eerste bergwandeling en de hitte en ik vertel Paul de douchescène gisteren. Na het ontbijt vertrokken we en passeerden de Snack Bar van gisteren waar ik een foto van nam. Even later ging boven de deur open en fotografeerde ik ook nog de 86 jarige vrouw des huizes. Daarna liepen we de D589 af tot Montbonnet waar we wederom moeiteloos de GR 65 oppikten. Onderweg kon ik het niet laten om enkele van de vele bloemen onderweg te fotograferen. Toen we even pauzeerden kwamen twee Franse dames ons tegemoet. Een van hen vertelde me horende van mijn problemen met de achillespees dat ik heel veel kleine slokjes water moest nemen, zoveel mogelijk, opdat de afvalstoffen uit het lichaam worden afgevoerd. En dat is goed voor mijn achillespees. Sindsdien heb ik deze raad opgevolgd en geen echte problemen met de achillespees meer gehad. Afkloppen. De naam van een distel die ik fotografeerde noemde de dames, toen ik vroeg naar de naam daarvan moeiteloos; Chardon. Ze vertelde dat dit zelfs het voedsel van ezels is. "Echt waar vroeg ik," me onderwijl afvragende of chardon de naam van die plant is of dat dit de algemene benaming van distel is. Het was dus echt waar dat les ahn de distels graag eten. En ik ezel wilde dus graag de typische naam van die chardon weten. Nog enkele dagen en ik zou een florakenner treffen. Maar dat wist ik toen nog niet. De zussen werden bij de richtingwijzer naar Santiago gefotografeerd.Volgens de paal nog 1540 km, een schrale troost, maar toch we hebben al 1200 km afgelegd. Daarna fotografeerde een van de dames ons ook bij de paal. Onderweg kregen we een aantal panorama's waarvoor de superlatieven ontbreken. De schoonheid droop er van af. We ontmoeten een kant van het Franse middenland dat we niet kennen. De Auvergne is geen plat Hoogveengebied zoals in België en kent vele hoogteverschillen en is veelal vulcanisch van aard. Ik kon het niet nalaten om enkele steentjes op te rapen en mee te nemen voor Simone mijn lieve thuisblijver. De GR voerde ons vervolgens naar Le Cheer op een hoogte van 1034 meter. Daarna liepen we verder naar Saint-Privat-'d-Allier. De bar chez Bruno was van eigenaar verwisseld maar wij gaven de voorkeur aan een eerdere stopplaats. Hier kochten we ook nog een sticker in de bar. Van Saint-Privat-'d-Allier ging het gelijk na een zeer lange en stenige afdaling steil omhoog. Bij Rocheguide gingen we van het GR-parcours af om de kapel St. Jacques te bezoeken die op een rotspunt is gebouwd. Hiervan werden uiteraard foto's gemaakt. Naast de kapel waren er nog resten van een oud kasteel te zien. Daarna vervolgden we de GR-65 naar Monistrol- 'd-Allier. Op de drie sterrencamping die we in Monistrol- 'd-Allier aantreffen hebben we voor onze mobile geen enkel bereik, is er geen wasmachine en geen droger en geen kantine om iets te nuttigen. Alleen het sanitair is in orde. Ik zit nu al een uurtje te schrijven in de ontvangstruimte terwijl Paul de tent heeft opzet. Hij is nu naar het dorp om inkopen te doen voor morgen. Wat mij voor de eerste keer zorgen baart is dat mijn geld op is en dat ook in dit dorp geen distribiteur (pinautomaat) aanwezig is. Gelukkig heeft Paul nog 40 euro in de beurs en morgen gaan we naar Sauges en daar moet zeker een pinautomaat zijn. Paul blijft wel 2 uur weg. Ik loop na info van de ontvangstdame het dorp in en koop een nieuw aantekenboekje want het huidige is vol; ik heb al mijn toevloed moeten zoeken tot servetten en losse blaadjes van een receptie. Eigenlijk zou een superlichte laptop een uitkomst zijn; een voorbeeld heb ik gezien maar ik schrok terug voor de prijs ven bijna € 3000. Ik koop ook een aantal ansichtkaarten en postzegels en ik post er nog 2, dit is volgens mij voorlopig voldoende. Paul is inmiddels weer naar het dorp om een fles wijn te halen en enkele pizza's en mijn twee laatste euro's heb ik hem meegegeven. Verder kwam ik de Maastrichtenaar die ik eerder in de patisserie had getroffen hier weer tegen. Ik vroeg hem of hij niet zo vriendelijk wilde zijn om even op en neer met mij naar Sauges te rijden. Helaas pindakaas, hij vertelde dat hij had gedronken. Wat mij verbaast is dat ook aan de ingang van deze camping communal el Vivier een bord staat met een waarschuwing van overstromingsgevaar. NB ook bij goed weer. Voor een langer verblijf is dit toch angstaanjagend. Volgens Paul moet ik niet te zeer doomdenken. De vraag is nu waar blijft Paul? Het is al 18.30 uur en ik heb honger. De pelgrim is een vertrouwde verschijning op de camping, de ontvangstdame vraagt of ik geen stempel wil die ik vervolgens in mijn aantekenboekje laat plaatsen. |
|
Dag 39, 3 augustus Monistrol- 'd-Allier naar Chanalailles: Volgens het boekje vandaag een bergetappe van 14 km naar Sauges waar alle commerces et services zijn. Het werd weer een zware bergetappe vol rotsachtige paden over vulcanisch puimgesteente, maar ook graniet en basalt schots en scheef onder onze voeten die flink werden gemasseerd. Heel veel interessante geologische plekken om van te watertanden. En natuurlijk prachtige vergezichten. Na de start liepen we direct steil omhoog. De klim in de hitte duurde liefst anderhalf uur. Daarna volgden we de GR door bos en veld omhoog en omlaag. Dit zou onze koninginne etappe worden in de Auvergne met 2 cols hors categorie. In de hitte had ik soms ademnood. Onderweg kregen we gezelschap van een jonge Duitser uit Retlingen vlakbij Stutgart die inmiddels 750 km had afgelegd. Bernd had ontslag genomen van zijn werk en 2 dagen later op pad gegaan. Hij keek wel tot hoever de tocht van hem zou gaan. Hij maakte geen eindplannen en leefde van dag tot dag als pelgrim. Daar aangekomen besloten we echter door te lopen naar Chanalailles. Ook hier was een Gîte waar we in de tuin onze tent konden opzetten. Dit was wel buiten het GR-pad. We liepen dus ook nog drie km over de verharde weg naar dit dorp en ik was toen bekaf. Chanalailles is een boerendorp met veel granieten huizen die zeer degelijk ogen. Er is veel landbouwverkeer en ook vrachtvervoer van boomstammen. Het centrum van het dorp ligt op de schop dus als we neerzitten op het terras van het cafe aux pont waar we ons moesten melden voor een plaats naast de gîte zien we een hoop gemanouvreer van het verkeer rond de bouwput. Bernd had ons inmiddels verlaten hij bleef de GR volgen tot ? 's Nachts kregen we een enorm kabaal te verduren. Er brak een onweer los met veel lichtspel en harde dreunen. De bliksemflitsen en donderslagen wisselden elkaar zeker 2 uur lang af. Ik kon niet slapen en dacht dat onze tent door de harde windvlagen zou worden meegenomen. Ik dacht aan de Mistral in Zuid Frankrijk in 1972 waar onze bungalowtent de lucht in dreigde te gaan. Gelukkig hadden we dikke stenen op het tentzeil gelegd, zoals een oude Fransman ons had aangeraden en extra touw tussen de tentstokken gespannen. Toch hielden we de tent stokken stevig vast. 's Morgens bleken tientallen tenten de lucht te zijn ingegaan en zijn wij vertrokken. Dit alles speelt nu weer door mijn hoofd. Achteraf valt het toch mee, de vergelijking gaat niet op. Niettemin een loodzware bergetappe en zeer weinig nachtrust maken iemand doodmoe. |
|
Dag 40, 4 augustus Van Chanalailles naar Estrets: Vandaag staat de 5de bergetappe op het programma en gaat het weer bergop en bergaf op weg naar de eerste col: de Col de Hospitales. Het eerste gedeelte van de tocht ging over geitenpaden, een heel ander parcours als andere dagen tussen grote stenen door en we moesten een glasheldere bergbeek oversteken. Op de bomen waren zeer veel korstmossen; hele stammen waren hier volledig mee bedekt. De vegetatie doet denken aan een zurig milieu. Ik heb hier wel 6 foto's genomen. We ontmoeten hier Jean Pierre die een heel stuk met ons mee loopt. Jean Pierre komt uit Le Mans en loopt tot Conques. Hij is zijn boekje vergeten en heeft moeten teruglopen anders hadden we hem niet gezien. Door de regen zagen we ervan af om vandaag door te lopen naar Aubrac. In Saint Alban sur Limagnole hadden we gedrieën pauze. Jean Paul belde in Estrets een gîte op en vroeg of er plaats voor ons was. Een warme douche in een Gîte is zeer welkom. Eén persoon moet waarschijnlijk op een mat slapen tenzij iemand annuleert. Ook mijn achillespees begint weer op te spelen, later zou blijken dat dit een aantal blaren op de hak in ontwikkeling waren, dus ook hierom was ik blij met een eerdere stop. Paul en Jean-Pierre schrijven ieder ook hun eigen verslag. Ik denk aan mijn vader en aan mijn kinderen. Kijken of ik vanavond kan bellen, maar in de cel lukt het niet. Jean-Pierre is onze wandelvriend, die ons vandaag aan tafel allerlei boeken laat zien met bloemen en cultuurhistorische informatie. Er zitten bovendien in de Gite ook 2 Duitsers, man en vrouw, uit Heidelberg aan tafel, die mij ook al in de Gite in Le Puy hadden gezien evenals een koppel Zwitserse vrouwen uit het canton Wallis. Eén van de vrouwen heeft heel goede herinneringen aan een reis naar Santiago 4 jaar geleden. Ze heeft hier goede kennissen aan over gehouden. Een Canadees is bij haar op bezoek geweest en zij is een maand naar hem gegaan in Ontario/Quebec. |
|
Dag
41, 5 augustus Vertrek in Estrets naar Nasbinalles, met z’n drieën, want Jean-Pierre wandelt weer met ons mee en is weer erg spraakzaam. De hele dag bergop en bergaf over de GR-65 in een totaal verschillend landschap als van te voren. Een klein detail: het regent de hele dag. Het landschap rondom Aubrac, departement Lozere, wordt gedomineerd door stenen. Jean-Pierre en nog een Fransman in de rustplaats verhalen over het ontstaan van dit maanachtige landschap (zie foto’s stenen hagen). De laatste ijstijd heeft dit landschap vorm gegeven. Door erosie en hevige winden zijn een boel stenen en stukken rots bloot gelegd. In de loop van miljoenen jaren, toen de mens nog niet bivakkeerde op aarde, is het klimaat veranderd en door voortdurende wisselwerking van wind en regen zijn de stenen bol, rond en hoekig gevormd. Dit is in vogelvlucht een geologische uitstap van honderden miljoenen jaren. Na de jongste ijstijd is vulkanisme ontstaan als gevolg van tropische temperaturen en schommelingen in de aardkorst/platentectoniek. In ieder geval, als we terug keren naar dit landschap zien we een rijke vegetatie en een ongelofelijk aantal middelgrote en zeer grote stenen in het weidelandschap. Dit weidelandschap is verkaveld door afzettingen met stenen walletjes, zoals in Ierland, legt Jean-Pierre uit. De huizen, kerkjes en schuurtjes zijn ook gemaakt van granieten stenen. Het uitzicht, de stenen en de patronen in het landschap met zeer weinig bomen maken dit landschap volstrekt anders qua beleving dan we tot nog toe gezien hebben. De dorpen zijn klein en er wonen weinig mensen. (Inmiddels ben ik naar de laverie gegaan waar onze kleren worden gewassen voor 5 euro (1 euro wasmiddel en 4 euro drogen.). In dit deel van Frankrijk, Aubrac, wonen de armste mensen, vertelt Jean-Pierre. De voortdurende regen, de hele dag, heeft ons humeur niet aangetast. Op onze laatste pauze, een soort pelgrimscentrum, is een vrouw die mij eindelijk de naam kan vertellen aan de hand van een flora, van de distel die ik veelvuldig zie. Tot nu toe was ik niet veel verder gekomen dan de algemene benaming van distel. Even later zitten we op de camping in Aumont-Aubrac. Jean-Pierre besluit ook op deze camping te blijven met zijn mini-tentje. |
|
Dag
42, 6 augustus |
|
Dag
43, 7 augustus Na alweer een bergetappe met behoorlijke pijn aan mijn hak, komen we aan op een camping bij St. Come-d’Olt. Een leuke camping, maar we zijn gauw weer vertrokken. |
|
Dag
44, 8 augustus |
|
Dag
45, 9 augustus |
|
Dag 46, 10 augustus Mijn was die ik gisteravond heb opgehangen, is nog doornat. In de Gite bij de kerk/abdij van Norbertijnen (8 monniken) is het goed toeven. Het eten gisteren was lekker en niet duur alles bij elkaar (slapen, eten, ontbijt voor € 22,60). Ik vond het ontbijt zelfs luxueus, vanmorgen voor de eerste keer smeerkaas (La Vache qui Rit) erbij. Na ontbijt toch maar voor de zekerheid even naar de dokter in het dorp voor mijn hak. Daar moeten we een uur en een kwartier wachten! Eenmaal aan de beurt kreeg ik een koude douche. Wederom het advies om minimaal 3 dagen te rusten. De dokter knipte mijn grote blaar open en het vel weg. Er kwam heel wat ‘water’ uit. Ze schreef me vervolgens maar liefst 4 medicijnen voor en wat bleek: er was geen apotheek in Conques te vinden. Deze ligt 7 km verderop en ik mag niet lopen. Gelukkig kunnen we nog een nacht bijboeken in de abdij. Paul besluit om de medicijnen te voet (7 km heen en 7km terug) te halen. Bravo! Verder besluit hij na deze rustdag morgen weer op pad te gaan. Dit valt voor mij weer even moeilijk. De enige oplossing voor mij is om 2 dagen Gite te boeken in Figeac. Nu nog vervoer vinden. Als Paul op weg is de medicijnen te halen, loop ik op mijn pantoffel/sandaal! het dorp in voor een verkennende wandeling en maak een tiental foto’s. Overigens zijn we vandaag al twee keer in de kerk geweest. Een mis om 08.00 uur met pelgrimszegen met brood en een boekje over het evangelie van Johannes. We zaten direct rond het altaar van de Norbertijnen. Zo dicht heb ik nog nooit bij een altaar gezeten. Om 12.00 uur zaten we weer op dezelfde plek. Nu voor het grotendeels gezongen middaggebed. Als ik Paul geloof, wil hij ook nog naar de Vespers. Tijdens mijn rondwandeling in het dorp is mij opgevallen dat er veel kunstaanbod in Conques is: pottenbakkers, glas-in-lood, glasvoorwerpen, stenen pelgrims en heel veel verwijzingen naar St. Jacques. En dus ook veel souvenirwinkeltjes. Ik heb nog een vingerhoedje gekocht voor mijn schoonzus. Transbagage: 0820025451 / 0563947560. Dit zijn de telefoonnummers van vervoerbedrijven die bagage van de ene naar de andere plek brengen. Ik ben nu weer op het bankje op de binnenplaats en heb per ongeluk deze zwarte pen meegenomen (met typen natuurlijk niet waarneembaar). Even terug brengen dus. Overigens is er op de binnenplaats (nu weer met blauwe pen geschreven!) een dubbel aftappunt van water en staan er op tafel 2 flessen limonade-extract en een rij plastic bekertjes. De limonade is gratis te krijgen en ik maar daar nu dankbaar gebruik van, want schrijven maakt dorstig. Ik schreef al dat ik onnadenkend een zwarte pen had meegenomen. Dit kwam doordat een familie Fransen heel erg nieuwsgierig was. Kinderen en ouders vroegen mij van alles en nog wat, tot en met ons www.adres. Op het bankje waar ik zit, zat zonet een Duitser naast me uit Nürnberg, die in Zwitserland Bernd uit Rütlingen had getroffen, dezelfde Bernd die wij in Le Puy hadden gezien. Deze Duitser vertelde dat zijn ouders met in totaal 40 personen nu in Spanje op de Camino een stuk lopen tot Burgos. Zij vertelden dat het deze week 44º in de schaduw was en de volgende dag superkoud. Ook verhaalden zij over een onafzienbare rij pelgrims. Wie een plaatsje in de refugio wilde hebben, moest zeer vroeg tussen 05.00 en 06.00 uur vertrekken, ander kon men onder een boom slapen. Met mijn medeloper heb ik overigens een paar dagen geleden een indringend gesprek gehad over onze vriendschapsrelatie en mijn uitingen in het kader van mijn angsten die mij bezighouden. Na dit gesprek zei Paul dat hij me nu beter begreep. In ieder geval heb ik de afgelopen dagen veel aan mijn vader gedacht en ook over eventueel afstammingsgedrag en –uitingen die met mijn vader overeenkomen. Ik spreek met mijzelf een aantal zaken af die ik anders wil ga doen, als ik straks weer thuis ben. Intussen is het vervoer morgen naar Figeac geregeld voor € 20. Om 15.30 uur komt Paul met een zak medicijnen: 4 soorten tabletten en een doos schoonmaak-babydoekjes! Ik moet 4 verschillende tabletten gaan slikken, 3 x per dag, gedurende 8 dagen. Ik moet dit echt goed bijhouden en veel drinken. Vanavond zal ik mijn vrouw bellen om haar op de hoogte te brengen. |
|
Dag 47, 11 augustus |
|
Dag 48, 12 augustus ’s Morgens vraag ik hoe laat het is en als ik 07.45 uur hoor, spring ik
uit bed en na een haastige wasbeurt en een halve kop koffie ben ik 08.03
in de kerk. De korte mis tot 08.45 uur was wel interessant. Ik herken de
structuur van de mis en ken ook al de nodige liedjes. Er wordt meer
gezongen dan bij ons, ook gebeden worden gezongen. Na de mis valt me in
dat ik de tabletten ben vergeten, dus moet ik nog even wat eten. Ik zeg
Ultrea tegen de 2 laatste vertrekkende pelgrims, en doe vervolgens de
afwas. Het is nu 10.00 uur en om 11.00 uur gaat het Internetcafé open.
Tot dan ga ik een kop koffie drinken in een bar/tabac. Maar eerst
schrijf ik nog even het pelgrimsgebed op, dat in menige kerk gezongen
wordt: Chant des Pélerins de Compostella 1. Tous les matins nous prenons le chemin 2. Chemin de terre et chemin de fois 3. En tout là-bas au bout de continent Het is 10.30 uur en ik zit in een doodnormaal café met nu eens geen lotto
en goklustigen, maar een paar oudjes met wijn/rosé aan de bar en
niemand buiten op het terras, want het regent. De TV staat aan en ik zie
tot mijn verbazing een voetbalwedstrijd Tunesië-Australië, voorronde
Olympische Spelen. Wat, de Olympische Spelen in Athene, volstrekt aan
mij voorbij gegaan. Ik lees nu dat deze morgen officieel van start gaan.
Belangrijkste nieuws van La Dépèche du Midi: Ne vous quitte pas, en
dat slaat op de beslissing van het voetbalfenomeen Zizou,ofwel Zinedine
Zidane. Voorpaginanieuws!. En hij is erin geslaagd om Platini te doen
vergeten (il a réussi à faire oublier Platini). Een ander artikel gaat
over therapeutisch klonen van een medicijn voor diabetici. Men is er in
Engeland als eerste in Europa in geslaagd cellen te klonen in kader van
onderzoek naar diabetici en hier exclusief toestemming voor gekregen. Een ander artikel trekt mijn aandacht: un campeur (29) tué dans le tornado.
Op Ile de Houat is een camping weggevaagd door een tornado, die personen
en boten de lucht in wierp over tientallen meters. Een jongeman van 29
ging terug naar zijn tent en werd op de rotsen geworpen. Hij overleed
later aan zijn verwondingen. 317 mensen zijn repatriés, met een boot
naar het vaste land vervoerd naar Queberon. Ik ben zelf ooit op dit
eiland geweest, niet op de camping, maar vanuit Plouharnel. Ik herinner
me nog een bordje Falaise, côte très dangereux. Als kind heb ik de
gevolgen van een windhoos vlakbij ons huis gezien. Bomen, geknakt op 1½
meter hoog, daken de lucht in en rondvliegende pannen. Nooit naar buiten
is het devies, maar wat moet je in een tent. Mensen die op het zand
werden geworpen, hebben het overleefd. Het zijn van die
natuurcatastrofen die elk seizoen weer gebeuren: mensen dood door
lawine, overstroming of windhoos. Bij sterke wind word ik zelf steeds
wakker ’s nachts, of het nu thuis is of op de camping. |
|
Dag 49, vrijdag de 13e Het begint al goed. Na het ontbijt en de mis om 08.00 uur, merk ik bij het
inpakken dat de scarabee die ik van Thera gekregen heb, weg is.
Verloren, het lintje waarmee hij bevestigd was, is afgebroken. De
gastvrouw die ook naar Santiago is gelopen toen ze 62 jaar was, vertelde
mij nog een zeer indringend persoonlijk verhaal, waarvan zij mij
gevraagd heeft niets over te vertellen. Dat doe ik dan ook niet, maar
merk wel op dat het mij sterker maakt in mijn geloofsovertuiging. Verder
vertelde zij over een doktersechtpaar met 6 kinderen, die plots na de
pelgrimsweg de dokterspraktijk aan de wilgen hing en samen met het hele
gezin naar de bisschop trok, het geld onder de armen verdeelde en aan de
bisschop vroeg hoe zij de pelgrims konden ondersteunen. De bisschop gaf
hun een oud huis dat ze moesten renoveren. ’s Winters was het er
steenkoud, maar ze hadden geen geld voor verwarming. Plotseling vonden
ze in de bus een cheque met voldoende geld om een kachel te kopen. De
dokter en zijn vrouw runnen nog steeds een refugio. De kinderen zijn
inmiddels groot. Een ander voorbeeld. Een Italiaanse pelgrim had te
kleine schoenen en had veel blaren. Hij gooide ze ten einde raad weg.
Met bebloede voeten klopt hij aan bij een refugio. Als hij daar binnen
stapt, staan er in de ruimte een paar schoenen in zijn maat. Een
Canadees echtpaar gebeurt hetzelfde. Zij is de wandelschoenen vergeten.
De volgende dag zien ze op een haag een paar schoenen staan in haar
maat, waarmee ze naar Santiago is gelopen. Voilà, wat er niet allemaal
gebeurt onderweg. Het is 11.00 uur en Paul die de tent is gaan inpakken,
is nog niet terug. Vanaf hier kunnen we mogelijk het GR-pad weer
oppakken. De balissage is op een paal al voor het huis te zien. Het is
12.30 uur als we naar Beduer lopen. Het is een tocht van 14 km (halve
etappe). We slaan onze tent op en nemen een douche. Daarna heb ik de was
gedaan en in de ontmoetingsruimte opgehangen. Na schoonmaken van mijn
schoenen (plakkerige rode aarde vermengd met bladafval) hebben we pizza
gegeten en ben ik naar de opening van de Olympische Spelen gaan kijken.
Dit was bij de bar, waar ik 1 glas rode wijn heb besteld. Bij de pizza
was een fles rosé al in een mum van tijd leeg. Om 22.30 uur kroop ik
onder de wol, niet onder de indruk van de opening. |
|
Dag 50, zaterdag 14 augustus Om 05.30 uur ben ik al wakker, om 05.50 sta ik op omdat ik naar het toilet moet. Paul is ook wakker, maar vindt het nog te vroeg. Ik kruip nog even terug in de slaapzak. Om 06.30 uur staan we echt op. Even later, na het ontbijt in de bar van de camping, gaan we op pad. Fred Gelissen lag in een berm te slapen, als we op pad zijn. Deze mijnheer hoort ons Limburgs dialect en reageert meteen. Daarna is hij met ons meegelopen tot in Cajarc. Hier hebben we afscheid van Fred genomen, die we zeker nog een keer gaan tegenkomen, al was het maar in Roermond bij een bijeenkomst van het Santiagogenootschap. Daarna lopen wij door tot Larnagol waar we onze tent opslaan op een ****-camping. Daar heb ik voor het eerst een baantje gezwommen. Zwembroek dus niet voor niets meegenomen. Na het zwemuurtje ga ik met Paul eten op de camping die sinds 2 jaar gerund wordt door een Engels echtpaar. Hij was communicatie-medewerker en IT-specialist bij Microsoft en kwam door heel Europa. Plotseling ging het roer om en hebben ze een camping gekocht. Een restaurantvergunning hadden ze nog niet, maar we hebben toch een driegangenmenu verorberd. Daarna ga ik eerst Annette bellen, voordat ik naar de Olympische Spelen ga kijken. |
|
Dag 51, zondag 15 augustus Van Larnagol naar Vers. |
|
Dag 52, maandag 16 augustus Van Vers naar Cahors. |
|
Dag 53, dinsdag 17 augustus Van Cahors naar St. Jean de Luz met de trein om aldaar een paar dagen met onze families door te brengen. Spannend, om 06.00 ging de wekker. Nog snel een douche. Als we de tent afbreken, begint het lichtjes te regenen, echter niet verontrustend. Dan naar het station, eerst nog bij de kathedraal gestopt, maar die was om 07.40 nog hermetisch afgesloten. Bij de stationsrestauratie neem ik een warme chocolademelk en een pain chocolat. De trein heeft 10 minuten vertraging. Ik kocht nu een krant (€ 0,80) die ik vaker in een bar/tabac gratis kon lezen. Opvallend: Pieter van de Hoogeband zilver, maar geen voorpaginanieuws. Wel minder files en ongelukken met dodelijke afloop dan vroeger (deze zomer ca. 5.000 doden, in 1972 nog 16.000 per jaar) door verbeterde snelheidscontroles met hoge boetes en beter rijgedrag (inclusief voldoende pauzes) van de toeristen. Op de D-wegen heb ik zelf gemerkt dat er rekening wordt gehouden met andere weggebruikers. Een andere rubriek gaat over tips voor wandelaars en internationaal vrijwilligerswerk. Dit inspireert me wel. In de trein praat ik lange tijd met een jonge meid die een artistieke opleiding volgt. Verder maak ik mijn eerste SMS-bericht in het Spaans: Hola, soy en Lourdes en el tren. El tren arriva a las 14.25 horas. Te gusta bien. Tonie. Wellicht geïnspireerd door de Spaans sprekende reizigers die zich manifesteren. Zeer nadrukkelijk, moet ik zeggen. We eten stokbrood met La Vache qui Rit en een reep chocolade. Het stokbrood is taai, van gisteren. We komen tot onze verbazing door Lourdes. We zien een groot tentenkamp vanuit de trein. Van mijn vader herinner ik me dat hij in Lourdes met de trein is geweest en zeer spreken was over de geweldige bergen rond Lourdes. Ja, dat zijn dan ook de Pyreneeën. Inmiddels stoppen we in Orthez. Het regent hier hard, dus veel spijt dat ik in de trein zit, heb ik niet. We gaan dus op bezoek bij onze gezinnen die we voor het laatst in Auxerre half juli hebben gezien. Het gaat nu hard. Over een uur zijn we in Biarritz en even later in St. Jean de Luz. Nog even een pelgrimsdutje doen. Als we de trein uitstappen, zien we gelijk onze gezinnen en vliegen elkaar om de nek. Na een wachttijd van ruim een half uur gaan we met de bus naar de camping. Daar blijven we 5 dagen samen met onze gezinnen. Het is nu dinsdag 16/8 en we blijven tot zondag 22/8 op camping Itsas Mendi. Dan vertrekken we met de trein naar St. Jean Pied de Port en vervolgen onze route. Deze kleine week op de camping heeft consequenties voor onze planning. We hebben ongeveer 250 km nu met de trein afgelegd. Niet dat we dit betreuren, het zijn de feiten. Een te strakke planning. 35 km per dag was, gelet op het bergachtige GR-parcours en een zware rugzak, te hoog gegrepen. Anders als een gepensioneerde, die makkelijk de tijd kan nemen, moeten wij eind september weer in Nederland zijn. Dus is het openbaar vervoer een hulp om de planning te halen. En de camino in Spanje met ca. 800 km vanaf St. Jean Pied de Port ligt nog voor ons. En het moet gezegd worden, de rust op de camping met onze gezinnen is ons meer dan welkom! |
|
22
augustus 2004 Vakantie achter
de rug. Van St. Jean
de Luz naar St. Jean Pied le Port |
|
23
augustus 2004 Een klim van St.
Jean le Port naar Roncevalles in España. |
|
24
augustus 2004 Van Roncevalles
naar Pamplona. |
|
25
augustus 2004 Van Trinidad de
Arre via Pamplona naar Uterga. |
|
26 augustus 2004 Van Uterga via Puenta la Reina naar
Lorca. |
|
27 augustus 2004 Van Lorca over Estrella naar Los
Arcos. |
|
28 augustus 2004 Van Los Arcos naar Logroño. |
|
29
augustus 2004 Van Logroño
naar Najera. |
|
30
augustus 2004 Van Najera naar
Grañon. |
|
31 augustus 2004 Van Grañon naar Villafranca Montes de Oca. Een hele mond vol de plaatsnaam. Bij het vertrek neem ik de tekst over van een gedicht: An diese Türen klopften Sie, die Armen, die Erschöpften und beteten auf dem Pilgerweg um Einlasz und Quartier Durch diese Türen gingen Sie zum Pilgerweg zurück die Hungrenden, die Durstigden auf Trank und Speise und auf Menschlichket An diese Türen kehrten Sie zum Pilgerweg zurück Erfrischt, gestärkt Mit neuem Gottesvertrauen Een gedicht dat in eenvoud en essentie in feite de kern van de pelgrimstocht beschrijft. De maand augustus loopt ten einde. Ben benieuwd wat september voor ons in petto heeft. |
|
1 september 2004 Van Villafranca naar Burgos |
|
2 september 2004 Een halve dag in Burgos en dan door naar Tardajos. |
|
03
sept. 2004 |
|
04 sept. 2004 Van Castrojeritz naar Fromista De tijd gaat snel ! In het restaurant waar we gisterenavond hebben gegeten deed het flitslicht van het fototoestel het plotseling niet meer. Heel vervelend. Ook vergat ik om 2 pakjes drank en een banaan mee te nemen. Deze liggen dus nog in de refugio maar terug gaan we niet, daarvoor zijn we al te snel opgeschoten. Ik neem dus buiten enkele foto's van de kerk. Ook van het drinken van een kruik met water. De omstanders hadden pech want ik had de techniek snel onder de knie en ik werd in tegenstelling tot Paul niet nat. Paul had telefoon gehad van een andere pelgrimloper dat het na Burgos en dat werd hem op het hart gedrukt, erg plat was. We krijgen na een vlakke aanloop echter een flinke 1,7 km lange klim voor de kiezen. Driehonderd meter steil omhoog en daarna weer langzaam omlaag. Ik was blij toen we een pauzeplaats bereikten. Onderweg sloot zich een Duitse loper bij ons aan. Deze praatte veel met Paul, ik had het te druk met het praten met andere Duitsers, die voor 1400 euro een wandelarrangement hadden geboekt van 14 dagen halfpension met bagagevervoer en hotelovernachting. Het waren twee senioren die zo ieder jaar een stuk van de Camino deden. Toen ik weer bij Paul was had ik een steentje in mijn schoen dat ik moest verwijderen. Toen lag ik weer een stuk achter en moest ik weer als een haas achter hen aan. Helaas, net toen ik wilde aansluiten, had ik weer een steentje in mijn schoen. Dus moest ik weer gaan zitten en mijn schoen uitdoen. Het duurde vervolgens een uur voor ik weer aansluiting had. Wat ik nog vergeten of verloren ben, dat is niet duidelijk, is het poedermedicijn tegen de jeuk en de teenschimmel. Toch maar weer een farmacie opzoeken. Helaas geen in Fromista en ook geen fotozaak. Dit valt dan vervolgens weer tegen. Overigens na de bergovergang was het inderdaad een vlak parcours, maar nog lang geen meseta, zoals Paul denkt. We constateren wel dat we aardig op koers zijn. Vanaf Fromista, we zijn ongeveer op de helft van de camino in Spanje, zijn we over 3 dagen zeker in Léon. We denken er stil aan dat we ook nog met de bus naar ‘Cap Finistère| kunnen gaan en naar goed pelgrimsgebruik daar wat verbranden en in zee werpen. Of beter gezegd, de oceaan. Is dit de ultimo daad dat de tocht volbracht is? Nee, misschien wel het begin van een pelgrimstoch die een leven verder gaat, het motto van de Heiligdomsvaart 2004 in Maastricht. We eten ’s avonds een pelgrimsmenu met wijn. En vallen voldaan in slaap. Morgen staat er weer een lange etappe op het programma. |
|
Zondag 5 september. Van Fromista naar
Cadarilla |
|
Maandag 6 september. Van Cadarilla naar
Sahagun |
|
Dinsdag 7 september. Van Sahagun naar Mansilla de las
Mulas |
|
Woensdag 8 september. Van Mansilla de las Mulas naar Léon |
|
Donderdag 9 september. Van Léon naar
Villa de Mazarife |
|
Vrijdag 10 september. Van Villa de
Mazarife naar Astorga. |
|
Zaterdag 11 september. Van Astorga naar
El Acebo |
|
Zondag 12 september. Van El Acebo naar
Cacabelos |
|
Maandag 13 september. Van Cacabelos naar
Ruitelan |
|
Dinsdag 14 september/Zwarte Dinsdag. Van Ruitelan naar
Triacastella |
|
Woensdag 15 september. Van Triacastella
naar Saria (19 km) |
|
Donderdag
16 September |
|
Vrijdag
17 september |
|
Zaterdag
18 september Kortom, meer aandacht voor de echte waarde in relatie met gezin en familie. Voornamelijk vrijwilligerswerk drastisch beperken. Dit zijn volgens mij de korte termijn veranderingen of koerswijzigingen die ik voorstel. Op langere termijn ben ik pelgrim voor het leven, als het even kan met mijn gezin. Niet dat het met Paul is tegengevallen, in tegendeel wij zijn nu vrienden voor het leven. |
|
Zondag
19 september |
|
Maandag
20 september |
|
Dinsdag 21 september 2004 van
Santiago met de bus naar Finistere en van daar uit te voet naar Cap
Finistere/8 km heen en terug |
|
Santiago Santiago aan de
staart Santiago nu meer
dan een droom Ook al ben ik nog
niet bejaard Meer dan 2000 km
lang Maar met wat
hobbels en stenen En ook niet zelf
bedacht |
|
Woensdag 22 september In
Santiago de Compostela |
|
Donderdag 23 september Met
de trein van Santiago naar Hendaye Cultuurhistorie,
schitterende abdijen en kathedralen waarvan er twee boven uitstaken:
natuurlijk de kathedraal van Reims vanwege de bouwkundige vorm, de vele
beeldwerken aan de buitengevels en vooral de glas- en loodramen
geschilderd door Marc Chagal vond ik schitterend.En de kathedraal van
Burgos vind ik van binnen geweldig mooi. Na het bezoek van meer dan een
uur in deze kathedraal kwam ik enigszins beduusd naar buiten. De
eeuwenoude kerkelijke schatten, de schilderijen van de 15 e eeuwse Vlaamse
school het was de overtreffende trap. Bovenstaand is een impressie van onze tocht in hoofdlijnen. Inmiddels moet ik iets gaan eten. Dit wordt dan een broodje kaas. Met een biertje. Het was wel duur realiseerde ik me later. Men had zich echter verteld. We hebben net de Meseta achter ons gelaten met een kleine stop in Sahagun. Dit is de plaats waar we bij de kloosterkerk hebben geslapen tijdens onze wandeltocht. Alleen met de trein gaat het een beetje vlugger. Je krijgt in de trein wel een goed overzicht van de uitgestrektheid van de meseta, en het desolate landschap. Ook rij je door kloven en spleten waar je te voet niet kunt komen. Het is inmiddels 16.00 uur dus nog 4.30 uur voordat we in Hendaye zijn. Dan wacht de couchette in de nachttrein. Na Spanje schiet de prijs ook meteen de lucht in: het eerste traject van Santiago naar Hendaye voor € 37,50, van Hendaye met de nachttrein naar Parijs Gare Austerlitz voor € 91 en naar Luik met de Thalys voor € 72. Dus in totaal ruim 200 euro. Hierbij komt nog het vervoer met de metro door Parijs en de stoptrein van Luik naar Maastricht. |
|
Vrijdag
24 september 2004 Parijs versus Maastricht naar huis Reizen is
vermoeiend. Het hangen in de stoel, de strijd tegen de verveling, maar
lopen in de gang, lopen loutert. Ik weet niet meer wie dit boek geschreven
heeft, maar de titel ‘lopen loutert’ kan ik nu grotendeels
onderschrijven. Overigens ook bij mij rolden een aantal keren mijn tranen
over mijn wangen. In het begin van de tocht heb ik veel nagedacht over het
overlijden van mijn vader en in de buurt van Lourdes moest ik toch een
traan wegvegen. Immers hij was er ook geweest en vertelde daar graag over.
Vooral over de machtige bergen rond Lourdes. Ook in Santiago bij de
aankomst welden de tranen in me op, maar nu van vreugde. Immers, we hadden
onze mijlpaal bereikt, de kathedraal waar de resten van Jacobus (één van
de 12 apostelen van Jezus) liggen. Een tocht van meer dan 2000 km met
afzien als gevolg van het vele blessureleed (de ontstekingen aan mijn
voet, de problemen met de achillespees, de hondenbeet, de problemen met de
darmen, het stuk metaal tussen de wortels van twee kiezen, en een zeer
pijnlijke teen) is gelukt dankzij wilskracht en
doorzettingsvermogen. Het woord opgeven is slechts één keer in me
opgekomen en dat was tijdens de visite van de arts toen het ging om de
achillespees. Ik zat echt niet te wachten op een chronische ontsteking,
dan was het over en uit geweest. Bij de geringste twijfel was ik naar huis
gereisd. De ingelaste rust en andere schoenen hebben hun werk goed gedaan.
Dat mijn teen zoveel pijn deed had ook een gunstig effect. Zo heb ik zeker
300 km met lichte sandalen à raison van 8 euro gelopen. Zonder pijn, dus
de keus was gauw gemaakt. Eén
kanttekening moet ik wel hierbij maken. Ik heb goed in de gaten gehouden
of de oude blessure aan mijn linkervoet weer de kop op stak. Dit is echter
niet gebeurd. Wordt vervolgd. |
|
© pelgrimtevoet.nl |
![]() |